Direct naar artikelinhoud

Catalonië zet Spanje snel buitenspel

Voor de Spaanse regering is de democratie gestorven, terwijl de Catalaanse regering een democratische triomf ziet. Met grote haast heeft het Catalaanse parlement zopas een wet aangenomen die het referendum op de onafhankelijkheid mogelijk maakt.

De verwachting is dat de Catalaanse premier Carles Puigdemont, met de wet in de hand, zo snel mogelijk een referendum over de afscheiding van Catalonië uitschrijft. Als datum voor de volksraadpleging is 1 oktober geprikt.

Madrid is mordicus tegen. Het belangrijkste argument van de Spaanse regering is dat het referendum tegen de grondwet in gaat, die stelt dat de soevereiniteit bij het Spaanse volk ligt.

Het Catalaanse parlement heeft zich in allerlei bochten gewrongen om het referendum toch een wettelijke basis te geven. Dat komt de erkenning ten goede, ook internationaal, is de hoop. De strategie was om de wet zo snel aan te nemen dat het Constitutioneel Hof geen tijd zou hebben om hem nog tijdens de behandeling ongeldig te verklaren.

Pas op het allerlaatste moment, gisterochtend, werd de referendumwet opgenomen in de vergaderagenda. Het parlementaire reglement werd eerder dit jaar zo gewijzigd dat er nog maar één sessie nodig is voor een wetsbehandeling in plaats van de gebruikelijke twee.

"We hebben geen andere manier gevonden om de wil van het volk van dit land te doen gelden", zei Anna Gabriel, links vertegenwoordiger van de pro-onafhankelijkheidscoalitie. Zij en haar bondgenoten geloven in een democratie dichter bij huis, waarbij burgers directer invloed kunnen hebben.

In een weerwoord sprak de Spaanse regering harde woorden. "Dit is een schop tegen de democratie", meende vicepremier Soraya Sáenz de Santamaría. "Door koste wat het kost een besluit te willen opleggen dat tegen de grondwet en de democratie in gaat, laten het parlement en de regering in Catalonië zien dat ze meer lijken op een dictatoriaal regime dan op een democratie."

De regering wendde zich onmiddellijk tot het Constitutioneel Hof, met het verzoek de besluiten van het Catalaanse parlement terug te draaien en de strafbaarheid van parlementsvoorzitter Carme Forcadell en het presidium te onderzoeken.

In het uiterste geval kan premier Mariano Rajoy "de benodigde middelen" inzetten om een weerspannige regio te doen gehoorzamen. Dat betekent dat Rajoy politici uit hun functie kan ontheffen, en zelfs het bestuur van de regio kan overnemen.

Voorlopig lijkt het erop dat Rajoy voor zo'n autoritair optreden zal terugdeinzen. Zijn minderheidsregering kan de steun van andere partijen ermee verspelen. Met name de sociaal-democratische PSOE stelt zich milder op tegenover Catalonië. Onafhankelijkheid gaat ook de sociaaldemocraten te ver, maar meer autonomie is bespreekbaar.

Bloedserieus

Mocht het referendum toch doorgaan, dan is de verwachting dat een meerderheid van de kiezers 'ja' zal aankruisen op de stemformulieren. Hoewel uit peilingen blijkt dat een minderheid (41 tegenover 49 procent) voor de afscheiding is, zullen veel tegenstanders vermoedelijk thuisblijven: ze willen het feestje van het pro-onafhankelijkheidskamp niet komen opluisteren en geloven niet dat het referendum werkelijk bindend zal zijn.

Toch is de coalitie bloedserieus: als een meerderheid 'ja' stemt, zal de Catalaanse republiek worden uitgeroepen. De coalitie laat zich niet afschrikken door de uitlatingen van Juncker, voorzitter van de Europese Commissie, die heeft gezegd dat Catalonië in dat geval buiten de EU zal vallen. Met een economie groter dan Griekenland denken ze dat Europa hen niet zomaar zal laten gaan.

Vicepremier Sáenz de Santamaría verzekerde deze week echter dat het niet zo ver zal komen. Ze kondigde aan dat er op 1 oktober geen stembussen zullen zijn in Catalonië, noch wachtrijen voor stemlokalen. Tweehonderd politieagenten die zouden worden overgeplaatst blijven tot na 1 oktober in Catalonië, zo raakte gisteren bekend.