Direct naar artikelinhoud

Griekse premier Papandreou vecht voor zijn overleven

De Griekse premier Papandreou kreeg dinsdag in het holst van de nacht de steun van zijn kernkabinet om in december een volksraadpleging te organiseren over het Europese reddingsplan. Maar dan moet hij morgen wel

een vertrouwensstemming in

het parlement overleven.

Papandreou won zijn kernkabinet voor zich, maar of zijn parlementaire Pasok-fractie hem volgt is onduidelijk. Morgen moet hij het vertrouwen krijgen van 50 procent van de 300 parlementsleden. Zijn meerderheid is nu beperkt tot 152 zetels. Dinsdag besliste een PASOK-parlementslid te gaan zetelen als onafhankelijke.

Hamvraag is hoe een tiental dissidente parlementsleden zullen stemmen. Zij worden aangevoerd door Vasso Papandreou, voormalig EU-commissaris en Pasok-veteraan die behalve haar familienaam geen enkel uitstaans heeft met de premier. Zij wachtte gisterenavond de uitkomst af van de ontmoeting die Papandreou in Cannes zou hebben met de EU-leiding om haar politieke positie te bepalen.

Als de regering de stemming overleeft, wacht de moeilijke taak om de referendumvraag op te stellen, daar de steun van het parlement voor te krijgen en het fiat van de Griekse president Papoulias. Deze drie stappen zouden voor 18 november moeten worden goedgekeurd, waarna het referendum al op 11 of 18 december zou kunnen plaatsvinden.

Naast de toekomst van zijn partij, zijn land en de volledige eurozone zet de 59-jarige premier ook zijn carrière op het spel.

Gepokt en gemazeld in zijn Griekse Panhellenistische Socialistische Beweging (Pasok) werd deze zoon en kleinzoon van twee voormalige premiers in oktober 2009 premier. Hij beloofde de falende economie van het land te redden met een herstelplan van 3 miljard euro. Daarmee versloeg hij zijn tegenstander, ontslagnemend conservatief premier Costas Karamanlis, die meende dat alleen zware besparingen het land konden redden.

Papandreou spiegelde zijn kiezers van alles voor: "de koers van het land veranderen door rechtvaardigheid, solidariteit, groene ontwikkeling en vooruitgang". Maar twee jaar later staat zijn land aan de rand van het bankroet.

Zijn drama is dat hij een rampzalige situatie erfde, met een onoverbrugbaar begrotingstekort en openbare schuld. Dat is bezwaarlijk de fout van zijn voorganger maar wel van zijn eigen vader en partij, die tot 2004 Griekenland bijna twintig jaar had bestuurd. Zijn grootvader George senior was drie keer premier (1944-1945, 1963, 1964-1965). Vader Andreas vertrok in 1939 in ballingschap naar de VS, waar George junior in 1952 geboren werd uit een Amerikaanse moeder. Junior keerde in 1974 naar Griekenland terug na het herstel van de democratie. Hij werd parlementslid in 1981, hetzelfde jaar dat zijn vader premier werd. George junior werd minister van Buitenlandse Zaken in 1999 en zorgde voor verzoening met aartsrivaal Turkije. Ook loodste hij Grieks Cyprus in de EU in 2004.

Tot vandaag stond hij bekend als een bedachtzaam en diplomatiek politicus, maar veel Grieken zien in hem nu trekken van de dwarse karakters van zijn (groot)vader. De gedachte dat hij de geschiedenis zou ingaan als de premier die zijn politieke dynastie niet aan de macht kon houden, dreven hem tot een 'patriottische' verzetsdaad tegen Brussel.