Direct naar artikelinhoud

Arctic Monkeys: citaten voor apen

Alex Turner, frontman van Arctic Monkeys, wordt in Engeland al jaren op handen gedragen. De Britse media noemen hem unaniem één van de knapste tekstschrijvers van zijn tijd. 'Ach, ik ben gewoon goed in het kiezen van oneliners', vindt hij. Dat talent mag hij dan ook gelijk demonstreren. Uit een lange lijst van universele citaten koos hij vijf straffe oneliners die tot zijn verbeelding spreken.

"Mannen zeggen dat ze houden van onafhankelijke vrouwen, maar ze laten geen seconde onbenut om

dat sterke fort baksteen per

baksteen af te breken."

(actrice en voormalig model Candice Bergen)

"Met Arctic Monkeys coverden we 'Bad woman' van Pat Farrell & The Believers. Daarin zing ik: 'Terwijl ik op je wacht, denk ik aan jou. Maar heb jij mij ook nodig wanneer ik er niet ben?' Die zucht naar afhankelijkheid is toch eigen aan mannen én aan vrouwen? Dat is gewoon inherent aan blinde, dolle verliefdheid. Ik merk vooral persoonlijke frustratie in Bergens woorden: ze werd hoorbaar één keer te vaak gestoken in het wespennest dat Hollywood is.

Zelf hou ik het meest van onafhankelijke, sterke vrouwen. Van mijn vriendin (Alexa Chung, presentatrice en gezicht van Lacoste, red.) weet ik dat ze mij niet nodig heeft om gelukkig te zijn. Dat stoort me niet. Die gedachte zou me pas angst aanjagen als ik niet zou geloven in mezelf (grijnst).

Het is wel zo dat het evenwicht tussen man en vrouw altijd brozer dan porselein zal zijn. Waarom worden nog steeds zoveel hopeloze liefdesliedjes geschreven, denk je? We moeten gewoon toegeven dat in elke kerel een alfamannetje schuilt, dat zijn vrouw aan d'r haren wil sleuren naar een grot. Ik kan me alleen maar gelukkig prijzen dat die primitieve macho bij mij diep verscholen zit. Alhoewel... het verraste me dat ik op onze nieuwe plaat Suck it and see voor het eerst onvervalste liefdesliedjes durfde schrijven. Vroeger zou ik die teksten versieren met woordgrapjes of een sneer. Dat verdedigingsmechanisme probeer ik steeds vaker uit te schakelen."

"Naast een sterk geloof in je eigen

innerlijke stem, heb je ook een

laserscherpe focus nodig,

gecombineerd met een ijzersterke vastberadenheid."

(Larry Flynt, legendarische pornobaron

en uitgever van 'Hustler')

"Het toeval wil dat we Larry Flynt mochten aanspreken met 'buurman' tijdens de opnames in Los Angeles. We huurden een huis in de Hollywood Hills om te repeteren. Jennifer Aniston (Rachel uit 'Friends', red.) woonde naar verluidt in dezelfde buurt. Niet dat we er zoveel van merkten: vooraf werd ons subtiel duidelijk gemaakt dat we ons maar beter stilletjes konden houden - luidruchtige rockmuzikanten wekken blijkbaar meer wantrouwen op dan pornobazen (grijnst).

Ik ga wel helemaal mee in zijn gedachtegang: zonder laserscherpe focus of geloof in jezelf, kom je geen stap vooruit. Ik wantrouw dan ook de succesvolle selfmade man die beweert dat hij zijn leven lang zomaar wat aanmoddert. Op geluk alleen blijft die motor niet draaien, dat maak je me niet wijs.

Of wij ambitieus zijn? Ik denk het wel: anders repeteerde ik nog altijd in een vochtige garage in Engeland. Niets mis mee hoor, maar voor mij mocht het altijd dat ene stapje vérder gaan. Toch probeer ik het leven dat ik nu leid nooit te ernstig te nemen. Mijn grootste angst is om zo'n stomvervelende rock-'n-rollkarikatuur te worden. Matt (Helders, de drummer, red.) en ik wisten al lang dat we niet in die val mochten trappen. Daarom waren we ook zo gek op Oasis: die lachten met de hele rock-'n-rollmythe. Ze waren humoristischer dan iedereen dacht. Op school hebben we ooit 'Morning glory' van hen geplaybackt. Ik was Bonehead, en Matt was Liam. We had the best laugh."

"Je bibliotheek is je portret."

(George Holbrook Jackson, Brits schrijver en

vooraanstaand bibliofiel van begin

twintigste eeuw)

"Ik geloof dat echt. De boekenkast en platencollectie zegt veel over wie je voor je hebt. Als iemand uitsluitend verzamel-cd's van de hitparade in zijn platenkast heeft staan... Dan kunnen we wellicht alleen de allerbeste vrienden in de pub worden (lacht). Voor mij is Tom Wolfe één van de grootste inspiraties op dit moment. Zijn werk is grandioos. Ik heb de titel van één van onze nieuwe songs, 'The hellcat spangled shalalala' zelfs expres gebaseerd op zijn stijl. Hij bedacht geschifte titels als The kandy-kolored tangerine-flake streamline baby. Grandioos! We wilden de plaat trouwens ook zo'n surrealistische, kleurrijke titel geven: 'The thunder-suckle fuzz canyon' of zo. Dat hadden we misschien beter ook gedaan: in Amerika vinden ze Suck it and see een tikkeltje subversief klinken, hoor ik. Terwijl het gewoon slang is voor: proef maar eens, misschien vind je het wel lekker. Welke connotatie zij geven aan die titel? Geen idee, man (lacht veelbetekenend).

By the way, ik ben al blij dat je me niet vraagt wat mijn favoriete boek of personage is. Elke dag stelt iemand me die lullige vraag. En ik zou het écht niet kunnen zeggen. Er kan me niets ergers overkomen dan effectief op een verlaten eiland gedropt te worden met de optie op één cd en één boek. Ik zou sneller gek worden van de vraag of ik wel de juiste keuze maak dan van de eenzaamheid."

"Ik ben nooit het kinderachtige

geloof ontgroeid dat het universum speciaal bestaat om leeggezogen

te worden door mezelf."

(Aleister Crowley, occultist en lichtend

voorbeeld voor Marilyn Manson, Mauro Pawlowski,...)

"Ik geloof graag dat er heel wat kan leeggezogen worden op deze planeet (grijnst). Maar per se door mij? Nee. Gulzigheid is echt niet één van mijn favoriete hoofdzonden. Eerder ijdelheid misschien. Je lacht nu, maar laten we er geen doekjes om winden: in deze positie ben ik vaker dan me lief is bezig met het beeld dat anderen over me vormen. Op die manier wórd je ijdel: ik vind het vandaag fijn om mooie kleren te dragen. Vroeger kon me dat allemaal niets schelen.

Maar daar eindigt mijn zelfzuchtigheid zowat. De wens om van alle walletjes te proeven, zoals Crowley, ken ik niet. Misschien is het de nuchterheid van Sheffield die in mijn DNA is geslopen, maar ik heb nooit de neiging gevoeld om me onder te dompelen in alle clichés van sterrendom of het rock-'n-roll-leven. Met een heroïnenaald in je arm liggen zieltogen? Nee, zeg! Ik lees liever een goed boek of zo (lacht).

Ik hóef ook helemaal niet zo nodig op mijn wenken bediend te worden, alles te krijgen wat mijn hart begeert, of elk moment van de dag aandacht te krijgen. Met succes heb ik het zelfs heel lang moeilijk gehad. Wat wíllen al die mensen toch van me, vroeg ik me vaak af. Ik voel me ook nog steeds ongemakkelijk als paparazzi kiekjes willen maken van mij en mijn vriendin op straat. Dat gevoel zal nooit verdwijnen, denk ik. En dan ben ik nog niet eens zo bekend als Lady Gaga."

"Waarom tien rondjes walsen

met een kerel, als je hem in

één ronde knock-out kan slaan?"

(Rocky Marciano, wereldkampioen boksen

in de fifties)

"Hangt ervan af hoe goed je kan walsen natuurlijk. Niet elke song hoeft aan te komen als een vuistslag om je een uppercut te geven. Ik ben al vaker gevloerd door tedere ballads dan door metalgitaren. Ik wals ook graag om de waarheid heen in mijn teksten. Ik word er ook steeds beter in, eerlijk waar. Vroeger vond ik m'n teksten te eerlijk, of net te afstandelijk.

Moet een song je vanaf de eerste riff, of vanaf de eerste strofe vloeren? Ik vind van niet. Ik hou ervan om een song langzaam op te bouwen, en je even uit evenwicht te laten brengen met een ander ritme. Dáárna mag de genadeslag volgen.

Overigens, om in bokstermen te blijven: ongeslagen zijn we met de Arctic Monkeys niet meer, sinds onze vorige plaat. Met Humbug hebben we voor het eerst een storm van kritiek over ons heen gekregen. Niemand had die zware gitaarmuren en donkere songs verwacht. Toch vind ik nog steeds dat we die plaat móesten maken. Door die terugslag staan we bovendien scherper dan ooit. Wacht maar tot je ons straks live ziet. We zullen tien rondjes walsen met je, tot je knock-out tegen het canvas gaat (lacht)." n

n V.l.n.r.: Jamie Cook

(leadgitaar), Alex Turner

(zanger/gitarist),

Nick O'Malley (bassist)

en Matt Helders

(drummer).

n Alex Turner: 'In elke kerel schuilt een alfamannetje, dat zijn vrouw aan haar haren wil sleuren naar een grot.'