Nu al sneller dan Sagan
Eén ding staat vast: Caleb Ewan (22) zal vandaag in de Tour Down Under niet de koninginnenrit naar Willunga Hill winnen, want dat is klimmen. In de sprint is de kleine Australiër tegenwoordig wel ongenaakbaar. Vraag dat maar aan Peter Sagan, die al twee keer klop kreeg.
Zelfs al zijn de beste sprinters ter wereld (Marcel Kittel, André Greipel en Mark Cavendish) er niet bij in Australië, je kunt er niet meer omheen. Caleb Ewan gaat als een speer. Drie ritzeges heeft hij nu al. Twee keer heeft mij met gemak Peter Sagan ervan langs gegeven. Voorts heeft Ewan de beste sprinters wel al een keer gevloerd. Begin augustus vorig jaar won hij in Hamburg. Hij klopte Degenkolb, Kristoff en Greipel. Ook in de Ronde van Groot-Brittannië was hij al sneller dan Greipel. Maar even vaak krijgt hij er zelf ook nog van langs.
En toch: Caleb Ewan wil de beste sprinter ter wereld worden. "Er zijn veel goede jonge sprinters. En de oude jongens zoals Cavendish en Greipel gaan nog altijd erg hard. Het zal moeilijk worden om de beste sprinter ter wereld te worden. Maar ja, hopelijk word ik dat wel."
Laag over het stuur
Dat moet stap voor stap gaan. "Hij is nog maar 22, hij moet nog veel beter worden. Maar zoals het nu gaat, is het natuurlijk zeer goed." Aan het woord is Matthew White, ploegleider bij het Australische Orica, de Australische talentenfabriek die ook een beetje de ontdekker van Caleb Ewan is.
Dat Mark Cavendish zijn idool is, zegt White over Ewan. "Hij kijkt op naar Mark Cavendish, de beste sprinter die de wereld ooit heeft gezien. Maar hij is Caleb Ewan, zijn progressie is anders. Het leidt nergens toe om met andere sprinters te vergelijken. Caleb Ewan heeft een geweldige toekomst voor zich."
Zijn stijl, ja, die lijkt ook goed op die van Cavendish. Zoals Cavendish hangt Ewan heel laag over zijn stuur. Nog lager dan Cavendish. White: "Mark was een pionier van deze manier van sprinten. Het is een positie die niet voor iedereen geschikt is. Daar heeft Caleb dus aan gewerkt. Twee jaar geleden zijn we naar de windtunnel gegaan, op zoek naar de beste aerodynamische positie voor Caleb in de sprint. Dat lage hangen is het dus geworden. Hij moet er wel op oefenen, het is niet iets wat je zomaar aan- en uitknipt. Het is hard werken. En je moet er het lichaam voor hebben. Ewan is erg klein, grote renners kunnen niet sprinten zoals hij sprint."
Als André Greipel het zou proberen, vliegt hij over zijn stuur, zegt White. "Greipel is te groot. André Greipel duwt ook 2.000 watt in de sprint. Caleb komt niet boven 1.500 of 1.600 watt uit. Maar toch snel. Aerodynamica, dat is het hele eieren eten."
Een beetje gek
Wat Caleb Ewan nog heeft? "Hij is gek", zegt White. "Sprinters zijn speciale kerels. Zoals hij de kleinste gaatjes vindt en niet denkt aan het gevaar, daar moet je wel de ballen voor hebben."
Maar zoals gezegd, dit is máár de Tour Down Under. Straks in Europa doen de grote jongens ook mee. Waar zal Ewan dan staan? White: "In maart rijdt hij de Tirreno-Adriatico. Ik denk dat hij daar wel Cavendish tegenkomt. Daarna rijdt hij de Ronde van Italië. Als hij daar een rit kan winnen, zou dat heel mooi zijn voor een jonge renner als Caleb Ewan. De Tour? Nog niet."