Direct naar artikelinhoud

Huisbereide Tsjechov laat zich smaken

De Koe levert met Olga een pastiche op Tsjechov af. Een select gezelschap acteurs brengt een geslaagde imitatie als eerbetoon, maar dan wel met een vette knipoog.

Voor Olga leverden Natali Broods, Willem de Wolf en Peter Van den Eede zelf de tekst af . Ze zijn in Tsjechovs geschriften op zoek gegaan naar de ziel in het oeuvre van de Russische schrijver. Hun huisbereide Tsjechov kan doorgaan voor een toneeltekst van de grootmeester zelve. Met een flinke portie Koe-humor als

toegevoegde waarde.

Een toneeltekst met het watermerk van een echte Tsjechov heeft omzeggens geen plot. De setting is het vertrouwde afgelegen landgoed, dat in dit geval als schrijversresidentie dienstdoet. Van hét grote toneelstuk over het leven van Olga (Sien Eggers), actrice op haar retour en eigenares van het huis op het

platteland, staat na drie maanden nog geen letter op papier. De jonge schrijver Nikolai (Michael Vergauwen) zit met een knoert van een schrijversblok en moet zich de betutteling van senior writer Pjotr (Peter Van den Eede) laten welgevallen. De bevallige personages Natasja (Sofie Palmers) en Anna (Ans Van den Eede) zorgen voor de nodige amoureuze complicaties, wat de onderlinge verhoudingen nog meer troebleert.

Vreemde vogels

Sergei (Lucas Van den Eynde) is de nuchterste onder deze vreemde vogels. Hij onderneemt effectief iets om het zonevreemde landhuis te redden. Zijn wanhopige pogingen om het zootje ongeregeld te orkestreren, loopt uit op een totale deconfiture. Zoals het een echte Tsjechov betaamt, sluit Olga af met een open einde.

Een Tsjechov-natuur die in een doordeweekse regie als een rechttoe rechtaan dagschotel geserveerd wordt, onderga je algauw als ongenietbaar vanwege traag, saai en deprimerend. De koksbrigade van De Koe tovert een zaalbereiding uit zijn hoed die zich laat smaken. Ondanks de ironiserende, luchtige speelstijl eigen aan het gezelschap, blijft de onderliggende Tsjechov-

signatuur zeer herkenbaar. Ook in Olga lopen ze mekaar builen, de zwaarmoedige, gekwelde twijfelaars die hun bekrompen leven maar niet op de sporen krijgen. Iedereen gaat op zoek naar het grote geluk, dat buiten bereik ligt. Tussendoor wordt er met aplomb gefilosofeerd over nepproblemen en Kunst. Natasja portretteert haar moeder Olga als een zwaarmoedige navelstaarster, opgefokt, ijdel, vooral bezig met haar ego te boosten en enkel in staat tot gespeelde gevoelens. Die typering gaat op voor alle personages.

Kletsmajoors

Gelukkig tilt De Koe deze kletsmajoors uit het moeras van de zwaarmoedigheid. De acteurs spelen door de vierde wand en de uitleggerigheid, de ontboeze-

mingen en het gekissebis worden met zoveel humor en overdrijving gebracht dat geen theaterbezoeker De Grote Post in Oostende depri verlaat. Integendeel. De vonk van het spelplezier van de zes acteurs slaat over op de zaal.

Olga is echter geen luchthartig niemendalletje. De moderne tijdsgeest met de eindeloze vergadercultuur, het absurde subsidiecircuit, de verheerlijking van het nietsdoen en de totale onthechting worden geridiculiseerd.

De Koe heeft zijn twee en een half uur durend werkstuk zoveel vaart en dynamiek meegegeven dat je als toeschouwer de tijd vergeet. Debet aan het succes is ook het acteertalent van het collectief, met als uitschieters de drie tenoren Eggers, Van den Eede en Van den Eynde, die letterlijk een rol op het lijf geschreven kregen.