Direct naar artikelinhoud

Berechting wenkt voor zoon Kadhafi

Saif al-Islam Kadhafi, zoon van de vroegere Libische dictator Muammar Kadhafi, kan zich na twee jaar aan berechting gaan verwachten. In Tripoli spreekt een rechtbank zich vandaag uit over de vraag hoe, waar en wanneer de rechtszaak tegen Saif en 29 andere verdachten begint.

De 41-jarige Saif zit al die tijd in hechtenis in Zintan, een stad in de Nafusa-heuvels op 135 kilometer ten zuidwesten van Tripoli. Daar waakt de lokale Zintanbrigade over hem, een van de sterkste van de milities die sinds de val van Kadhafi in grote delen van Libië de orde handhaven (en soms verstoren).

Op de hoorzitting zal Saif niet aanwezig zijn. De Libische regering is er tot nu kennelijk niet in geslaagd de Zintanbrigade te overreden de verdachte over te brengen naar de hoofdstad. De brigade zou Saif willen houden als politiek wisselgeld.

Een andere theorie luidt dat de militie en de regering het beide wel best vinden dat Saif vooralsnog in het veilige Zintan blijft, liever dan in Tripoli, waar eigenzinnige milities soms amok maken.

Hoe dan ook is het verblijf van Saif in Zintan een van de redenen voor het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag om weinig vertrouwen te hebben in de Libische rechtsgang. Ook het Strafhof wil de man berechten. Hij wordt verdacht van misdrijven tegen de mensheid, gepleegd tegen Libische burgers in de weken na het begin van de volksopstand in diverse Libische steden.

Al sinds de arrestatie van Saif ruziën het Strafhof en de Libische autoriteiten over wie de vervolging moet doen. Volgens het statuut van het ICC moet het betrokken land bij voorkeur zelf zijn oorlogsmisdadigers berechten. Alleen als de nationale justitie daartoe niet bereid of niet in staat is, treedt het ICC op.

Aanvankelijk gaf het hof Libië het voordeel van de twijfel, maar inmiddels liggen er in Tripoli al enkele aanmaningen om Saif op het vliegtuig naar Den Haag te zetten. Telkens gingen de Libiërs in beroep; het laatste beroep loopt nog.

Naast de onmacht van Tripoli om Saif uit handen van de Zintanbrigade te krijgen, voert het Strafhof aan dat de Libische aanklacht niet gelijk is aan de Haagse. Dat zou wel het geval moeten zijn.