Direct naar artikelinhoud

Wildplassen? Moet kunnen

De Nederlandse gemeente Hollands Kroon wil geen GAS-boetes meer heffen voor wangedrag als wildplassen. Om aan asociale uitspattingen een eind te maken, rekent de burgemeester vooral op de verantwoordelijkheidszin van zijn burgers. Een standpunt dat door steeds meer Belgische burgemeesters gedeeld wordt .

Een gemeente van amper 47.000 inwoners die het nationale nieuws haalt, ook in Nederland gebeurt dat niet vaak. Maar het voornemen van Hollands Kroon, gelegen in de schaduw van Rotterdam, om allerlei vormen van asociaal gedrag niet meer te sanctioneren, zorgt voor pittige discussies. Met name voor wildplassen, rondhangen in portieken, blowen, bedelen, roken in het bos en het niet oprapen van hondenpoep zouden geen boetes meer uitgeschreven worden.

De redenering van burgemeester Jaap Nawijn is eenvoudig. "Wij willen laten zien dat we geloven in onze burgers. Wij denken dat ze in staat zijn om hun verantwoordelijkheid te nemen." Bijkomend voordeel van deze maatregelen is dat de wildgroei aan allerlei administratieve regeltjes wordt beperkt en dat gemeentemiddelen voor belangrijker zaken kunnen aangewend worden.

Naïef

Maar het idee krijgt ook veel kritiek. Velen verwijten Nawijn naïviteit. Wie gelooft er anno 2014 nog dat verantwoord burgerschap de oplossing kan zijn voor asociaal gedrag, luidt het.

Gabriël van den Brink, hoogleraar bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg, is expert in dit soort discussies. Zijn stelling is dat het voortschrijdend individualisme van de Westerse samenlevingen ervoor heeft gezorgd dat de gedragscodes tussen burgers vervaagden en uiteindelijk verdwenen. "Burgers hebben hun gehoorzaamheid afgelegd en willen voor zichzelf kunnen beslissen welk gedrag al dan niet door de beugel kan. De meerderheid van de mensen zorgt zelden of nooit voor hinderlijk gedrag, maar een minderheid meent dat hun vrijheid dermate onbeperkt is dat ze andere mensen gaan hinderen en irriteren. Zo ontstaan er conflicten en soms vallen er klappen.

In dat geval moet de overheid sanctionerend tussenbeide komen, maar ook dat is geen wondermiddel. Allerlei bewakingscamera's, patrouilerende agenten en boetes zijn niet zaligmakend. Een overheid die op dit vlak niet kan doseren verliest het vertrouwen van zijn burgers. Als het wildplassen in een horecabuurt voor grote overlast zorgt, kunnen boetes voor een oplossing zorgen. Maar een sanctie voor iemand die in een rustige wijk achter een boompje staat te plassen, komt nogal belachelijk over."

Van den Brink zegt dat slimme beleidsdaden vaak veel efficiënter zijn dan sancties. "Een mooi voorbeeld is hoe wij met mobiele telefoons hebben leren omgaan. Vijftien jaar geleden, toen de draagbare telefoon zijn intrede deed, zag je nog veel mensen die op straat of op de trein luid door hun mobiele telefoon stonden te brullen. Dat zorgde voor veel irritatie. De spoorwegmaatschappij besliste daarop om zogenaamde stiltecoupés in te richten waar passagiers niet mochten telefoneren. Grappig is dat deze maatregel ervoor zorgde dat ook in andere coupés stiller werd getelefoneerd."

De Nederlandse hoogleraar voegt er meteen aan toe dat een 'beschavingsvooruitgang' op het ene vlak niet noodzakelijk tot een hoger algemeen fatsoenspeil leidt. "Ik zie allerlei tegenstrijdige evoluties. Kijk maar naar hoe bepaalde voetbalsupporters zich tegenover scheidsrechters gedragen." Wel ziet Van den Brink enkele tendensen. "Op plaatsen waar mensen elkaar beter kennen, is er minder asociaal gedrag. Een gezond sociaal weefsel zorgt ervoor dat mensen meer zelfbeheersing aan de dag leggen. In een grootstad heerst anonimiteit en is de verleiding om je eens goed te laten gaan veel groter, zeker als er alcohol mee gemoeid is." Nog zo'n tendens: "Jongeren zijn veel gevoeliger voor asociaal gedrag. De nieuwe generatie reageert veel alerter voor discriminerende opmerkingen. Er is duidelijk sprake van een slingerbeweging: de ene generatie is blijkbaar losbandiger dan de andere."

Vlaamse burgemeesters

De evolutie om komaf te maken met GAS-boetes zet zich niet enkel door in het kleine Hollands Kroon, ook steeds meer Vlaamse burgemeesters hanteren een alternatieve aanpak. Mechels burgemeester Bart Somers (Open Vld), bijvoorbeeld. "Wij kregen aanvankelijk veel kritiek op ons GAS-beleid. Die sancties waren een gemakkelijkheidsoplossing geworden en werden al te snel uitgeschreven. Daarop hebben we onder andere met het kinderrechtencommissariaat gesproken en beslisten we om dit soort sancties zuiniger te gebruiken. Mechelen bestraft tegenwoordig slechts een zestal overlastfenomenen met GAS-boetes. Overlastboetes voor minderjarigen zijn sowieso uitgesloten en bijna altijd krijgen mensen eerst een expliciete waarschuwing."

Toch blijft Somers voorstander van een beperkt gebruik van GAS-boetes. "Je moet inzetten op de vertrouwensband met burgers, maar je moet ook niet naïef zijn. Een fietsendief krijgt in Mechelen onmiddellijk een GAS-boete. Het heeft geen zin om tegen zo iemand te zeggen dat een fiets stelen echt niet kan en dat hij dat niet meer mag doen."

Burgemeester van Brugge Renaat Landuyt (sp.a) heeft minstens evenveel reserves ten aanzien van GAS-boetes. "Met een alternatieve aanpak kun je al veel problemen oplossen. Om vuilnis aan de schoolpoorten tegen te gaan, sturen we regelmatig preventieambtenaren naar de plaatsen waar scholieren hun middagpauze houden. Niet om ze te berispen, integendeel: we plaatsen er enkele gezellige ligzetels en tuinmateriaal en nodigen de scholieren uit om plaats te nemen. Tegelijk wordt hen gevraagd om geen rommel achter te laten." Georganiseerde gezelligheid is volgens Landuyt veel efficiënter dan meer blauw op straat. "Onder het motto van 'meer gezelligheid in Brugge' schaften we het verbod af om met drank op straat te wandelen en lieten we cafés toe om zonder vergunning terrasjes op de stoep te plaatsen. In ruil vragen we aan iedereen om de straat schoon te houden. En het werkt: de straten zijn niet enkel veel levendiger, ze zijn ook properder."

Er zijn ook burgemeesters die de GAS-boetes in hun stad integraal willen afschaffen. CD&V'er Jan Vermeulen van Deinze is een van hen. "Het is ons nog niet helemaal gelukt, maar we streven naar een absoluut minimum. Onze filosofie is dat burgers zelf zorg moeten dragen voor de publieke ruimte op voorwaarde dat je er als bestuurder voor zorgt dat iedereen zich thuis voelt in de stad. Fietsers, gezinnen maar ook skaters en hardrockers hebben recht op kwalitatieve openbare ruimte. Laatst hadden we enkele gevallen van vandalisme. We kozen er niet voor om boetes uit te schrijven of camera's te hangen, maar gingen met de betrokken jongeren praten. We besloten om te investeren in een skatepiste en sindsdien hebben we geen vandalisme meer. Als je zoveel mogelijk mensen een plaats gunt in de stad, beginnen steeds meer mensen voor die stad te zorgen."