Direct naar artikelinhoud

'Ik laat mijn leven niet bepalen door het schrikbewind'

Op zijn kale hoofd flitst de fotograaf gulzig, maar ín het hoofd van Marnix Peeters (51) flitst het nog meer. Een glas chocomelk volstaat voor een verhaal over zijn jeugd én voor het besluit: 'Ik ben snel aan vrijheid verslaafd geraakt.' Zo schrijf je een nieuw razend boek maar tegelijk ook zachte columns.

Boven op het stapeltje 'Weg te brengen boeken' ligt Jij zegt het van Connie Palmen, en ("ik had gisteren aan Jana nochtans gezegd mijn muil te houden over de literatuur") daar wil hij toch iets over zeggen. Een paar weken geleden las Jana hem eruit voor in bed. Hij neemt het. Gaat naar bladzijde 12. Leest voor: '... toen ik haar vastgreep en wegvoerde van de dansvloer rook ik haar echte geur, scherp als muskus, zoetzurig als het zweet van een bronstig ree'. Hij klapt het dicht.

"Ik heb dat de volgende dag eens gegoogeld. Want misschien had ik iets gemist, iets wat Connie wel weet. Zou het zweet van een bronstig ree écht zoetzurig ruiken? Ik heb dat niet gevonden. Maar stél nog dat dat waar zou zijn, wat heb ik daar als lezer aan? Dat is toch puur de kleren van de keizer? Connie denkt: ik ga mijn lezer daarmee eens overvallen. En (toont de sticker) dat wordt dan getipt door De wereld draait door? Dat mens is gewoon aan het bazelen."

In ons notitieboekje stonden vragen als:

- Vanwaar die mildheid en het mededogen voor de kleine mens in je columns in De Morgen?

- Heeft verhuizen naar de Oostkantons voor meer rust in je hoofd gezorgd?

- Jaag je je minder op als je 51 bent?

Onderweg naar de Alte Schule, het oude schoolgebouw in Burg-Reuland waar hij woont, werden die vragen nog logischer. Via Winterspelt in Duitsland de Autobahn afgereden, België weer binnen, glooiend land, kijkende koeien, langs Kulturhaus/Jugendbühne waar de Rock Rally eens zou moeten passeren, veel bomen. Zijn laatste mail: 'Nummer 20, rechts op de hoek. Als hij niet gepikt is, staat er een zwarte VW Golf voor de deur.' De mail die de gps-fouten voor wil zijn, wees op alles wat voordien staat. Op ver en op rust. Op mogelijk geen gsm-bereik.

Toch is er die opwinding om Connie, en gooien we dus maar meteen alle vragen in de vuilnisbak? Hij heeft er in elk geval geen nodig. Een glas chocomelk dat Jana brengt, is het startschot voor drie uur Marnix Peeters. "Er was toen ik klein was geen geld voor chocomelk. De school was verdeeld tussen kinderen die wel melk of chocomelk meebrachten en kinderen met een blikken drinkbus met zo'n kanteldop en water van de kraan. Toen mijn zus Annemie 5 frank in de sjiekenbak stopte, kreeg ze een uitbrander. Toen ik 7 was, kreeg ik mijn eerste fleske cola. Mijn vader lag drie weken in het Sint-Annaziekenhuis in Koersel en we moesten elke dag mee op bezoek. Op de allerlaatste dag mocht ik een cola uit de automaat halen. In zo'n geribbelde fles, ik voel dat nog. Zo raar was het dat we zoiets kregen.

"Eigenlijk mag je geen vijftigjarige worden", zegt hij en bedoeld is: in het hoofd. "Jana's grootmoeder gebruikt de computer nog. Je moet je dat eens voorstellen: ze leerde schrijven op een lei, net zo groot als de iPad nu. In die twee zit alles wat die mensen hebben zien veranderen. Daar heb ik de grootste bewondering voor. Jana (we stellen haar toch even voor, dat is Jana Wuyts, Marnix' vrouw, RVP) is 16 jaar jonger en onlangs maakten we een lijstje met verschillen tussen onze jeugd. Ik kom uit de tijd dat we

's zomers de lappen vel van onze rug trokken omdat we zo verbrand waren. En we gingen boven de tankklep van de auto hangen om de geur van de benzine te ruiken. (glimlacht) Van die argeloosheid krijgen we wellicht ooit wel kanker.

"Als kind was mijn enige betrachting: 18 worden en geen wiskunde meer op school. Dat was ook het enige wat mijn ouders zeiden. 'Zorg dat je je humaniora afmaakt.' Mijn zus en ik hebben vandaag een volstrekt uiteenlopende interpretatie van die houding. Terwijl ik het altijd zag als een grote bron van vrijheid, vond zij dat het duidde op desinteresse. Maar je kunt je toch geen beter ouderpaar wensen dan mensen die je in je eigen waarde laten. Toen ik 20 was, kocht mijn moeder me een wasmachine. Dat was een statement: 'Doe het nu maar zelf.' Maar ze zijn wel consequent. Mijn ouders leven nog, maar hoe lang zou het geleden zijn dat ze gevraagd hebben waar ik mee bezig ben?"

Met Kijk niet zo, konijntje, Marnix Peeters' zesde boek, waarin Oscar Van Beuseghem (al de hoofdpersoon van zijn tweede boek 'Natte Dozen') tegen de wereld fulmineert. Oscar zat hier dus aan deze schrijftafel, omringd door foto's van dode voorouders van de schrijver en een ingekaderd beeld uit Lourdes. Door het raam zag Oscar wat wij nu zien. "Vijf jaar geleden ben ik vanuit een warme zetel in de koude nacht gesprongen, maar ik heb dit schrijverschap nooit als een geweldig riskante sprong gezien. Natuurlijk moeten boeken marcheren. Maar ik had een kleine buffer en was kinderloos. Veel kon er niet gebeuren. Toch zei de boekhouder, die ik plots nodig had, dat hij dat in 30 jaar nog nooit had gezien. Dat iemand met zo veel zekerheden (Peeters was vast in dienst als reporter bij 'Het Laatste Nieuws', RVP) alles liet vallen. Dat begrijp ik echt niet. Dat mensen, die ongelukkig zijn in een situatie, blijven zitten en denken: ach, nog 14 jaar."

Dat heeft met comfort te maken.

Marnix Peeters: "Maar comfort is toch niet interessant? Is het rusteloosheid of nieuwsgierigheid, ik weet het niet, maar als iets solide dreigt te worden, haak ik af. Er zijn weinig mensen van Humo naar Het Laatste Nieuws gegaan, zoals ik. Maar bij elk stemmetje in mij dat 'allee-wat-doe-je-nu' zegt, hoor ik er eentje even krachtig zeggen: 'Waarom niet?'"

"Kijk", zegt hij dan.

We kijken.

"Er zit een muske in de boom."

Niet op gelet.

"Ik leer elke dag bij. Vorige maand riep Jana me. Er zaten twee mussen elkaar te voederen op het terras. Blijkbaar voeden ook vogels hun kinderen op. Ze leren ze fluiten en de eenmaandsmerels leren hoe ze wormen uit de grond moeten halen. Tot ze hen loslaten. Met een nonchalance die vroeger ook over de mensheid hing. Het stolpgedrag vind ik ongelooflijk doorgeschoten. Zelf heb ik nooit onder zo'n stolp gezeten en ik heb dat ter harte genomen, maar veel mensen maken vergelijkingen met vroeger en maken foute vergelijkingen. Echt waar, Rik: je moet je hoeden voor de 63-jarige."

Voor de 63-jarige?

"Dat is de mens die lezersbrieven in de krant schrijft, maar ook de VTM-reporter die ik vorige week in Calais hoorde zeggen dat 'de migranten alsmaar driester te werk gaan' om in Engeland te geraken. Zou het niet helpen om daar eens kritisch naar te kijken? Vinden wij het normaal dat daar 7.000 mensen van ellende in tentjes zitten te vergaan? Hebben die mensen dat verdiend? Neen, maar er wordt alleen in termen van geld en camions en het kapotgesneden zeil van de chauffeur gedacht. Voor de 63-jarige baas van Unizo dus.

"Nu wil ik niet klinken als (PVDA-boegbeeld) Kris Merckx, maar de media worden wel de lakeien van het kapitaal en ik heb geen tv, maar als ik op mijn tablet naar het nieuws kijk, begin ik toch in Marx te geloven en zijn opium voor het volk. Ik word kwaad als ik behandeld word als een lul."

"Waarom", vraagt hij, "besteden ze geen 10 minuten van dat nieuws dan aan Calais, in plaats van 1'40" of in plaats van die fucking wijven van K3? Die staan élke dag in de krant. Van die dunvezeligheid word ik lastig en onlangs had ik zin om Christian Van Thillo een mail te sturen. Dat was die dag dat in Brussel die onnozele paté met zijn bommengordel van zandkoekjes rond City2 liep. Al snel bleek dat loos alarm, maar 's avonds was dat nog een item van 10 minuten. En de volgende dagen: terreuralarm op de Gentse Feesten, op Lokerse Feesten... de hélft van het nieuws ging erover. Allemaal nodeloos mensen bang maken.

"Of die éne fucking teek die in Nederland iemand hersenvliesontsteking bezorgde. Werd een prof hersenvliesontsteking aan het woord gelaten en toen ik de dag nadien in short uit het bos kwam, vroeg mijn 45-jarige buurvrouw: Aber Marnix, haben Sie keinen Angst für Zecken? Ik wil mijn leven niet laten bepalen door dat schrikbewind."

Maar waarom lees je dat dan nog?

"Je wilt er toch aan ruiken en de stand van de wereld bekijken. En ik heb het nodig om mijn stukje voor De Morgen te schrijven. Bovendien zou er door het kluizenaarschap een gevaarlijk kantje kunnen ontstaan."

Onder tafel zitten zijn voeten in dikke berenpantoffels. De 18-jarige Marnix Peeters, die onder het mom van een uitwisseling naar Amerika trok ("om rond te trekken en drugs te paffen") had dit beeld nooit voor ogen. We zitten in de tuin waar vroeger Herr Kübelwagen, net verzonnen naam voor de échte oud-eigenaar van dit huis, zat. Een nazi. "Voordien had ik nooit met een nazi gepraat en dat was eigenaardig. Wij toeteren immers altijd met de trompet van de overwinnaar, maar dat die man in '46 in Normandië werd opgepakt en pas anderhalf jaar later - terwijl zijn moeder niet eens wist of haar zoon nog leefde - thuiskwam, horen we nooit. Daarom kijk ik, via de site van de VPRO, naar In Europa van Geert Mak. Dat is verslavend goed en telkens weer leer je hoe relatief onze kennis en onze inzichten zijn."

Over toen: "In de jaren 20 en 30 was héél Europa in de ban van het darwinisme en van de maakbaarheid van de biologische samenleving. In het Engeland van Churchill werden tienduizenden minderwaardige vrouwen gesteriliseerd, maar dan gebeurt het Duitse drama en dan binden we vlug die takken van de geschiedenis af."

Naar nu: "De hele argumentatie rond boerkini's vind ik verschrikkelijk interessant, maar ik hoed mezelf voor oordelen. Hetzelfde met Oosterweel. Ik ben geen ingenieur en ken niks van fijn stof en weet als ex-journalist dat de informatie slechts een fragment is. Toch hoor ik honderden meningen. Dus laaf ik me liever aan geschiedenis dan aan al die stemmen in het boerkinidebat of aan wat (Groen-politicus) Kristof Calvo denkt."

Zo komen we, eindelijk, vanzelf bij Oscar Van Beuseghem. In Kijk niet zo, konijntje scheldt Oscar er verschrikkelijk op los. Vrouwen zijn onder meer uierdieren, vleesfabrieken en vaarzen. Twee homo's zijn (we citeren:) 'twee geparfumeerde bilartiesten (...) met een naar stront riekende kleine er als bonus bovenop' en Oscar zelf zit 'met zijn gedachten nog in de feestgleuf van de hoer die hij die middag vol heeft geblaft'. Hij schrijft Christian Van Thillo, de gevangenisdirecteur van Leuven, Matthias Schoenaerts, bisschop Bonny en zijn Afrikaanse Plan-dochter Fanta. Schrijven? Razen.

Oscar is, vermoed ik, 63?

"Je kunt Konijntje zien als een soort scheldproza, maar voor mij is het één lange maatschappijkritiek. Geschreven door een betweterige, volgevreten, zichzelf superieur wanende westerling. Oscar is de man van Unizo. (lacht) 63 jaar, inderdaad.

"We hebben overigens zelf een Fanta. Een meisje uit Mali dat we via Plan België steunen. Gisteren bedachten we ons al wandelend dat we maandelijks 1 procent van ons inkomen aan haar storten. Dat is meer dan de 0,45 procent dat België van het bnp aan ontwikkelingssamenwerking geeft, toch blijft het maar 1 procent. Maar in die figuur van Oscar zit alle westerse verwendheid, zitten alle manieren waarop wij naar de mensen kijken in één mens. In een verwende boze mens, en iets ergers dan dat bestaat er volgens mij niet. Calais, Unizo, het zeildoek, 'het is toch een schande, mijnheer', we doen al die mensen af als smeerlappen. Maar kun je nu vinden dat die mensen minder recht hebben op geluk dan wij?"

We doen dat wel. "Waarom? Ik ben een Dirk De Wachteriaan (psychiater-psychotherapeut), geloof ik. Je kunt niet anders dan beseffen dat iedereen zo zot is als een achterdeur en dat de krankzinnigheid immens is. Iedereen lacht met de paus, maar ik ben het wel met hem eens dat onze hunker naar materiële waarde enkel tot een rottende puinhoop leidt."

Is Oscar het vehikel om dat te zeggen? Iemand die je een arrogante klootzak kunt noemen.

"Misschien is Oscar alles wat ik niet meer ben. Ik ben naar hier moeten komen om weer met de dieren te praten, om een composthoop te hebben en de koeien dichtbij te weten."

Waarmee je zegt: vroeger was ik zélf

die arrogante klootzak.

"Ik zei het al: ik keek niet verder dan 18 jaar, toen de wiskunde stopte, en dan ben ik als een raket de wereld in geschoten. Alsof ik tot dan 18 jaar had staan trappelen in het stille Beringen. Daarvoor herinner ik me alleen de vrije radio. Dan nog verboden, hè, de BOB reed met hun Dyane door de straten op zoek naar de zendapparatuur. Wat een repressie! Maar toen ik 15 was, mocht ik mee naar een instuif van de jeugdclub van Beverlo. Daar stond een kickertafel en een discobar waar iedereen plaatjes mocht draaien en drie maanden later was ik dj bij Radio Benelux. Onder een schuilnaam: Hendrik van Alva. Dat was kenschetsend voor de tijd voor hoe mijn ouders daarmee omgingen. Die hadden geen énkel bezwaar.

"Nooit heb ik een gevoel van belemmering gehad, of dat er ergens een rem op stond. Ik ben snel verslaafd geraakt aan die vrijheid en heb dat ter harte genomen. Toen ik begon te schrijven, zei mijn toenmalige lief: 'Daar ga je toch nooit een publiek voor vinden.' Dat heb ik allemaal weggemaaid uit mijn leven. Met negatieve energie heb ik de grootste moeite.

"Misschien is klootzak niet het juiste woord, maar ik ben direct in een verzengende golf terechtgekomen. Eerst naar Amerika, dan in de horeca, legerdienst bij de Rijkswacht en toen ik 24 was, schreef ik voor Humo. Ik zeg niet dat dat allemaal rock-'n-roll was, maar ik zat wel vaak in de Madison Square Garden in New York en ik stelde me daar weinig vragen over."

Zijn eerste Humo-stukje was een recensie van

A Tribe Called Quest, hij toont het met zijn vingers: zo klein. "Maar ik kocht twee Humo's omdat ik dacht: deze fotokopie stop ik alvast in mijn cv. Ik denk niet dat ik ooit een dag gelukkiger was dan toen ik die Humo in handen kreeg. En er kwam een vervolg op." Met een gelukje, zegt hij nu: de groepen waar Frank Vander linden, die hem bij Humo aannam, niks van kende mocht hij doen. Nirvana, Pearl Jam, Metallica, Faith No More. "Die zag ik in de Lintfabriek in Kontich, maar zes maanden later ontplofte die groep en ik ben mee opgestegen."

Waardoor hij veel andere dingen miste. "Ik zag bij Geert Mak iets over de Balkan-crisis. Dat was in '92, ik was 27, maar ik heb dat helemaal gemist. Ik was bezig met James Hetfield en had het idee dat ik iets héél speciaals aan het doen was. Tot ik zes jaar later stopte bij Humo. Te veel comfort."

Maar we willen hier naartoe. Die arrogante klootzak werd ouder, ging in de Oostkantons wonen en trouwde met Jana. Maar vooral: uit dezelfde pen komen de vaarzen van Oscar Van Beuseghem en, sinds kort elke week en na de zomerstop vanaf vandaag opnieuw, een column uit de Oostkantons. Een bericht.

Over wandelende paters. Over een hondje van de buurman.

Over de mensen in het dorp. Rustig, mild, zacht zelfs, met mededogen. Allemaal Marnix Peeters. De man die bij wijze van overdrijving geen kerstverhaal kan schrijven zonder dat Moeder Maria gebeft wordt.

Hij moet lachen. Maar het is niet om te lachen.

"Zo'n column heb ik jaren afgehouden. Ik heb de gezochtheid en de krachtpatserigheid niet graag. Drie kwart van de keren denk je: zo veel moeite gedaan en gezocht en onmogelijke verbanden gelegd. Maar opeens vond ik zelf die toon. Dat is mijn gevoel. Ook al kan er soms boosheid in zitten. En Jana.

"Zij was de grootste gok van mijn leven. Jana was een stadsjuf, die letterlijk nog nooit een ei had gebakken of een wandelschoen van dichtbij had gezien. Ja, ik las vorige week iets ouds van haar: 'Ik wil leven met zicht op een horizon.' Dat was wel een hele vage droom. We zijn nu vijf jaar samen en ongetwijfeld waren we geen koppel geweest als ik tien jaar jonger was geweest.

"Gelukkig zijn we niet voor één gat te vangen. Ik kan ongebreideld fictie schrijven, maar ik kan ook ongebreideld deze non-fictie schrijven. In die columns zou ik geen komedie kunnen spelen. Zoals in mijn echte leven niet. Vorige week zat ik naar Ilsa, de wolvin van de SS te kijken. Dat is een pornofilm. Jana kwam binnen en vroeg wat dat gekrijs was. 'Een sadistische nazipornofilm', antwoordde ik en zij deed gewoon voort. We komen keigoed overeen en proberen elkaar niet te controleren. Ik laat haar in haar waarde en zij mij. Dat was in vorige relaties niet altijd zo en wellicht was ik daar zelf niet aan toe."

Het schrijven zelf gebeurt aan de eettafel. Omringd door de dodenfoto's, van 's morgens 5 uur tot 9 of zo, als Jana opstaat. Nu is het middag, drinken we een Chimay van 4,8 graden ("een Chimay voor de paters zelf") en straks kan een middagdutje. Woensdagavond werd Kijk niet zo, konijntje voorgesteld, een dag na dit gesprek. "Ik heb zo'n Limburgs-Kempisch bijgeloof en dus ben ik al een paar maanden met iets nieuws bezig. 'Ik ben liever zeker, dan héb ik toch al iets.' Voor mocht Konijntje volledig afgebroken worden of juist 50.000 exemplaren verkopen. Dat schrijven is een roes. Het is een kamertje waar nog niks in staat en waarvan ik, als enige van de 7 miljard mensen op de wereld, het sleuteltje heb. Ik mag dat volledig zelf decoreren. Geen énkel ander brein van die 7 miljard is daarmee bezig. Dat is een fantastisch gevoel."

Hij kán lezen, tijdens het schrijven, maar wel alleen in het Engels. Nu Chad Dundas, een oud-boksjournalist uit Montana. Ook Smith Henderson. "We waren ooit in Phnom Penh, leerden daar een toffe Amerikaanse kennen die zei: 'Hey, mijn broer is ook schrijver.' Ik dacht: 'Jaja, zoals een miljoen Amerikanen.' Tot ik hem thuis googelde. Zelfs de New York Times recenseert hem en zijn Fourth of July Creek is fantastisch. (snel) Onvoorstelbaar dat alle geëerde boekenbijlagen van ons land nog geen letter over die man schreven."

Jij hebt de voorbije jaren wel kansen gekregen om je mening te geven over de Vlaamse letteren. Leverde dat iets op?

"Ach. Ik heb dat als journalist zo vaak gezien. Eenmaal je een nagel in een blok slaat, wordt er jarenlang alleen nog daarover gevraagd. Is het de moeite geweest? Ik kon niet anders. Ik dacht: al die blaaskaken, daar ga ik nu eens iets over zeggen. Omdat ik heel slecht tegen pretentie kan. Waarmee ik niet zeg dat ik me beter voel. Wel eigenzinniger. (lacht) In mijn boeken ga je niks vinden over de geur van het zweet van bronstige reeën."

Jij was volgens iedereen Jozef De Witte, de anonieme pen die andere auteurs in De Morgen kapittelde.

"Wie? Och! J. De Wilde? (lacht) Iedereen weet toch dat dat (journalist) Patrick Van Gompel was?"

Maar wat ik bedoel: je zegt dat je niet tegen pretentie kunt, toch zullen veel mensen zeggen dat je dat zelf hebt. Omdat jij, anders dan anderen, zonder schroom jezelf promoot via Facebook en Twitter.

"Waarom zou je schroom moeten hebben? Oscar and the Wolf doen dat toch ook als zij een nieuwe cd hebben? En als Luc Tuymans een nieuw werk maakt, zegt hij toch ook: 'Hang dat maar goed in het zicht.' In de literatuur wordt nog altijd vreemd opgekeken als je zegt: hier is mijn boek. Gelukkig loopt het veld stilaan voorop. Lize Spit stapt zonder complex op de trein van de promotie en dat is goed. Helaas zijn de recensenten relikwieën die alleen maar uitkijken naar de biografie van Thomas Mann zijn broer. Uiteraard zijn ze 63 jaar."

We zijn een paar uur verder, Jana's gebak was lekker en de Chimay is op. Uit Kijk niet zo, konijntje halen we nog één zin: 'Wij zijn allen haperende apparaten, maar totdat het tegendeel is bewezen moeten wij ervan uitgaan dat iedereen zijn best doet om er iets schoons van te maken.'

Hij ziet geen grote hindernissen in zijn leven en als er toch iets is, dan helpt het gevoel van vrijheid in Burg-Reuland en in zijn hoofd, de afwezigheid van stress en de aanwezigheid van Chimay. "Ik ben geen boze drinker die zijn vrouw afrost, kindjes van de baan gaat wegmaaien of in de keuken kotst. Maar ik kan me permitteren een zachte alcoholieker te zijn en dat past binnen mijn totale gevoel van vrijheid. En ik ben wars van alle collectiviteit. Kerstmis is de dag waarop ik binnenblijf en mijn wc schilder."