Direct naar artikelinhoud

Aicar is de nieuwe epo

Het goedje heet Aicar, het geeft je lichaam de indruk dat het traint terwijl je lui in de zetel zit, het is nog niet opspoorbaar én de toppers uit het wielerwereldje zouden er niet vies van zijn.

Het is de Nederlandse krant De Telegraaf die de kat de bel aanbindt: "Radio Peloton zegt dat het door diverse toppers wordt gebruikt", schrijft het dagblad op gezag van een - weliswaar anonieme - ploegarts, ex-renner en ploegmanager. Ze hebben het over Aicar, een dopingmiddel waartegen de Internationale Wielerunie UCI en het Wereldantidopingagentschap WADA de strijd al hebben aangebonden.

De eerste keer dat de naam Aircar opdook, was na de Ronde van Frankrijk in 2009, toen het Franse antidopingagentschap AFLD vermoedde dat het middel zijn weg naar het peloton had gevonden, omdat een aantal renners erg mager waren. "Rond die periode is ook een wetenschappelijke publicatie verschenen met de titel 'excercise in a pill", weet Peter Van Eenoo van het dopinglab van de Universiteit Gent.

"Aicar geeft het lichaam immers de indruk dat het traint. Zo verbetert je uithouding, terwijl je misschien in de zetel tv ligt te kijken." Bij laboratoriumtests op muizen bleek het uithoudingsvermogen met liefst 68 procent toe te nemen.

Het middel is nog niet te vinden op de markt, maar volgens Van Eenoo is het bij dit soort nieuwe ontdekkingen maar een kwestie van tijd voor louche labo's zelf aan het produceren slaan. Zeker als ze zo beloftevol worden voorgesteld. Al maken experts zich geen illusies: op het moment dat een product aan bekendheid wint, staat het volgende al klaar. "Het gaat bijzonder snel", zegt Van Eenoo nog.

Dat het de toppers zijn die zich er aan wagen, verbaast sportarts Chris Goossens niet. "Wie met zo'n product bezig is, heeft veel geld nodig en toegang tot experimentele labo's, omdat het nog niet op de markt is." Goossens, die er prat op gaat dat hij meestal een van de eerste is om geruchten op te vangen, zegt dat hij denkt dat we niet in de richting van Belgische renners moeten kijken.

Bij het Gentse lab staat Aicar al een tijdje op de lijst van op te sporen producten. "Als we weten dat er onderzoek naar gedaan wordt, en we vangen op dat zo'n middel prestatiebevorderend zou kunnen zijn, nemen we het op in onze controlelijst", legt Van Eenoo uit. Dat er voorlopig nog niemand betrapt is, komt doordat de stof lichaamseigen is. "Net zoals bij testosteron moeten we onderzoeken welke hoeveelheid natuurlijk is, en vanaf wanneer de waarden gemanipuleerd zijn. Daar zijn we nog niet uit."

Dat wil evenwel niet zeggen dat dopingzondaars vrijuit gaan. "We hebben acht jaar tijd om bedrog vast te stellen, en hebben daarom enkele stalen opgeborgen voor latere analyses."

Bloemsuiker

Sporters die de doping willen aankopen, kunnen dat tegenwoordig makkelijk doen via internet. Maar ook hier geldt dat je nooit weet wat je koopt. "Het feit dat je geen enkele controle hebt, is een bijkomend risico", vertelt Van Eenoo. "Ook wij bestellen af en toe via internet. Af en toe krijgen we bloemsuiker, maar soms gaat het om het echte product. Soms zit er rommel tussen, soms gaat het om goede kwaliteit. Dat het product werkt bij muizen wil trouwens helemaal niet zeggen dat het effect heeft bij mensen. Dat experimenteren levensgevaarlijk is ga ik niet zeggen, maar je weet het gewoon niet."