Direct naar artikelinhoud

Carte blanche voor zwarte angst

Animatiefilm 'Peur(s) du noir' toont bewegende kant van toptalenten Richard McGuire en Charles Burns

Zes illustratoren en striptekenaars kregen carte blanche om een animatiefilm te maken over het thema angst. Het resultaat heet Peur(s) du noir (zie de recensie in Encore). De Morgen sprak met twee van hen, striptekenaar Charles Burns en grafisch designer Richard McGuire.

Door Luc Joris

Wanneer zijn jullie ontmaagd op het gebied van de horror- of angstfilm?

Richard McGuire: "Het moeten films op tv geweest zijn, meer bepaald die van Robert Wise: The Haunting en The Innocent. Die hebben me als kind enorm geraakt. Maar voor dit project heb ik naar Roman Polanski's Repulsion, Stanley Kubricks The Shining en Blue Velvet van David Lynch gekeken. Al die films hebben een vorm van waanzin gemeen. Dat is iets wat me interesseert, niet het bloed waar het genre in het algemeen mee geassocieerd wordt. Het is een waanzin met een mogelijkheid tot geweld."

Charles Burns: "Ik kan nu nog altijd met veel plezier naar trashy horrorfilms kijken. Maar in het algemeen zijn er weinig echte horrorfilms die een visceraal effect op me hebben. Meer psychologisch georiënteerde films wel. Ik herinner me nog dat ik Lynch' Eraserhead in de bioscoop gezien heb. Ik dacht niet dat ik hem zou kunnen uitkijken, zo'n sterk effect had hij op mij."

Wat had het meest invloed op jullie zwart-witlook, de strip of de stille film en de film noir?

Burns: "Bij mij de strip. Sommige van die strips zijn wel nogal beïnvloed door de film noir of de look uit die periode. Die van Will Eisner bijvoorbeeld. Dat merk je aan de manier van zijn belichting. Ook Milton Caniff heeft schitterende dingen gemaakt in inkt. Zijn look heeft ook zijn weg naar mijn werk gevonden."

McGuire: "Ik heb naar veel stille films en films noirs gekeken. Maar ik begeef me gewoonlijk niet op het terrein van een thema als gevaar of angst. Dat vond ik ook een van de uitdagingen aan dit project. Ik ben echt in mezelf op zoek moeten gaan naar zaken die me schrik aanjagen. Ik heb dan een lijstje samengesteld op basis van mijn dromen en nachtmerries die ik al sinds lang noteer. Daar kwamen vooral kinderangsten in voor. En claustrofobie, zoals in mijn film. Daar heb ik altijd al problemen mee gehad."

De visuele link tussen de meeste episodes is de picturale taal. Die is tot de essentie teruggebracht. Hoe belangrijk is voor jullie de kunst van de reductie?

Burns: "In het schrijfproces sluit ik niets uit. Ik censureer me niet en laat alle soort gedachten toe. Soms is er een klein element waarover je schrijft en denk je dat het niets te betekenen heeft. Later ontdek je dat het heel essentieel is. Ik let dus heel voorzichtig op mijn onderbewustzijn. (lacht) Maar wat heel dat proces van distilleren en in een vorm gieten betreft, probeer ik te vermijden dat het alleen maar een lineaire stroom van bewustheden wordt. Ik tracht ze te condenseren en te gebruiken op een manier dat ze een heel sterk effect hebben op het publiek of de lezer."

McGuire: "Ik was altijd al geïnteresseerd in de grens tussen abstractie en realiteit. En ik merk dat mijn aanpak steeds minimalistischer wordt. Ik weet niet wat u van mijn stripwerk kent, maar jaren gelden heb ik Here getekend."

Volgens Chris Ware is het een strip die de narratieve mogelijkheden van het medium gerevolutioneerd heeft.

McGuire: "Ja, dat is heel, heel vriendelijk van hem! Hij is een goede vriend van me. (lacht) Here is getekend in een heel realistische stijl. Het is een van de eerste dingen die ik gepubliceerd heb. Here kun je openslaan waar je wilt en toch houdt het allemaal steek. De eerste twee beeldpanelen zijn zoals in een normaal beeldverhaal. Maar vervolgens introduceer ik verschillende tijdniveaus. Eerst ben je een beetje je weg kwijt maar dan begrijp je dat de verschillende verhalen simultaan door elkaar geweven worden. Maar wat Chris ook over mijn werk zegt of denkt: hij brengt het beeldverhaal op een ander niveau."

Denken jullie dat het stripverhaal meer narratieve mogelijkheden heeft dan de film?

McGuire: "Film is lineair en het is een andere taal. Wat is er zo wonderlijk aan een strippagina? Dat je oog er voortdurend over beweegt en dat het de link maakt tussen de verschillende beeldkaders. Iemand heeft een liveactionstudentenfilm over Here gemaakt. Maar die filmversie werkte niet. Toen is het tot me doorgedrongen hoe snel je ogen over een bladzijde gaan en hoe snel ze de connectie tussen de beeldpanelen maken. Het is een totaal andere ervaring. Film gaat emotioneel ook dieper. En het geluid voegt zoveel toe."

Burns: "Het heeft allemaal te maken met de artisticiteit van de maker. Maar het is nog maar sinds kort dat stripauteurs focussen op ambitieuzer werk. Art Spiegelmans Maus was op dat gebied een revelatie. Plots zag men wat je kon doen met een lang verhaal. Als je toen naar twee of drie andere boeken in het genre van Maus zocht, vond je die niet. Nu kan ik een lijst samenstellen van mensen die interessante dingen doen voor een breed publiek. Dat is een belangrijke verandering. Maar film is een totaal ander medium. Toen ik aan deze film begon, had ik het gevoel dat ik in het water geduwd werd terwijl ik niet wist of ik kon zwemmen."

Richard McGuire, mogen we stellen dat u een zekere affiniteit hebt voor het werk van Ever Meulen en ook dat van de Nederlander Joost Swarte? En dat u, Charles Burns, verwantschap voelt met Hergé?

McGuire: "Swarte en Ever Meulen hebben me enorm beïnvloed. Ik heb ze via het striptijdschrift RAW ontdekt, nog voor ik iets gepubliceerd had. Ever Meulen heb ik vorig jaar voor het eerst ontmoet. Ik hoop dat ik nog tijd vind om zijn grote retrospectieve hier mee te pikken. Ik heb altijd al van hun werk gehouden."

Burns: "Ik houd van Hergés heldere lijn en zijn heldere manier van vertellen. Toen ik klein was, kreeg ik van mijn vader enkele albums van Kuifje. Toen was Kuifje helemaal nog niet bekend in de VS."

Jullie zijn alle twee doorgebroken dankzij Art Spiegelman en zijn stripmagazine RAW, dat hij samen met zijn vrouw Françoise Mouly uitgaf. Hoe blikken jullie op die periode terug?

McGuire: "Ik had het gevoel dat ik eindelijk mijn stam gevonden had. Dat was op het einde van de jaren tachtig. Het interessante aan de mensen die in RAW publiceerden, was dat ze zo toegewijd waren. Geld had geen betekenis. Toen ik voor het eerst in New York aankwam, wilde ik een kunstenaar worden. Ik werkte in een galerij en maakte sculpturen en schilderijen. Sommige van mijn beste vrienden werden beroemd, zoals Basquiat en Keith Haring. Maar ik vond mijn weg niet in die kunstwereld. Ik vond die wereld heel competitief, paranoïde, corrupt ook vanwege het geld. Die vreemde bende van stripartiesten leek me puurder. Het waren outsiders. Dat vond ik er fijn aan. Ik had meer affiniteit met hen. Mijn grote moment is gekomen toen Here in RAW gepubliceerd werd. Maar ik ben te rusteloos en heb me nooit alleen op de strip kunnen toeleggen. Nu werk ik bijvoorbeeld aan een scenario voor een liveactionfilm."

Burns: "Ook mijn eerste werk is gepubliceerd in RAW. Ik woonde toen in Philadelphia en ik was op zoek naar een soort afzet voor mijn werk, want veel mogelijkheden had je toen niet. Ik had altijd al strips op mijn eentje getekend, zonder contact met andere striptekenaars. Maar ik nam mijn werk ernstig. Ik ging naar de kunstschool. Op een dag was ik in New York met mijn pathetische portfolio vol illustraties om die aan mensen te tonen. Toen zag ik het eerste nummer van RAW in een krantenkiosk liggen. Ik ben bij hen gaan aanbellen en zo heb ik Art en Françoise ontmoet. Art is de eerste striptekenaar die ik ontmoet heb. En hij is ook de eerste striptekenaar die heel zorgvuldig naar mijn werk gekeken heeft en begreep wat ik probeerde te bereiken. Hij was heel behulpzaam, in de zin dat hij mijn werk heel kritisch gelezen heeft en er ook heel kritisch over gesproken heeft. Hij was een echte mentor. We tonen nog altijd ons werk aan elkaar."

Wie is Charles Burns?

Charles Burns (Washington, 1955) is een Amerikaans striptekenaar en illustrator. Burns verwierf voor het eerst bekendheid voor zijn werk in RAW, het anthologietijdschrift van Art Spiegelman. Hij is auteur van door pulpcultuur beïnvloedde strips als El Borbah, Big Baby en vooral Black Hole, een meermaals bekroonde grafische roman over tienerangst waarvan Hollywood de filmrechten heeft gekocht. Burns ontwierp ook de lp-hoes van Iggy Pops Brick by Brick. Hij illustreert voor The New Yorker en The Believer.

Wie is Richard McGuire?

De Amerikaan Richard McGuire (New Jersey, 1957) was in de jaren tachtig lid van de minimalistische New Yorkse funkband Liquid Liquid maar is nu vooral grafisch designer. Ook hij brak door in RAW met Here, een korte strip van zes bladzijden. Sindsdien ontwierp McGuire vier prachtige kinderboeken met telkens veel aandacht voor visuele spelletjes en grafiek. Hij heeft ook kinderspeelgoed ontworpen en illustreert covers voor The New Yorker. Zijn interactieve, educatieve website Willing to Try werd bekroond op het Flash Film Festival.

Richard McGuire:

Gewoonlijk begeef ik me niet op het terrein van een thema als gevaar of angst