Direct naar artikelinhoud

Problemen stapelen zich op bij Saab

De geldnood bij Saab is inmiddels zo nijpend dat het autobedrijf deze maand de lonen van zijn 3.800 werknemers niet kan betalen. Het Nederlands-Zweedse bedrijf blijft echter benadrukken dat een faillissement niet aan de orde is.

De eerder afgeketste verkoop van zijn fabrieken beschouwt het bedrijf als de snelste manier om aan geld te komen. Een woordvoerder van Saab zei dat de verkoop van vastgoed "mogelijk vandaag" kan rondkomen.

Voor topman Victor Muller, die juist in China probeert om definitief het geld van twee investeerders binnen te halen, stapelen de problemen zich op. Op bijna elk terrein kampt Saab met tegenvallers. De problemen op een rij:

De leveranciers

Aangezien Saab zijn rekeningen niet meer betaalde, leveren leveranciers sinds maart geen of slechts mondjesmaat onderdelen. De schattingen over onbetaalde rekeningen variëren van enkele tot vele tientallen miljoenen. Nadat de Chinese geldschieter Pang Da in mei 30 miljoen euro had overgemaakt, kon Saab een deel van zijn schulden aan leveranciers weer betalen. De kas was echter zo snel leeg dat half juni de lopende band opnieuw tot stilstand kwam.

Leveranciers willen nu alleen nog spullen leveren als er direct betaald wordt. Zonder onderdelen kan Saab geen auto's maken en blijft het verstoken van een inkomstenbron. Toch sturen de toeleveranciers nog niet aan op een faillissement, aangezien veel bedrijven voor hun eigen voortbestaan afhankelijk zijn van Saab.

De Chinezen

Van de twee kleine Chinese autobedrijven Pang Da en Youngman moet geld binnenkomen om Saab enkele maanden of liefst nog langer zuurstof te geven. De bedrijven kunnen een deel van het geld overmaken in ruil voor de levering van auto's. Pang Da kocht bijvoorbeeld 1.300 auto's voor 30 miljoen euro. Maar voor een grotere kapitaalinjectie in het bedrijf is toestemming van de Chinese overheid in Peking nodig. Aangezien Pang Da en Youngman voor de Chinezen onbeduidende ondernemingen zijn, is het onzeker of die toestemming snel zal volgen.

De overheid

De Europese Investeringsbank (EIB) en de Zweedse overheid spelen een onduidelijke rol in de redding van Saab. Victor Muller wilde zijn fabrieken verkopen aan zijn Russische bondgenoot Vladimir Antonov. De schimmige achtergrond van de Rus - zijn vader werd onder onopgehelderde omstandigheden vermoord - is naar verluidt een belangrijke overweging voor de EIB om de verkoop van de fabrieken te blokkeren. Analisten houden er echter ook rekening mee dat de investeringsbank terughoudend is wegens de bodemloze put waarin het geld verdwijnt. De Zweedse staat heeft inmiddels wel duidelijk gemaakt dat zij zelf geen geld steekt in het bedrijf, maar wel goedkeuring wil verlenen aan de verkoop van het vastgoed.

De klanten

Alle onzekerheid over het voortbestaan van Saab maakt potentiële autokopers kopschuw. De beoogde stijging van de verkopen komt daardoor in het gedrang. Eerder hoopte het bedrijf dit jaar 80.000 wagens te produceren en te verkopen. Door het verloren tweede kwartaal staat de teller nu pas op dik 10.000. Saab heeft nog wel enkele duizenden auto's bij dealers geparkeerd, maar moet snel de lopende band weer aanzetten om nog wagens te kunnen verkopen. Als de verkoop stilligt, komt er ook geen geld meer binnen op de bankrekening en neemt de geldnood nog verder toe.

Het personeel

Dankzij de redding van Saab in januari 2010 heeft topman Victor Muller veel krediet opgebouwd bij de duizenden werknemers in het Zweedse stadje Trolhättan. Met zijn Houdini-achtige pogingen om het bedrijf te redden, oogstte hij veel waardering. Maar ook zij worden nu op de proef gesteld. Het zal voor Saab moeilijk zijn om cruciale werknemers aan zich te blijven binden, laat staan dat het openstaande vacatures makkelijk kan vervullen. Zo haakte eerder al de beoogde financieel directeur af. De vakbonden dreigen inmiddels met een aanvraag van faillissement in een poging het loon voor de werknemers binnen te krijgen.