Albert Heijn zet opmars in Vlaanderen gestaag voort

Woensdag opende Albert Heijn zijn tiende Vlaamse supermarkt, in Oudenaarde. 1.400 vierkante meter met Nederlandse producten, aangevuld met Belgische varianten, zoals naast de traditionele frietsaus ook mayonaise met een iets minder zoete smaak, meer aangepast aan de Belgen.

Al is Albert Heijn met zijn tien supermarkten nog altijd klein op de Belgische markt, het is toch een speler waar de andere supermarkten steeds meer rekening mee houden. Zeker omdat Albert Heijn uitpakt met 'Hollandse prijzen', wat voor de Belgen synoniem staat voor goedkoop. "Het is niet zo dat de Belgen nu plots allemaal pindakaas eten en daarvoor naar Albert Heijn gaan, maar het is een zeer waardige concurrent. We mogen Albert Heijn niet onderschatten. Albert Heijn is een beetje exotisch voor de Belgen. Ze rijden er dan ook zeker eens naartoe", stelt Jean-Pierre Roelands, commercieel directeur van Colruyt.

"Maar ze komen nadien wel terug naar hun gewone supermarkt. Albert Heijn is maar een tijdelijk fenomeen", denkt Roel Dekelver, woordvoerder van Delhaize. "Want uiteindelijk is Albert Heijn toch niet de goedkoopste van het land. Dat lijkt alleen maar zo." Statistieken, zoals die van Test-Aankoop onlangs, tonen aan dat Colruyt nog altijd de goedkoopste is. Albert Heijn geeft de indruk goedkoop te zijn, omdat het voortdurend stevige kortingen in de verf zet. Zoals 1+1 gratis, terwijl tot voor kort eerder 2+1 gratis de norm was in België.

Sterke promoties

"Laat dit nu precies de belangrijkste impact zijn van Albert Heijn op de Belgische markt: meer sterke promoties. AB InBev gaf deze zomer een bak Jupiler gratis weg voor wie er een kocht. Een week later meldde concurrent Alken-Maes, dat je een bak Maes aan halve prijs kon kopen. Daar moest je dus al geen twee bakken meer meenemen. Dat was voordien niet denkbaar", duidt Gino Van Ossel, retailexpert van Vlerick.

Was België tot voor de komst van Albert Heijn een land waar de prijzen gematigd waren en de kortingen ook, nu is de druk op de prijzen groot en bovendien zijn de promoties ook forser. Goed voor de consument, maar lastig voor de leveranciers.

Even uitleggen: Albert Heijn in België is een verlengstuk van Nederland. Alles wat naar België komt, vertrekt uit het distributiecentrum in Tilburg. Wat meteen ook de sterkte is van Albert Heijn, dat schaalvoordelen kan realiseren. Maar omdat AH in Nederland marktleider is, met 850 supermarkten, krijgt het er veel betere prijzen van leveranciers dan een Belgische winkelketen kan bekomen voor de Belgische markt, die veel kleiner is.

Ter vergelijking: de drie grootste supermarkten, Delhaize, Carrefour en Colruyt nemen elk zowat een kwart van de Belgische markt voor hun rekening. Aldi heeft een marktaandeel van om en bij de 10 procent en Lidl neemt nog eens een kleine 5 procent. Uiteindelijk blijft er maar weinig voor Albert Heijn over. En toch.

"Albert Heijn heeft een groter marktaandeel in Nederland dan de grootste winkelketen heeft in België", verwoordt Van Ossel. "Daarom wordt ervan uitgegaan dat Albert Heijn betere voorwaarden krijgt van de leveranciers. En nu Albert Heijn ook in België zijn producten aan de man brengt, pleiten de Belgische ketens ervoor ook die goede condities te krijgen. Want anders is dat niet serieus. De onderhandelingen met de leveranciers zijn dus veel straffer geworden."

Tevreden en fier

Albert Heijn staat dus op de radar. Tien winkels in anderhalf jaar tijd is niet niets. "Wij zijn tevreden en ook fier", zegt Corné Mulders, managing director van Albert Heijn België. "Iedere winkel draait boven onze verwachtingen. Dit terwijl België al een volwassen markt was." Of Albert Heijn ook winstgevend is? "Alle winkels op zichzelf wel, ja", geeft Mulders aan. Maar algemeen klopt het financiële plaatje met andere woorden nog niet. Albert Heijn mikt op 50 winkels in België. Pas dan zal het de kritische massa hebben om rendabel te zijn.