Direct naar artikelinhoud

Samenzang tot aan de hemel

Vreemd dat Local Natives in de kleine zaal stond geprogrammeerd, al had dat wellicht te maken met het feit dat de band nog wat warm moest worden gehouden voor de zomerfestivals.

Halverwege de set zette Local Natives vrijdagavond 'Warning Sign' van Talking Heads in. En ook al had de band dat nummer al langer op het repertoire staat, toch leek het op papier wat vergezocht. Het viertal wordt meestal in hetzelfde hokje gestopt als Grizzly Bear en Fleet Foxes, maar live lag de link voor de hand: de groep grossierde in vinnige artrock, smokkelde regelmatig Afrikaanse invloeden in de set binnen, en kwam op de koop toe verrassend dansbaar uit de hoek. Daardoor vertoonde Local Natives meer raakpunten met Yeasayer en Vampire Weekend, twee andere jonge bands die momenteel hoog scoren bij het hippe volkje.

Op Hummingbird, de uitstekende, eind januari verschenen tweede plaat, laat Local Natives een ander gelaat zien. De songs kleuren een stuk donkerder, en zitten aanzienlijk complexer in elkaar. Maar dat nam niet weg dat je in Trix een dynamische, bevlogen spelende groep aan het werk zag. Nummers als 'You & I' en 'Black Balloons' werden aangedreven door hyperkinetische ritmes, en maakten indruk met hun gelaagde, meerstemmige samenzang die meer dan eens tot aan de hemel leek te reiken. De band hield een strak tempo aan, en vooral het nieuwe werk maakte een veel robuustere beurt dan op plaat.

Daardoor vormden de songs uit Hummingbird gek genoeg toch weer een coherent geheel met Gorilla Manor, het inmiddels drie jaar oude debuut. Wat eveneens opviel: haast elke song ging vergezeld van een euforisch refrein dat je achteraf met geen geweld meer uit je hoofd kreeg. En ook al had de band onderweg bassist Andy Hamm verloren - zijn plek werd live ingenomen door een anonieme vervanger -, toch maakte Local Natives een hechte, vastberaden indruk.

Stilte in de club

Met het emotionele 'Columbia' hield de band even een andere route aan. Het nummer, over de plotse dood van de moeder van een van de groepsleden, werd opgebouwd rond een eenvoudig refrein, maar elke lettergreep kroop onder je huid. "If you never knew how much/If you never felt all of my love/I pray now you do." Het was een soort moment dat het in de rumoerige rockclub die Trix is toch even stil werd. 'Ceilings' - melancholisch en toch dansbaar - gaf aan dat Local Natives zijn eigen alt.country-variant ontsluierd had, en wanneer er naar ouder werk werd teruggegrepen ('Airplanes' en 'World News') voelde je dat dat eigenlijk van in het begin al meer eigenheid had dan de band toen vaak werd nagegeven. Na een klein uurtje - de tijd vloog voorbij, altijd een goed teken - had de groep nog een reeksje toegiften in petto, en 'Who Knows, Who Cares' - een nummer waarvan je pas besefte dat je erop zat te wachten toen je het eerste akkoord hoorde - vormde een magisch moment. Zowel in de studio als op het podium is Local Natives er met zijn tweede plaat enorm op vooruitgegaan. Kortom: zorg dat je voor het juiste podium staat als ze deze zomer langskomen op Rock Werchter of Pukkelpop. Hopelijk fluistert iemand hen dan ook in het oor dat die festivals in Vlaanderen liggen, waar de voertaal - in tegenstelling tot wat frontman Kelcey Ayer scheen te denken - Duits noch Frans is. Voor de rest: een band die de hype waard is.