Direct naar artikelinhoud

Duizelingwekkend zwart gat

Giudizio, Possibilità, Essere ('Oordeel, Mogelijkheid, Zijn'), het nieuwe stuk van Romeo Castellucci, begint met een oorverdovende reis naar een zwart gat in de Melkweg. het onvoorstelbare tonen, voor minder gaat castellucci inderdaad niet.

Het stuk is gebaseerd op De dood van Empedokles van de romantische Duitse dichter Friedrich Hölderlin. Hölderlin heeft tegenwoordig een reuzenstatus in de literatuur, maar die bewondering is recent. Tijdens zijn leven kreeg hij weinig erkenning en hij eindigde in waanzin. Empedokles is zijn enige, bovendien onvoltooide drama. Hij werkte er drie jaar aan, tussen 1797 en 1800. In dat stuk evoceert hij de tragiek van een Grieks-Siciliaanse filosoof en staatsman die boven zichzelf uit groeit. Hij wordt tegelijk god en mens. De last van die status kan hij echter niet dragen. Uiteindelijk stort hij zich in de Etna, als bewijs van onsterfelijkheid of als eerste stap naar wedergeboorte.

Sprakeloos

Zoiets toch. Voor een hedendaagse lezer is deze lyriek, waar nauwelijks een verhaal aan te pas komt, bijna niet te volgen. Hollywoodpsychologie helpt hier voor geen moer. Het is alsof Hölderlin alle vragen en drama's van zijn getormenteerde tijd opzoog in deze ene tekst. Daardoor staat die meteen open voor haast elke verklaring, als een zwart gat, een duizelingwekkende Maëlström. De dichter kwam er zelf ook niet uit en brak het stuk dan maar - ongehoord radicaal toch - abrupt af. Franz Kafka deed het hem pas goed honderd jaar later na.

Maar wat doet Castellucci dan met die tekst, behalve dat zwarte gat meteen met veel bombarie evoceren? We kennen hem van onvergetelijke beelden, maar teksten kwamen daar nauwelijks aan te pas. "Het theater is niet: luisteren naar het woord... In het theater is er de brutaliteit van het lichaam die de dingen complex maakt. Het woord wordt plots stem" noteert hij in het programma. Elders merkt hij op dat theater nooit 'echt' is. Liefde en haat, bloed en geweld, het is allemaal vals. Maar ja, net die omweg kan ook inzicht bieden...

Pas na de voorstelling las ik deze woorden en ging mij een licht op bij een werk dat me eerst vooral sprakeloos liet. In een proloog zie je veertien vrouwen, uitgedost als schamele meisjes in een 18de-eeuws gesticht, één na één verschijnen in een kale turnzaal. De ene na de andere knipt het puntje van haar tong af. Gruwelijk beeld. Vals natuurlijk. Hopelijk. Een hond komt de tongpunten oppeuzelen, terwijl de meisjes in een kring rond een gouden lauwerkrans staan. En je denkt: is dit een symbool voor Hölderlins moedwillige beslissing om zijn stuk af te breken?

Maar dan gaan deze 'meisjes' toneelspelen. Met grote T. Bijna als vanzelf denk je aan Marat/Sade van Peter Weiss, waarin gekken in een gesticht uit de 18de eeuw onder leiding van de markies de Sade toneelspelen. Maar hier geen gekte, wel precisie en ernst. Choreografische, sculpturale gebaren. Gedragen stemmen. Veel retoriek, geen psychologie.

Totaal artificieel is het. Geen 'in de huid kruipen van'. Er is zelfs niet één actrice die Empedokles speelt. Wie de lauwerkrans draagt, die is de god-mens. Dat is om de haverklap iemand anders. Of nog: wie sterft, spuit schuim in zijn mond om 'schuimbekkend' te sterven. Maar toch ga je, zonder ook maar één kostuumwissel, geloven in deze meisjes en vergeet je hun uniform. Zelfs als een didactische diavoorstelling het door Empedokles zo geliefde Siciliaanse landschap evoceert.

Clash

De kunstmatigheid gaat zo ver dat Castellucci de stem van de vertolkers - de tekst dus - vaak losknipt van hun fysieke aanwezigheid. De stem-tekst komt via een oude radio, terwijl de vrouwen de woorden enkel lippen. Het is een vervreemdingseffect dat Bertold Brecht waardig is. Maar het klopt. Wat de woorden oproepen en zeggen en wat de lichamen, ondanks hun plechtige poses, vertellen, dat zijn twee dingen. Twee manieren om in de werkelijkheid te staan, fysiek of cerebraal, maar zo verschillend dat ze nooit kunnen samenkomen. Net wat Castellucci in zijn programmatekst stelt.

Pas op het einde neemt het fysieke de overhand, maar dan in de overtreffende trap. De vrouwen vormen een tunnel met hun armen. Een van hen wringt zich daardoor, als een baby die ter wereld komt. Een wedergeboorte? Overstijgen van het conflict tussen god en mens, zoals Hölderlin het misschien zag? Tot de boreling ontkleed wordt en naakt het podium af stapt. Zes keer na elkaar. De clash die dat geeft - tussen symbool en concreet lichaam -, daar slaan je stoppen, na al wat vooraf kwam, pas echt van door. Het zwarte gat begint daar - terug.

Giudizio, Possibilità,

Essere Romeo Castellucci

Tot zondag op locatie

www.desingel.be