Direct naar artikelinhoud

'Het is nog altijd Mozart, maar door mijn bril'

Morgenavond gaat in deSingel in Antwerpen Een totale Entführung in première. Ramsey Nasr en Wim Henderickx maakten een actuele herinterpretatie van Mozarts Entführung aus dem Serail. Met de componist praatten we over het heilige huisje Mozart, de tegenstelling tussen Oost en West en de betekenis van religie daarin. Uitgangspunt was: wie haalt het in zijn hoofd om Mozart te bewerken?

stephan moens

Wim Henderickx: "In Die Entführung aus dem Serail komen drie elementen samen: mijn liefde voor Mozart, mijn liefde voor theater en mijn liefde voor etnische muziek. Toen Ramsey Nasr met de vraag kwam om iets met de Entführung te doen, dacht ik eerst: waarom aan Mozart raken? Mozart is perfect, hij weet wat theater is, hij weet wat muziek is. Wie ben ik dan om daar iets mee te doen? Ik zag ook meteen dat de partituur veranderen, andere noten toevoegen, akkoorden wijzigen voor mij geen enkele zin had. Wat ik wel wou doen, is de orkestratie een andere kleur geven. Het orkest is een soort paleisorkest geworden, dat op het podium staat. Het begeleidt puur de zangers en heeft minder dan bij Mozart een psychologische functie. De klank ervan is misschien nog intiemer dan in de orkestbak; er zijn ook maar twaalf instrumenten. Het is nog altijd Mozart, maar door de bril van een andere componist bekeken.

"Hoewel ik erg respectvol met Mozart ben omgegaan, zie je hem toch door de opera heen geleidelijk verbrokkelen. Het slot is mijn eigen muziek maar toch nog gebaseerd op Mozart zelf. Ik heb daartoe vooral de 'Turkse' muziek in Mozarts partituur, die niet enkel in het Janitsarenkoor maar ook op andere plekken voorkomt, getransformeerd naar mijn eigen muzikale denken. Ik heb er ook voor gekozen om die Turkse muziek in het heden te plaatsen. Vandaar drie slagwerkers vooraan in het orkest, die spelen op derbuka, riq en bendir, de Turkse etnische instrumenten van vandaag dus. Wellicht zou Mozart dat ook gedaan hebben, had hij nu geleefd.

"Een derde ingreep zit in de rol van Bassa Selim. Dat is een spreekrol maar de hele innerlijke wereld van die nobele man vraagt om zang. Die wereld heb ik in een slotlied weergegeven. Daartoe heb ik op het einde van de opera heel wat weggeknipt, een aantal aria's maar ook de zogenaamde vaudeville, waardoor het slot niet meer het Janitsarenkoor is maar een nieuwe woordeloze aria voor Bassa Selim, die begint in een etnisch idioom, dat geleidelijk aan evolueert naar een twintigste-eeuwse twaalftoonsmuziek. Het orkest verdwijnt van het podium en speelt vanuit de verte; alleen Bassa Selim blijft over. De opera eindigt dus niet meer de vreugde van de vrijgelatenen maar de eenzaamheid van Bassa Selim."

Wat gebeurt er met hem na de opera?

"Dat weet ik niet. Het voornaamste is al tevoren gebeurd: vóór de opera (het conflict tussen Bassa Selim en Belmontes vader) en tijdens de opera: het zonder enige wroeging afzien van wraak. Maar hij wordt niet opnieuw westers, dat maakt de muziek wel duidelijk. Die is oosters van inspiratie. Dat heeft ook met de casting te maken: Bassa Selim is een Marokkaanse zanger-acteur, die dat ook vanuit zijn belevingswereld zingt.

"Terugblikkend maakt dat slotlied heel de opera anders. Het verklaart de coupures die ik naarmate de opera vordert steeds meer heb aangebracht. De beroemde aria van Constanze 'Martern aller Arten' bijvoorbeeld is zijn al even beroemde concertante inleiding kwijt, evenals de oplossing die Mozart er op het einde aan geeft. Ik eindig op een 'open' akkoord op het woord 'Tod'. De bedoeling daarvan is niet Mozart te verbeteren maar het concept met dubbele rollen - een acteur en een zanger voor elke rol, behalve Bassa Selim en Osmin - vereiste dat om de vaart er in te houden."

U hebt dus nieuwe elementen ingebracht. Wat wilt u daar precies mee vertellen voor deze tijd?

"Iedereen kan wel zien dat er een conflict is tussen Oost en West, tussen islam en christendom. Ik ben niet de politiek geëngageerde componist die daar per se een statement over wil maken maar ik wil wel duidelijk maken: je hebt hier twee werelden. Ik kan die niet verzoenen, dat zou in deze tijd naïef zijn. Dat is ook muzikaal hoorbaar gemaakt: op sommige momenten lijkt het Turkse slagwerk het orkest te overstemmen, je voelt de wrijving tussen die twee werelden. Ze zitten tegen elkaar maar kunnen ook boven elkaar schuiven, muzikaal gezien dan. Ze komen niet samen vanuit een symbiose maar vanuit een confrontatie. Dat wordt niet opgelost; het einde, met zijn nieuwe muziektaal, is een groot vraagteken."

Net als uit Mozarts opera blijkt, hebben wij nu vaak het gevoel dat het Oosten wreed en het Westen zwak is. Was dat voor u een overweging?

"Niet meteen als uitgangspunt. Maar muzikaal heb ik gaandeweg wel gevoeld dat er in de interpretatie onder een aantal aria's een explosief Oosten schuilgaat. Het Westen is in deze muziek verfijnder maar daarom niet zwakker. Politiek zit dat nu misschien anders maar dat was geen drijfveer voor de muzikale interpretatie. Veel van mijn werk tot nog toe heeft zich beziggehouden met de relatie tussen Oost en West. Ik heb dat altijd proberen doen vanuit een respect voor culturen en religies."

Bent u zelf religieus?

"Ik ben een heel religieus man. Ik heb een christelijke opvoeding gehad, ik heb mij daar ook nooit tegen verzet. Ik ga niet meer mee in het denken van het katholicisme maar ik blijf geloven in christelijke waarden. Daarnaast heb ik mij veel beziggehouden met oosterse godsdiensten. Andere stukken, bijvoorbeeld de Tantric Cycle waar ik nu mee bezig ben, zijn op hindoeïsme en boeddhisme geïnspireerd. Mijn nieuwe opera zal voor mezelf een oplossing bieden voor het probleem van de verschillende religies en wat zij maatschappelijk mogelijk maken.

"Voor mij ontstaat een groot deel van het politieke probleem vanuit een religieuze context; men gebruikt religie als een middel om conflicten te legitimeren, zowel aan westerse als aan oosterse kant. Voor mij is er geen verschil tussen uitspraken van Bush en die van moslimfundamentalisten. Religie dient niet om oorlogen te zegenen. Maar historisch is het wel altijd zo geweest. Behalve in het boeddhisme misschien, vandaar dat ik mij daar ook toe aangetrokken voel. Dat is een religie die zichzelf kan relativeren. Zoals de dalai lama zegt: als je er iets aan hebt, doe er dan iets mee; heb je er niets aan, vergeet het dan."

Zit daar ook geen naïviteit in?

"Religie wordt vaak geassocieerd met naïviteit. Daar ben ik het niet mee eens. Een gelovig mens hoeft niet naïef te zijn, zeker niet als je je eigen achtergrond toetst aan de context van andere religies en filosofieën. Mijn eigen religieus denken wordt daar alleen maar sterker door."

Waar gaat die volgende opera dan precies over?

"Hij komt voort uit de ervaringen die ik heb opgedaan op mijn reizen naar het Oosten, naar Afrika, maar ook bij het lezen van boeken over verschillende religies en uit het westerse denken. Ik wil in dat werk nadenken over religie in een heel open context, zonder het idee van godsdienst erbij te halen. De vragen waarover mensen altijd nadenken: is er iets?, moeten we in iets geloven?, komen erin aan de orde. Er komen geen teksten in uit de Bijbel of de Koran of zo; voor het grootste deel zal er zelfs helemaal geen tekst zijn, net zoals in mijn laatste stuk, 'Nada Brahma', het derde deel van de Tantric Cycle. Ik ben de laatste tijd veel met stemmen en dus met tekst aan het werken. Nu wil ik zien waar ik tekst nodig heb en waar hij te dominerend wordt. Waarschijnlijk wordt het dus meer een 'opéra intérieur'. Het slotlied van Bassa Selim in Een totale Entführung is er misschien een voorafbeelding van."

Een totale Entführung speelt in deSingel tot 16/9, daarna in Kortrijk, Gent, Sint-Niklaas, Hasselt, Turnhout, Brugge en Brussel. www.transparant.be

Iedereen kan zien dat er een conflict is tussen Oost en West, tussen islam en christendom. Ik kan die niet verzoenen, dat is muzikaal hoorbaar gemaakt