Direct naar artikelinhoud

Het mode icoon en zijn muze

Róisín 'Moloko' Murphy en Christophe Coppens, vroeger ontwerper en nu kunstenaar, kennen elkaar exact tien jaar. Vanaf vrijdag prijken ze samen op de tentoonstelling rond Belgische mode in BOZAR. Een dubbelinterview over strakke truitjes, pr-moeders, tumorhoeden en seks met kledingstukken.

"Do you like my tight sweater? See how it fits my body!" De betere openingszin toch wel. Op eigen risico te gebruiken, het liefst in de juiste fashionmiddens. Róisín Murphy probeerde hem in 1994 uit op een feestje in Sheffield. En producer Mark Brydon hapte toe. Niet veel later waren ze een koppel. Mark bleek dol op haar strak truitje, bijzondere stem en performing skills en samen begonnen ze dance-popgroep Moloko. Hun eerste album Do You Like my Tight Sweater sloeg meteen aan, net als Murphy's excentrieke podiumlooks.

Dat is intussen - pijnlijke reality check - twintig jaar geleden. Moloko (Russisch voor 'melk') is dood, Brydon verdween uit beeld en Murphy ging alleen verder. Toen ze in 2005 haar tweede soloplaat in Brussel kwam voorstellen, ontdekte Róisín (41) puur toevallig modeontwerper Christophe Coppens (45). Het was de start van een lange reeks samenwerkingen én een hechte vriendschap. Zij werd zijn muze, hij haar vaste modeleverancier. Nog eens tien jaar later heeft hij een nieuwe job: kunstenaar in Los Angeles. En zij een nieuwe soloplaat: Hairless Toys. Tijd voor een reünie in Brussel. Met een naar Róisín Murphy's normen saaie openingszin.

Hoe heb je Christophe Coppens' werk precies leren kennen?

Róisín Murphy: "Via zijn mama! Toen ik in 2005 op promotoer in Brussel was, had ik een paar uurtjes vrij. Ik ging de stad in, op zoek naar een hoedenwinkel. Een verkoper in de Dansaertstraat tipte me Christophe Coppens' klein winkeltje op de hoek. Leuk, maar te draagbaar, vond ik toen. Het mocht wel een tikje méér zijn.

"De overenthousiaste verkoopster raadde me spontaan aan om samen zijn atelier te bezoeken. Dat was toch vlakbij, zei ze. Onderweg bleef ze maar vertellen hoe fantastisch en getalenteerd de man was die deze hoeden maakte. Ik werd steeds nieuwsgieriger. Toen we het atelier binnenkwamen, zei Christophe: 'Dag mama'. Plots begreep ik waarom de winkeldame zo lyrisch was. Zijn moeder was de beste PR-agent ooit."

Christophe Coppens: "Róisín is letterlijk mijn leven binnengewandeld. De eerste paar minuten dat ze voor me stond, was ik - als grote fan - totaal starstruck."

Murphy: "En ik was totaal overweldigd door je atelier! Zó intimiderend groot, zeg. Toen je jouw collecties toonde, dacht ik even dat ik in de hemel beland was. Daar stonden de meest fantastische hoeden die ik ooit gezien had. En je bléef maar prachtstukken tonen. Ik kocht er meteen drie. Waaronder een zwart exemplaar dat als een soort tumor op je hoofd zit."

Even later droeg je al Christophes fameuze geruite hertencape slash gewei tijdens je 'Overpowered'-tournee. Het is een van de meest gewaagde stukken van de grote modetentoonstelling 'De Belgen', die vrijdag in BOZAR opent.

Murphy: "Ie-de-reen herinnert zich die cape nog. Christophe had 'm verkocht, maar kon de eigenaar overhamen hem aan mij uit te lenen voor de toer.

"Een ander ongelooflijk item dat Christophe me leende, was de Hugging Men Cape, een textielsculptuur van twee levensgrote mannen die je omhelzen als je hem aantrekt. What the f*ck is that?, lachten mijn bandleden, toen ik het repetitiehok binnenstapte. Later heb ik dat maffe stuk ook gedragen op het podium. Aan- en uitdoen was een worsteling. Maar de reacties waren overweldigend."

Naast stukken van Coppens droeg je op het podium al outfits van Maison Martin Margiela, Bruno Pieters en La Fille d'O. Vanwaar je hart voor Belgische mode?

Murphy: "Ze straalt een sterke onafhankelijkheid uit. En er zit kracht en ruggengraat in. Aan de juiste synergie tussen de zakelijke en de creatieve kant merk je dat jullie ontwerpers zelf hun label hebben uitgebouwd. Een zeldzaamheid in de modewereld tegenwoordig."

Coppens: "Jij kiest nog zelf de kledij die je draagt op het podium: dát is pas een zeldzaamheid. In de muziekindustrie van vandaag komt er vaak een heel leger van stylisten, creative directors en choreografen aan te pas. Lang vóór Lady Gaga en consorten droeg je al mode op een heel extravagante manier. Weet je nog dat ik kort na onze eerste ontmoeting naar je concert op Pukkelpop kwam? Toen zag ik van heel dichtbij hoe fysiek en extreem je omging met mode. Alsof je seks had met die kledingstukken en accessoires."

Een korte coupe, witte blouse, hoge taillebroek en platte schoenen: in vergelijking met die extravagante podiumlooks van toen, loop je er nu zeer gewoontjes bij, Róisín. Vlakt met ouder worden jouw excentrieke kledingstijl wat af?

Murphy: "Bij elke plaat bedenk ik een visueel totaalconcept. Ik denk als beeldend kunstenaar, niet als zangeres. De Overpowered-tournee was pure fashion, heel extravagant. Voor de nieuwe plaat Hairless Toys wilde ik met een schone lei beginnen. Bij alle acht nummers heb ik een andere look voor het centrale personage bedacht: een provinciale madam die gevangen zit tussen 1969 en 1986. Alle kleren die ze draagt, zijn vintage. Niks heeft een merklabel.

"Hairless Toys associeer ik met een bepaald modebeeld: spooky, een tikje lelijk en heel minimaal. Veel nylon en veel kleur. Ik dacht dat die felgekleurde look helemaal uit het niets zou komen. Maar dan blijk ik ineens toch f*cking trendy te zijn. Ik kan het niet helpen dat ik zo fashionable ben."

Christophe, jij bent intussen geen modeontwerper meer. In mei 2012 zette je je bedrijf stop met een emotionele brief. Intussen woon en werk je in Los Angeles, als fulltime kunstenaar. Róisín, jij maakt na zeven jaar je comeback en hebt een jong gezin te runnen. Zien jullie elkaar eigenlijk nog veel?

Coppens: "Niet zo vaak als we zouden willen. We missen elkaar vaak. Gelukkig houden we contact via mail, sms, skype en instagram. Onze laatste ontmoeting dateert al van november. In Museum Boijmans van Beuningen was er een tentoonstelling, waar ik werk toonde. Róisín kwam speciaal voor de opening naar Rotterdam. De dag erna zijn we samen gaan shoppen. Verkoopsters herkenden haar meteen. Ze vielen bijna over elkaars voeten om haar van alles op te dringen. De gekste dingen eerst. Róisín werd maar niet enthousiast. Ze kiest altijd iets wat andere mensen niet van haar verwachten."

Murphy: "Moeder worden was nochtans wél een heel natuurlijke, te verwachten keuze. In 2009 en 2012 zijn mijn dochter en zoontje geboren. Natuurlijk heeft dat impact op mijn leven gehad. Maar 41 jaar zijn zónder kinderen, dát zou pas een grote impact op me gehad hebben. Op tour gaan is wel een beetje spannend nu. Gelukkig is het schema voorlopig nog rustig. De concerten zijn in het weekend. Tijdens de week ben ik gewoon thuis."

Tijd genoeg om de mode te volgen, dus. Of doe je dat niet meer?

Murphy: "Minder intensief dan vroeger, maar ik blijf er wel verzot op. Ik heb nog altijd een goed oog, denk ik. Zo droeg ik Thomas Tait op de foto's voor mijn Italiaanse cd (die ze maakte met haar huidige vriend, de Italiaanse producer Sebastiano Properzi, red.). Karl Lagerfeld en Phoebe Philo gaven me gelijk: ze bekroonden hem even later met de LVMH-prijs.

"Ik merk wel dat de modewereld enorm veranderd is. Het is cynischer geworden. Zelfs in Londen, bekend om zijn zin voor experiment en wilde punkattitude, zie je hoe de zakelijke kant het creatieve aspect overwoekert. Jonge designers hebben tegenwoordig ook al een celebrity policy. Ze weten precies welk stuk naar welke ster gaat. Waar is de punk edge gebleven?'

Van wie heb je je passie voor mode eigenlijk meegekregen?

Murphy: "Van mijn moeder, die altijd prachtig gekleed is. Maar ook van mijn grootmoeder, die als bedrijfsleider veel maatpakken droeg. Bontjas, leren handschoenen, rode lipstick, een rok en een kostuumjasje: dat was haar signature look. Best angstaanjagend eigenlijk. Ook haar zussen waren geobsedeerd door mode: ze maakten silhouetten na uit de Vogue. En mijn overgrootvader was een rasechte kleermaker. Erg ver moet ik het dus niet gaan zoeken."

Wat was jouw eigen vroegste modeherinnering?

Murphy: "Ik kan me niet herinneren dat ik níét van kleren hield. Mijn tante won in de jaren 60 verschillende missverkiezingen en ze bewaarde al haar kleren uit die tijd. Regelmatig viel ik haar loft binnen om tiara's, schoenen en jurken te plunderen. Ze was heel petite, dus toen ik een jaar of 10 was, pasten haar kleren me perfect. Ook haar trouwjurk, waarin ik soms rondliep in ons dorp.

Op m'n 12de verhuisden we naar Manchester, waar ik tweedehandswinkels, rommelmarkten en garageverkopen ontdekte. Ik kon niet geloven wat mensen allemaal weggooiden. Dol was ik op de vintage kleren. Alles moest assorti zijn: rode lakschoenen, glimmende rode handtas, rode jas en een shiny rode hoed. Elk weekend maakte mijn moeder me om 4 uur 's morgens wakker om naar een rommelmarkt te gaan. Fantastisch. Daar leerde ik mijn ellebogen gebruiken om schatten te vinden."

Christophe, je carrière als kunstenaar lijkt gelanceerd: je exposeert in galeries, op beurzen en op tentoonstellingen. Lonkt de mode niet meer?

Coppens: "Toch wel: vanaf oktober leid ik een nieuwe masteropleiding op het Sandberg-instituut in Amsterdam. Toen ze me belden voor deze job, dacht ik dat ze me als voorbeeld wilden van hoe het níét moest.

"Deze nieuwe masteropleiding - Fashion Matters - is bedoeld voor studenten die al een modestudie gedaan hebben. Het is een heel individueel traject met als centrale vraag: hoe kun je vandaag op een verantwoorde en duurzame manier mode maken? De modesector draait nog altijd heel goed. Veel merken verkopen prima. Maar er rijzen ook veel vraagtekens rond het productie- en aankoopproces. Het is heel fijn om op deze manier opnieuw met mode bezig te zijn. Ook ik zit nog met een hoop vragen over de modewereld die ik graag nog wil stellen."

Murphy: "De mode is een ratrace. Een pauze nemen van een paar jaar, zoals ik gedaan heb, is onmogelijk in die sector. Als designers moet je aan de lopende band collecties tekenen en de seizoenen volgen elkaar steeds sneller op. Ik snap maar al te goed dat Christophe gestopt is. Met alle beslommeringen van zijn eigen bedrijf had hij op den duur nog amper tijd om creatief te zijn. Gelukkig maakte hij voor mijn huidige toer wel nog een nieuwe reeks maskers."

Heb je er een degout aan mode aan overgehouden?

Coppens: "Nee, mijn stopzetting was een persoonlijke kwestie. Ik hou nog altijd veel van mode. Ik ben nog steeds enthousiast over mensen die dingen maken. Dat zit erin en dat blijft. De modeweken volg ik ook nog altijd op de voet.

"Een ander groot voordeel van deze nieuwe job is dat ik weer vaker in Europa zal zijn. Elke zes weken kom ik minstens vijf dagen naar Amsterdam. Daar kijk ik erg naar uit. In LA wonen, is fantastisch voor mij op dit moment. Maar vrienden en familie missen, valt me zwaar. Ook professioneel wil ik meer in Europa werken."

Róisín, ben je even grote fan van Christophes kunstwerken als van zijn hoeden?

Murphy: "Zoals ik altijd fan ben geweest van Christophes hoeden, hou ik ook van zijn kunst. Ik vind zijn werk heel sterk. Het stuk dat hij toonde op de tentoonstelling in Rotterdam vorig jaar was veruit het beste van de hele groepstentoonstelling."

Coppens: "In het najaar heb ik een soloshow in galerie Stephane Simoens in Knokke. Hij had het werk ontdekt op de expo in Rotterdam. Wist je dat ik dat contact ook dankzij Róisín heb? Haar ex-vriend en de vader van haar eerste kindje is kunstenaar Simon Henwood, die al samenwerkte met Simoens. Ik ontmoette Stephane voor het eerst backstage bij het concert van Róisín in Vorst Nationaal."

Pak je je kunstcarrière nu anders aan dan je modeloopbaan?

Coppens: "Het leven als kunstenaar is niet eenvoudiger. Als modeontwerper ging ik altijd maar door, als in een trip haast. Nu besteed ik het grootste deel van mijn tijd aan reflectie, een voorwaarde om goed werk te maken. Dat is een moeilijk, traag en eenzaam proces. Maar ook heel boeiend. Dit is het leven dat ik momenteel wil voor mezelf.

"De eerste twee jaar na mijn overstap bleef ik zo ver mogelijk uit de buurt van alles wat deel uitmaakte van de kunstwereld. Ik kwam met een behoorlijk trauma uit het modecircuit. Jarenlang had ik geprobeerd om in de juiste winkels te liggen, in de juiste bladen te staan en de juiste klanten aan te trekken. Ik moest er eventjes niet aan denken om weer in een andere mallemolen te belanden.

"Maar na een tijdje komt dan toch datzelfde dilemma: wil ik voor altijd de outsider blijven? Nee, want dan zullen ze mijn werk in grote stapels onder mijn bed vinden, als ik er niet meer ben. Of stap ik wél mee in het circus? En grijp ik de kans om mijn werk te tonen en geld te verdienen? Dat dilemma houdt me dagelijks bezig. Het zal de gulden middenweg worden. Het huidige klimaat in de kunstwereld vind ik weinig aantrekkelijk. Gelukkig zijn er voldoende mensen die wel op een integere en boeiende manier met kunst bezig zijn. Uiteindelijk telt alleen het werk zelf en daar focus ik nu op. Kunst is meer dan haar markt."

Murphy: "Ik hoor vaak zeggen dat de mode-industrie rotter is dan andere creatieve vakgebieden. Totale nonsens, vind ik. De muziekindustrie is bijvoorbeeld minstens even corrupt. Maar ik vraag me af hoe het zit met de kunstwereld. Via mijn ex-man Simon zag en hoorde ik hoe succes vaker het resultaat is van speculatie dan van talent."

Coppens: "Kunst en de kunstwereld zijn méér dan de markt. Maar ik ben me er zeker van bewust dat de kunstmarkt een speculatief kantje heeft. Ik zie ook hoe bepaalde namen opgepompt worden, zodat de verzamelaars hun werken flink in waarde zien stijgen. Ik vind het boeiend om dat mechanisme te proberen te begrijpen. Momenteel is het helemaal niet aan de orde om mezelf af te vragen hoe ik daarin zal floreren. Al droom ik er natuurlijk wel van dat veel collectioneurs mijn werk kopen. Maar dat is vooral uit artistieke ambitie en om nieuw werk te kunnen maken.

"Ik wil nog groeien in mijn werk en hoop nog veel tentoonstellingen te kunnen maken. Een dure, bekende kunstenaar zijn, daar ben ik nu totaal niet mee bezig. Momenteel is er niks belangrijker dan mijn eigen kunst. Op mijn relatie, familie en vrienden na, natuurlijk."

Murphy: "Ik zal je eraan houden."



Op vrijdag 5 juni opent de modetentoonstelling 'The Belgians. An Unexpected Fashion Story' in BOZAR.

De hele zomer staat in het teken van Belgische mode met lezingen, workshops, filmvertoningen en andere activiteiten.

summeroffashion.be

Zaterdag 6 juni speelt Róisín Murphy op het Heartbeats Festival in het Noord-Franse dorpje Halluin, vlakbij Menen.

Op 25 juni staat ze op Rock Werchter. En op 21 november in Vorst Nationaal.

In september heeft Christophe Coppens een soloshow in Galerie Stephane Simoens in Knokke.