Direct naar artikelinhoud

'Geweldige overwinning' of anticlimax?

Erdogans feestje op zondagavond was bescheiden. In verschillende steden gingen aanhangers van de president de straat op en klonken toeterende auto's. Maar in verhouding tot de felle pro-Erdogancampagne was het bijna een anticlimax. Carlijne Vos

Zondagavond, na afloop van het referendum: premier Binali Yildirim spreekt in Ankara van een geweldige overwinning. "Het volk heeft gesproken, Turkije kan een nieuw hoofdstuk openen", roept hij vanaf het balkon van het AK-partijhoofdkwartier in de hoofdstad, voor een juichende menigte die de naam van Erdogan scandeert. De ja-uitslag is het "beste antwoord op de vijandige coup van vorige zomer, op de Koerdische militanten en alle andere buitenlandse krachten die Turkije vijandig gezind zijn".

Toch verraadt de nipte overwinning van 51,4 procent de diepe verdeeldheid in de Turkse samenleving. "Wij stemmen vóór het behoud van de erfenis van Atatürk" - de grondlegger van de seculiere republiek - "Nee dus", zei een stel ons zondagmorgen toen ze hand in hand het stembureau in Istanbul verlieten. Een ander echtpaar zei ja te stemmen. "Wij zijn voor de herrijzenis van het Ottomaanse rijk. Bovendien zijn we tegen Europa - vooral tegen Duitsland en Nederland", zei de man agressief.

De Turken gingen zondag naar de stembus om zich in een referendum uit te spreken over de grondwetswijziging die de president hoofd van de regering maakt en de controlerende rol van het parlement drastisch beperkt. De verwachting was al dat het een nek-aan-nekrace zou worden tussen het ja-kamp en het nee-kamp.

Op campagnebijeenkomsten zaterdagavond in Istanbul probeerde president Erdogan zijn aanhang nog een laatste keer te overtuigen van de voordelen van zijn ingrijpende plannen voor de Turkse democratie. "16 april wordt een keerpunt in de Turkse politieke geschiedenis. Iedere stem zal een bouwsteen zijn voor onze wederopstanding', waarmee hij refereerde aan de hoogtijdagen van het Ottomaanse Rijk.

Intimidatie

De campagne werd overheerst door het ja-kamp van de regerende AK Partij van president Erdogan. De nee-campagne ('hayir'), die werd geleid door de grootste oppositiepartij CHP en de Koerdische HDP, kreeg veel minder kans. Vrijwilligers werden geïntimideerd, campagnemateriaal werd vernietigd. Bovendien hangt de noodsituatie die nog steeds van kracht is - sinds de mislukte staatsgreep van vorig jaar zomer - als een grauwsluier boven het vrije woord. Het afgelopen jaar werden meer dan 100.000 vermeende tegenstanders van de regering ontslagen, ruim 40.000 mensen gearresteerd en is honderden media en mensenrechtenorganisaties het zwijgen opgelegd.

Het centrum van Istanbul oogde zondagochtend rustig. Verkiezingscampagnes zijn op de dag van het referendum niet toegestaan, en bovendien hield de angst voor terreuraanslagen mensen thuis. Terreurbeweging IS had eerder deze maand opgeroepen aanslagen te plegen omdat stemmen in een referendum tegen de wil van God is. In Istanbul waren de afgelopen dagen bij diverse acties 49 mensen opgepakt op verdenking van het beramen van aanslagen. Volgens het staatspersbureau Anadolu zijn 41 van de verdachten buitenlanders. Sommigen van hen zouden ook betrokken zijn geweest bij de aanslag op feestvierders op oudjaarsavond in de nachtclub Reina.

Ook de Koerdische afscheidingsbeweging PKK roerde zich. In de plaats Van - in het zuidoosten van Turkije - kwam zaterdag een politieagent om bij een aanval op een patrouillewagen; een andere raakte gewond. Bij een bureau in een district bij Diyarbakir werden drie mensen doodgeschoten, maar vermoedelijk ging dat om een familievete. Ook zijn acht mensen opgepakt wegens vermeende banden met de PKK en de geestelijke Fethullah Gülen, die verantwoordelijk wordt gehouden voor de staatsgreep van vorig jaar.

Turkije zette zondag een kwart miljoen extra politieagenten in om de stembureaus door het hele land te bewaken, vooral in het zuidoosten. In Istanbul was er extra beveiliging op toeristische plekken, en in onder meer de metro.

'Niet meer veilig'

Voor de katholieke kerk Sint-Antonius in het centrum, die op paaszondag was volgestroomd met Afrikanen voor de Engelstalige paasmis, stonden twee agenten met de hand op hun geweren. Rond het Taksimplein patrouilleerden al dagen gewapende agenten en agenten in burger, in de hoofdstraat moesten jongemannen met een Arabisch uiterlijk hun papieren laten zien. "Het voelt niet echt veilig meer om hier te lopen", beaamde een voorbijganger.

Maar in de linkse wijk Cihangir lieten de Turken zich niet de mond snoeren. "Ik stem nee omdat ik de afgelopen jaren heb gezien hoe Erdogan zich tegen de Koerden keert", zegt de Koerdische notenverkoper Emra Demir (25). Een geblondeerde vrouw verliet opgelucht het stembureau in de Franse school. "Ik wil niet dat mijn land in de handen van één man valt."