Direct naar artikelinhoud

Waarom kiwi's blind worden

De Nieuw-Zeelandse kiwi wordt langzaam blind. De Britse koolmees krijgt dan weer een langere snavel. De evolutietheorie toont zich nog elke dag in de praktijk.

Charles Darwin mag dan al 135 jaar dood zijn, zijn evolutietheorie is dat allerminst. Het dierenrijk toont er ook vandaag mooie voorbeelden van: de Britse koolmees en de Nieuw-Zeelandse kiwi (de loopvogel, niet de vrucht). We steken eerst het Kanaal over: vogelspotten is er een nationale hobby en menig Brit heeft een voedersilo in de tuin. Die met voer gevulde cilinder heeft onderaan een kleine opening. Daar kunnen de vogels een zaadje of graantje meepikken. Dat heeft een evolutie in gang gezet bij de lokale koolmees. Diens snavel is nu gemiddeld 1 millimeter langer dan die van zijn soortgenoten op het vasteland. Want een langere snavel, dat pikt makkelijker.

Grote Nederlanders

De andere kant van de aardbol dan: Nieuw-Zeeland, de enige plek ter wereld waar de kiwi in het wild voortkomt. Dat is een kleine loopvogel die vooral 's nachts leeft. Die beestjes worden nu stilaan blind. In het Okaritobos, in het zuiden van het land, vonden onderzoekers verschillende slechtziende en zelfs blinde kiwi's terug. Behalve hun zicht, verkeerden ze in perfecte gezondheid. Hun andere zintuigen lijken voldoende om te overleven en zich voort te planten.

"De kiwi leeft voornamelijk in de duisternis, op plekken waar voldoende voedsel is en haalt veel informatie uit andere zintuigen, zoals geur en tastzin. Ogen heeft hij eigenlijk niet nodig. Als die worden uitgeschakeld, maakt dat meer energie en plaats vrij voor de andere zintuigen. Want het zicht neemt enorm veel hersenruimte in", legt evolutiebioloog Mark Nelissen uit, professor emeritus aan de Universiteit Antwerpen.

De moderne kiwi toont ons de praktijk van de bekende evolutietheorie. Dat gaat meestal zo: bij een of meerdere dieren van een bepaalde soort treedt een mutatie op. Als die meer voor- dan nadelen met zich meebrengt, is de gemuteerde beter gewapend tegen de omstandigheden. Daardoor heeft die dus meer kans om zijn genen door te geven. En zo gaat dat maar door, over generaties heen.

De dierenwereld toont ons ook vandaag nog tal van voorbeelden, maar ook u en ik behoren tot dat rijk. We legden een lange weg af, sinds we honderden miljoenen jaren geleden weifelend uit de oceaan kropen. Blijven ook wij veranderen? Nee, zo blijkt. Of toch niet zo snel. "De medische wetenschap heeft dat afgeremd. Ziektes worden genezen, genetische defecten worden onderdrukt. Die mensen planten zich ook voort, waardoor er minder natuurlijke selectie is", gaat Nelissen voort. "Als onze soort binnen 10.000 jaar nog bestaat, zullen we er misschien wel anders uitzien. Hoe dat zal zijn? Dat weet niemand."

De grote genetische evolutie is stilgevallen, al zijn er nog enkele kleine voorbeelden. Onze noorderburen, bijvoorbeeld. "De Nederlanders zijn qua gestalte het grootste volk ter wereld. Dat waren ze vroeger niet, ook dat is evolutie. Waarschijnlijk verkiezen Nederlandse vrouwen grote mannen als seksuele partner. Zo werden ze plots groter dan de rest", zegt Nelissen. "Maar dat kan een modeverschijnsel zijn. Als die mode gaat liggen, worden de Nederlanders weer kleiner."