Direct naar artikelinhoud

Einde van een strijdperk

De 20ste jubileumeditie van het dancefestival maakt dit jaar zowel aanspraak op een verjaardagwens als op een grafschrift. Op 28 juli valt het doek namelijk finaal over 10 Days Off. Bloemen noch kransen. Maar roemen en dansen moét, nu dit muzikale monument voor eeuwig verdwijnt.

Vannacht blaast 10 Days Off twintig kaarsjes uit. Elf dagen later gaat de nachtkaars ook definitief uit. Met The Last Waltz wil het festival in schoonheid afscheid nemen. Al schuilt in ieder adieu onvermijdelijk een beeld des doods. Hoe kan het eigenlijk dat deze Belgische pionier van de elektronische muziekfestivals er zomaar een punt achter zet, in een festivalsegment dat springlevend oogt?

Op elke hoek van de straat wordt tegenwoordig een dancefestival georganiseerd. En wat meer is: zelfs in het buitenland wordt met een mix van bewondering, afgunst en kopieerdrang naar onze dancecultuur gekeken.

Helaas: die overdaad schaadt, zo blijkt. De zomer wordt overwoekerd door festivals, en de grote industrie veegt vandaag de dansvloer aan met kleinere spelers. De organisatie van 10 Days Off geeft gelaten toe dat het stilaan onhoudbaar is geworden om elektronische trendsetters te blijven in zo'n globaliserende muziek-industrie.

In een volgebouwd festivallandschap kun je gewoon niet langer een frisse wind laten waaien. Zelfs op alternatieve rockfestivals als Dour of Pukkelpop schuiven sinds enkele jaren talloze dj's aan, en tegen hun budget kan 10 Days Off ook al niet op. De unieke positie die het festival aan het begin van de jaren 90 innam, kan ze niet langer handhaven sinds er zwaar op subsidies werd beknibbeld.

In zo'n geval is het effectief beter om er een uitroepteken achter te zetten, dan een twijfelend beletselteken.

Muzikale lacune

Er valt zelfs iets te zeggen voor de poëtische beslissing om het festival net nu op te heffen, bij zijn verjaardag. Twintig edities is goed voor een kristallen of porseleinen jubileum. Even broos is de toekomst van 10 Days Off geworden.

En toch blijft de beslissing zonde. Al is het maar omdat 10 Days Off voor vele feestvierders een jaarlijkse afspraak was, in de schaduw van de Gentse Feesten. Om die reden werd juist de aanzet gegeven in 1995. Rudy Victor Ackaert was toen samensteller van Teknoville, het allereerste danceprogramma op Studio Brussel. Hij riep 10 Days Of Techno (zo heette het feest toen nog) in het leven, om jongeren een nachtelijk alternatief te bieden voor het jaarlijkse volksfeest in de binnenstad.

In een leegstaand pand in de Belfortstraat werd spontaan een tiendaags festival in de steigers gezet, met technogrootheden als Juan Atkins en Luke Slater op eenzelfde affiche. Ondanks de chaotische line-up kwamen er in het eerste jaar al tot 1.700 bezoekers over de vloer per nacht: vier keer meer dan het organiserende trio Ackaert, Eric Smout (vandaag Democrazy) en Philip de Liser (vzw 5voor12) hadden gehoopt.

Onbewust hadden zij een ultiem momentum in de dance aangegrepen. In 1995 beleefden acts als The Chemical Brothers, Daft Punk en Underworld hun doorbraakjaar met muzikale mijlpalen. Tegelijk bleef het wachten tot dansmuziek ingeburgerd zou raken op grote festivals als Rock Werchter. 10 Days Of Techno wist zo een muzikale lacune te vullen.

Het festival zou doorheen de jaren ook vaak kunnen terugblikken op legendarische nachten: Laurent Garnier kleurde de zomer van 2000 met 'The Man with the Red Face', en in 2003 begon Richie Hawtin zijn set met 'Dexter' van de toen nog onbekende Ricardo Villalobos: de minimalrevolutie brak die nacht uit op de dansvloer. Rond die tijd werd 10 Days Off ook een internationaal begrip, met een invasie van buitenlandse muziekfans. Het festival groeide en bloeide in de scene rond Mo' Wax en Ninja Tune, en speelde een voortrekkersrol in de carrières van Autechre, Grooverider, Basement Jaxx of Nicolas Jaar.

De programmatie van 10 Days Off stond er dan ook altijd om bekend om de vinger strak aan de pols te houden. Gelauwerde klasbakken werden back-to-back geplaatst tegenover obscure beloftes. De meest vernieuwende acts en piepjonge talenten binnen de elektronische muziek kregen zo hun eerste grote podium. Lef en liefde voor muziek vloeiden samen bij 10 Days Of(f) Techno. Zelfs al betekende dit dat sommige nachten zwaar verlieslatend waren.

Opvolging verzekerd

De kloof tussen bedroomproducers en top-dj's zal er in de toekomst alleen maar breder op worden, vrezen platenruiters dan ook, die hun eerste grote kansen kregen op 10 Days Off. Een belangrijk hoofdstuk van de Belgische dancegeschiedenis wordt aan het eind van juli afgesloten. Anderzijds geldt ook: misschien is twintig jaar echt wel genoeg geweest. Wie vernieuwend wil blijven, moet een oud concept net zo goed durven opdoeken, zodat er iets verrassends in de plaats kan komen.

Sowieso is opvolging verzekerd, suste Philip de Liser eerder al in De Morgen. "De ideeën voor iets nieuws zijn er, al doen we niets meer binnen de Gentse Feesten."

De ultieme vraag die eind juli dan ook op vele lippen zal branden: wie neemt de fakkel in de Gentse binnenstad over, om tien slapeloze nachten op te lichten?