‘Laat koninklijk commissaris aanpak van seksueel geweld stroomlijnen’

In Antwerpen kwamen zondag 15.000 mensen meestappen in een stille mars tegen seksueel geweld. © BELGA

‘Er is veel goede wil bij de mensen op het terrein om seksueel geweld serieus aan te pakken maar er zit iets structureels verkeerd,’ zegt specialist strafrecht Liesbet Stevens. ‘Een koninklijk commissaris kan dat rechttrekken.’

Tom Ysebaert

Stevens, die verbonden is aan de KU Leuven en het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, stelt vast dat de hervorming van het strafrechtelijk kader vergevorderd is, dat er gemotiveerde mensen bij politie en justitie zijn, dat er mogelijkheden zijn om daders te behandelen maar onvoldoende. ‘Tegelijk haken die raderen onvoldoende in elkaar’, zegt ze in De Zevende Dag op Eén. ‘Er zou iemand de opdracht moeten krijgen al die spelers samen te brengen, om samen werk te maken van de prioriteiten. Voor dat de aandacht voor de problematiek weer verslapt.’

Het is dus geen kwestie van dat iedereen beter zijn job doet? ‘Neen, aan individuele toewijding en inzet bij politie, gerecht en hulpverleners ligt het meestal niet. Maar ik hoor de voorzitter van het Antwerpse hof van beroep zeggen dat er een kamer gesloten werd voor niet-gespecialiseerde zaken (waardoor de zaak van Steve B. uitgesteld werd, red.). Dat is een verkeerde inschatting. Seksueel geweld is wél gespecialiseerd, en heel complex. Je kunt niet alle daders over één kam scheren. Er is een aanpak op maat nodig.’

Meer vorming voor magistraten

‘Uit mijn contacten met mensen in de magistratuur leer ik dat ze gefrustreerd zijn, ze hebben geen tijd, geen middelen om meer onderzoek te laten doen en te weinig ondersteuning vanuit wat ik de “hulpwetenschappen” noem, het gebied van psychologen en psychiaters. Ze zouden meer vorming moeten krijgen in die hulpwetenschappen . Niet om die te vervangen maar om zelf beter gewapend te zijn om een verstandige straf uit te spreken.’

Het hoeft voor Stevens niet per se een koninklijk commissaris te zijn. ‘Het gaat erom dat iemand de zaak trekt, tijdelijk, en dat op federaal niveau zowel als op dat van de gemeenschappen. Daar zit de preventie. Het moet toch de ambitie zijn om feiten te kunnen voorkomen.’