Direct naar artikelinhoud
Waterschaarste

Bereid u voor op de grote droogte: komt er deze zomer nog water uit onze kraan?

Bereid u voor op de grote droogte: komt er deze zomer nog water uit onze kraan?
Beeld Joris Casaer

De voorbije weken was er soms zon en dan weer regen, maar wat constant bleef: de onrust over de lage grondwaterstand. We peilden naar de zorgen én naar de oplossingen bij wetenschapper, weerman, activist, boer en tuinder, en verzamelden tips over hoe u water kunt besparen. ‘Het is belachelijk dat we drinkwater gebruiken om onze wc door te spoelen of de was te doen. En dat we er ons gazon mee besproeien, is gewoon misdadig.’

Op de lagere school leerden we over de kringloop van het water: water uit de zee verdampt tot wolken, die landinwaarts drijven en daar uitregenen. Het regenwater vult waterlopen, sijpelt in de bodem en stroomt weer naar de zee, waarna de cyclus opnieuw begint. Maar dat mooie plaatje klopt niet meer?

Patrick Meire, professor waterbeheer (UA): “De mens heeft op zowat ieder punt van die kringloop ingegrepen. 20 procent van Vlaanderen is verhard door bebouwing of wegen: het water spoelt daar meteen de riool in, in plaats van in de bodem te sijpelen en het grondwaterpeil aan te vullen. Veel landbouwgronden zijn sinds de jaren 60 ook gedraineerd via buizen en grachten – natte akkers zijn slecht berijdbaar met zware machines – dus ook daar worden de grondwaterreserves niet meer aangevuld, en rivieren zijn rechtgetrokken. Al het water moest destijds zo snel mogelijk terug naar de zee, maar dat moet veranderen: we moeten nu proberen zo veel mogelijk water vast te houden.”

Is het grondwaterpeil echt zo laag?

Patrick Willems, professor waterbouwkunde (KUL): “Ja, al kunnen we niet verder terugkijken dan de jaren 70, toen met de metingen werd begonnen.”

Frank Deboosere, weerman VRT: “Eigenlijk regent het in België gemiddeld maar 7 procent van de tijd. Er zijn in Vlaanderen jaarlijks wel tweehonderd regendagen, maar daar zitten veel dagen tussen met buien van maar enkele minuten. In absolute tijd regent het hier niet zo vaak, ook al denken we van wel.

“Sinds de lente van 2018 regent het echt veel te weinig. Aan het einde van de vorige zomer hadden we een neerslagtekort van 350 millimeter: volgens metingen van het KMI van de afgelopen 120 jaar doet dat zich maar eens om de veertig jaar voor. Na de droge herfst, winter én lente beginnen we aan de zomer met een tekort van 100 à 200 millimeter. Met 1 millimeter neerslag bedoelen we 1 liter per vierkante meter, dus vóór de zomer zou er nog 200 liter regen per vierkante meter moeten vallen. Dat wil zeggen dat het de komende twee, drie maanden de hele tijd zou moeten regenen. Er is veel meer nodig om het grondwaterpeil aan te vullen dan die paar natte weekends. De natuur heeft nu eigenlijk een dertiende maand nodig, én een veertiende, én een vijftiende.”

Op sommige plaatsen in Vlaanderen zou het grondwaterpeil al met 100 meter gezakt zijn?

Meire: “Dan hebben we het niet over de bovenste laag van het ingesijpelde regenwater, maar over de veel diepere laag. Die is in sommige streken bijna leeggepompt. In het zuiden van West-Vlaanderen zijn de textielindustrie en de groenteverwerkende nijverheid daar verantwoordelijk voor. De overheid verleent nu minder pompvergunningen, maar waar moet de industrie dan wél water halen? Drinkwater maken van zout zeewater is technisch mogelijk, maar die ontzilting is duur en vreet energie.”

De klimaatvoorspellingen spreken van meer natte winters en meer droge zomers. Een droge zomer hebben we nu al twee keer gehad, maar de natte winter is uitgebleven.

Meire: “Die twee droge zomers zijn geen sluitend bewijs dat het klimaat verandert, maar je kunt wél zeggen dat ze in de voorspellingen passen. Tegen 2050 zullen we geregeld zulke zomers hebben, maar dat wil niet zeggen dat dat dít jaar zo zal zijn, ook al hoorde ik Frank Deboosere dat afgelopen weekend zeggen op de radio.”

Bereid u voor op de grote droogte: komt er deze zomer nog water uit onze kraan?

Frank?

Deboosere: “Ik heb gezegd dat de kans op een warme zomer groot is, omdat de bodem uitgedroogd is. Als de zon schijnt, wordt normaliter eerst een deel van de energie gebruikt om te drogen, en dan pas om op te warmen. Die eerste stap slaan we nu over: bij de eerste zonnige dagen haalden we in april 25 graden, terwijl we die temperatuur pas eind mei zouden mogen noteren.”

Maar als er af en toe een flinke bui passeert, is er weinig aan de hand?

Meire: “Zomerbuien zijn kort en hevig, en een droge bodem is hard en compact. Als daar plots in korte tijd veel water op valt, loopt het meeste weg naar riolen en rivieren. Als diezelfde hoeveelheid water in een paar rustige buien valt, kan de bodem dat veel beter opslorpen.”

Deboosere: “Ik noem die zomerregen ‘slechte regen’, omdat het water meteen wegvloeit en overlast veroorzaakt in de Broekstraat en de Beekstraat, de historische overstromingsgebieden waarvoor gemeentebesturen jarenlang bouwvergunningen hebben uitgereikt. We gaan warmere tijden tegemoet, waardoor de regen alsmaar korter en krachtiger uit de hemel zal vallen. Wie in die gebieden een villa heeft gebouwd, zit hoe dan ook met een probleem.”

Stel dat de komende zomer even kurkdroog wordt als die van vorig jaar, wat dan?

Willems: “Dan is er nog veel meer waterschaarste dan vorig jaar. Maar wat ons precies te wachten staat, dat is koffiedik kijken. We hebben het namelijk nog nooit meegemaakt.”

Is het denkbaar dat er bij een volgende droge zomer geen water meer uit de kraan komt?

Meire: “Die kans acht ik reëel. In België hebben we een grote bevolkingsdichtheid, én er wordt weinig water aangevoerd via waterlopen, hoofdzakelijk vanuit Frankrijk, via de Maas en de Schelde.”

Kan de overheid niet gewoon meer waterreserves aanleggen?

Meire: “De overheid haalt ons drinkwater uit het grondwater en uit het oppervlaktewater, bijvoorbeeld in het IJzerbekken. Dat wordt verzameld in spaarbekkens, vanwaar het wordt verdeeld. Je zou de strategische reserves kunnen vergroten door meer spaarbekkens aan te leggen. Als het veel regent, kunnen we op die manier veel water opvangen. Op termijn moet dat toch bekeken worden.”

Deboosere: “Wat ik misdadig vind, is dat we de bevolking nog niet ontmoedigen om het gazon te besproeien. Elders ter wereld moeten mensen kilometers lopen voor drinkbaar water, en wat doet de Vlaming? Drinkwater op het gras gieten. Men werkt nu aan een afschakelplan voor water tegen 2020. De industrie, de landbouw, de gezinnen: wie mag waar en wanneer water aftappen bij grote droogte? Wel, dat plan had al in de herfst van 2018 op tafel moeten liggen. Nu is het nog altijd niet af en is het business as usual.

Dat afschakelplan is een onderdeel van het droogteplan, dat de Vlaamse regering begin april heeft goedgekeurd. Waarom is het nog niet klaar?

Katrien Smet, woordvoerder Vlaamse Milieumaatschappij: “We moeten met zeer veel partners aan tafel zitten: vertegenwoordigers van de industrie, de landbouw, de natuur, de consument... Dat vergt tijd.”

Jan Arends, manager bij Capture, een onderzoeksplatform rond hergebruik van water en plastic: “De Belgische overheid is heel versnipperd, en belangenverenigingen zoals de Boerenbond, VOKA en Natuurpunt spreken allemaal voor hun eigen winkel. We zouden alles moeten samenbrengen op regeringsniveau, met één duidelijk aanspreekpunt, zoals in Nederland. Daar waakt de regeringscommissaris voor het Deltaprogramma over de bescherming tegen hoogwater, en over het afschakelplan – dat hebben ze daar al enkele jaren en het wordt elk jaar herzien.

“Zo’n afschakelplan moet regio per regio bekeken worden. Waar veel landbouw is, bijvoorbeeld in West-Vlaanderen, zou de landbouw voorrang op de industrie kunnen krijgen. En in de Antwerpse haven zou je de industrie voorrang kunnen geven.

“Maar water afschakelen is niet zonder risico: stilstaand water kan een broeihaard van bacteriën worden. Onze infrastructuur is daar ook niet voor ontworpen: je kunt niet één klep dichtdraaien als je een wijk zonder water wilt zetten. Er is ook het fenomeen van de waterslag. Als je een klep dichtdraait, botst het water ertegen en krijg je een drukgolf. De kans op breuken in de leidingen is zeer groot, zeker omdat onze infrastructuur verouderd is.”

Volgens een enquête van VOKA hebben negen op de tien bedrijven geen droogteplan.

Arends: “Ik denk zelfs dat niet eens één op de tien bedrijven zo’n plan heeft. Alles hangt af van de bedrijfsleiding. Ardo, een groenteverwerkend bedrijf in Ardooie, zuivert zijn afvalwater en levert dat aan de boeren, die er hun akkers mee bevloeien. Dat is slim gezien, want als de boeren geen groenten meer kunnen leveren, ligt de productie bij Ardo stil. Dat is een goed voorbeeld van hoe bedrijven en sectoren elkaar kunnen helpen.”

Boeren hebben het probleem dat het water op hun akkers verdampt. Ze vrezen een nieuw verbod om water uit onbevaarbare waterlopen te pompen zoals vorige zomer, en slaan nu al voorraden in.

Smet: “Ze kunnen nu water uit onbevaarbare wateren pompen zonder meldingsplicht, dat klopt. Het ontwerp daarvoor ligt klaar, maar het zal voor de volgende legislatuur zijn.”

Volgens Natuurpunt komen tractoren met Nederlandse nummerplaten in onze beken water tanken.

Smet: “Ik heb daar geen weet van. De boeren hebben er geen baat bij om de waterlopen nu leeg te pompen, ze leven van de natuur. Maar er zullen ongetwijfeld cowboys tussen zitten.”

Marjolein Vanoppen, waterwetenschapper UGent en bij Capture: “Vorige zomer reden boeren naar de afvalwaterzuiveringsinstallaties van Aquafin, dat hen gezuiverd afvalwater verkocht. Dat was nog nooit gebeurd, en wettelijk gezien mag het ook niet, door de strenge kwaliteitseisen die we hanteren. Maar vorige zomer brak nood wet en mochten ze komen tanken. Dat gezuiverde afvalwater mag in principe niet gebruikt worden in de landbouw, maar het is wel proper genoeg om in de waterlopen te lozen, waaruit de boeren water mogen pompen. Zie je de tegenstrijdigheden?”

Willems: “Nu is er wel een droogteplan, maar daar is geen budget voor. De volgende regering moet dat zoeken. Mocht men het écht als urgent beschouwen, dan maakte de huidige regering die budgetten gewoon vrij. En stel alstublieft ook die betonstop niet langer uit. Nog meer beton betekent dat er nog minder regenwater in de grond kan sijpelen.”

Vanoppen: “Het afschakelplan heb je pas nodig als er een crisis is. Maar we moeten nú maatregelen nemen om zo’n crisis te vermijden. De betonstop moet onmiddellijk ingevoerd worden. En we zullen ook afvalwater moeten zuiveren tot drinkwater. Nu komt het terecht in de Schelde en stroomt het naar de zee. We zullen het lokaal moeten opslaan en zuiveren, bijvoorbeeld in installaties per wijk.

“De belangrijkste vraag wordt: welke waterkwaliteit heb je nodig voor welk doel? Het is belachelijk dat we drinkwater gebruiken om onze wc door te spoelen of de was te doen. Dat kan net zo goed met regenwater. Wie nu een nieuwe woning bouwt, is verplicht om in een waterput te voorzien waarop je de wc en de wasmachine kunt aansluiten. Je kunt natuurlijk niet iedereen met een oudere woning verplichten om dat te installeren. Maar regenwater bufferen op wijkniveau is niet moeilijk: je zorgt ervoor dat het water van alle daken in een grote tank belandt. Je sluit de huizen erop aan of laat het in de bodem dringen, waardoor je het grondwater aanvult.

“Je zou nog verder kunnen gaan en afvalwater met fecaliën en urine naar de waterzuivering sturen, en het water van de douche en de wasmachine lokaal zuiveren. Je laat het eenvoudig behandelen en slaat het op in een buffertank, waarna het kan dienen als toiletspoelwater.”

Arends: “In Gent is er een nieuwbouwwijk in aanbouw, de Nieuwe Dokken, met een gesloten watercircuit. Het wc-water wordt apart opgevangen en op hoge temperatuur gegist, zodat er gas vrijkomt. Dat wordt gebruikt om de gebouwen te verwarmen, en wat er overblijft aan vaste stof, daar wordt meststof van gemaakt. De restvloeistof wordt verder gezuiverd tot water voor de tuin of het toilet. Een primeur voor Vlaanderen, maar in het Nederlandse Sneek is het al toegepast.”

Vanoppen: “We moeten anders gaan denken over water. Het is technologisch perfect mogelijk om industrieel afvalwater te zuiveren tot water voor huishoudelijk gebruik.”

Een glaasje duurzaam fabriekswater: ik zie het niet meteen aanslaan bij de consument.

Willems: “De perceptie is een lastige kwestie. Vijftien jaar geleden heeft men geëxperimenteerd met drinkwater uit gezuiverde urine. Maar zodra de mensen wisten wat het was, wilden ze het niet meer drinken. Nu, urine zuiveren is zeker niet de oplossing, het is duur en de volumes zijn te klein. (lacht)

Vanoppen: “Maar er is wél al een ander mooi voorbeeld van hergebruik van afvalwater. In Veurne-Ambacht laat men het afvalwater van Aquafin in de duinen insijpelen. Het komt vervolgens in een reservoir terecht, waarna men er drinkwater van maakt. Die natuurlijke tussenstap maakt het voor de bewoners psychologisch aanvaardbaar om het te drinken. Voor hen is het duinenwater.”

Er wordt op radio en tv aangeraden om nu al spaarzaam te zijn met water. Wat haalt dat uit?

Meire: “Simpel: hoe meer water we nu niet gebruiken, hoe kleiner het risico op een tekort deze zomer. En dan heb ik het over leidingwater én regenwater, want uiteindelijk is het allemaal regenwater dat eerst uit de lucht moet vallen. Als de regenput leeg is, zoals die van mij vorige zomer, dan gebruik je toch leidingwater – niemand wil de groenten in zijn moestuin kapot zien gaan.”

Intussen hoor ik de Vlaming toch denken: ‘Waarom moet ík nu water besparen?’

Meire: “(zucht) Hoeveel mensen hadden een badkamer toen ik klein was? Onze mentaliteit is gewoon verkeerd.”

Willems: “Een Belg verbruikt nu gemiddeld 115 liter drinkwater per dag. Eigenlijk zou 40 liter moeten volstaan.”

Meire: “Telkens als je de wc doortrekt, sluis je 8 à 9 liter drinkbaar water weg. En als 11 miljoen Belgen dagelijks 10 liter water besparen, dus grofweg een keer of twee minder doortrekken, krijg je wél aanzienlijke volumes.

“We zijn van een spaarzame maatschappij geëvolueerd naar een wegwerpmaatschappij. We beseffen niet meer dat water niet zomaar uit de kraan komt. Water besparen levert een persoonlijk voordeel op, in de vorm van een lagere waterfactuur, maar ook een maatschappelijke bonus: de elektriciteitskosten voor de waterzuivering en de aandrijving van de pompen vallen weg. Vanuit elk standpunt is het verstandig om zuinig te zijn met water. En dat kan zonder comfortverlies.”

Oké, tips graag!

Vanoppen: “Het idee dat je elke dag een douche moet nemen, dat is toch belachelijk? Om de twee, drie of vier dagen is toch even goed? Hoe vuil word je als je een hele dag aan je bureau werkt?”

Deboosere: “Of kruip met z’n tweeën in de douche, dat is nog plezant ook.”

Arends: “Ik heb een huurhuis waaraan ik niets kan verbouwen, maar ik vang het eerste, koude water uit de douche op in een emmer en hergebruik dat. Ik heb ook een volle fles water in de spoelbak van de wc gelegd, waardoor het doorgespoelde volume kleiner is.”

Meire: “Bij mij ligt er een steen in de spoelbak. Ik spoel ook niet na iedere plas door.

“Als je je groenten spoelt, kun je dat spoelwater opvangen en het aan de kamerplanten geven. Of giet het afgekoelde kookwater van je aardappelen in een emmer en vervolgens in de tuin. Je zult snel merken dat je dagelijks emmers water uitspaart.”

Arends: “Let wel op met zout of bouillonblokjes, want sommige planten kunnen daar niet tegen.”

Meire: “In plaats van met de gieter langs een hele rij planten te gaan, geef je ze ook beter plant per plant water. Zo bespaar je echt veel.”

De activisten van het Gentse Milieufront lieten onlangs van zich horen met Operatie Perforatie: in een straat in Gentbrugge werden trottoirs opgebroken en geveltuintjes aangelegd. Moet de Vlaming dan maar zelf een betonstop doorvoeren?

Meire: “Ik heb lang in een straat in Antwerpen gewoond waar iedereen een voortuintje had. Toen we verhuisden, waren wij nog de enigen met een voortuin. De andere bewoners hadden verhardingen aangelegd om de wagen op te parkeren. Of ze hadden geen zin om groen te onderhouden. Maar je kunt ook plastic honingraten in de grond steken als je niet met je wagen in de modder wilt staan en toch wilt dat het water in de bodem kan sijpelen. Het is hoogstens wat lastig voor mensen met hoge hakken. (lacht)

Willems: “De tuin van de toekomst is niet vlak, maar glooiend, en de regenpijpen van je dakgoten lopen niet naar de riolering, maar naar het diepste punt van je tuin. Zo creëer je een perceel waar het regenwater rustig in de bodem kan zakken. Je kunt er bijvoorbeeld ook moerasplanten houden.”

Op een studiedag van het Gentse Milieufront noteerde ik dat het klimaatbeleid moeilijker ligt op het platteland dan in de stad: de politiek wil er niet mee en de mentaliteit van de mensen is er anders.

Meire: “Ik heb een grote tuin en ik besproei nooit mijn gras. Drie vierde is onkruid, nu ziet dat er schitterend geel en wit uit door de paardenbloemen en de madeliefjes. Vorige zomer was dat gras verdord, maar de paardenbloemen en madeliefjes bleven mooi.”

Deboosere: “Wat is in godsnaam het probleem met gras dat er bruin uitziet? Dat was in de zomer van 1976 zo, dat was vorige zomer zo, en achteraf werd het toch weer groen?”

Vanoppen: “Een groen en vlak gazon is een statussymbool. Maar telkens als je je gras afrijdt, heeft het water nodig om te groeien. Er is echt een mentaliteitswijziging nodig.”

Voor de productie van katoenen kledij is zeer veel water nodig, net als voor de koffieteelt. Moeten kiezen tussen een kopje koffie of een zuiniger kopje thee: daar word je toch paranoïde van?

Vanoppen: “Het heeft geen zin om constant met het gevoel rond te lopen dat je slecht bezig bent. Maar er is 7.400 liter water nodig om één biefstuk te produceren: het kan geen kwaad om daar eens bij stil te staan. Een vegetariër verbruikt gemiddeld 40 procent minder water.”

Arends: “In Nederland heeft een drinkwatermaatschappij een wedstrijd voor kinderen georganiseerd. Via een app moesten ze bijhouden hoeveel water hun gezin dagelijks verbruikte. Het doel was: zo weinig mogelijk verbruiken. Kinderen zijn heel gevoelig voor dat soort spelletjes, en op school gingen ze hun resultaten vergelijken: ‘Hoeveel water heb jij verbruikt?’ Of ze zeiden thuis tegen papa: ‘Nee, niet doorspoelen of ik verlies!’ Oké, zo’n effect is wellicht maar tijdelijk, maar zo krijgen kinderen wél door hoeveel water er wordt verbruikt.”

Maakt de boeren-wc van vroeger, een plank met een gat erin, kans op een revival? En moet het hele gezin weer in hetzelfde badwater?

Meire: “Als je mensen hun comfort afneemt, geef je tegenstanders alleen maar munitie. Dat werkt averechts. Maar er bestaan nu moderne urinoirs die zonder water werken. Ik zag ze eerst in Duitse wegrestaurants, en intussen ook bij ons.”

Deboosere: “Toen ik klein was, moest het hele gezin op zaterdag in hetzelfde badwater. Zo leuk was dat niet: als de laatste aan de beurt kwam, was het water al koud. Ik heb thuis wel een bad, maar ik heb er nog nooit in gezeten. Ik neem altijd een douche, en dan nog meestal bij de VRT. Foei, Frank! Het blijft water.”

Moet de prijs van het drinkwater omhoog?

Meire: “Ik vrees dat het de enige manier is om de mensen spaarzamer te maken.”

Vanoppen: “Ja, maar onder bepaalde voorwaarden. Voor je basisbehoeften mag het niet duurder worden, want je mag armere of zuinige gezinnen niet treffen. Maar mensen die elke zomer twee keer hun zwembad vullen of hun gras besproeien en hun auto wassen met drinkwater, mogen daar gerust meer voor betalen.

“Mensen staan snel op hun achterste poten als je drinkwater duurder wilt maken: ‘Het is een basisbehoefte!’ Oké, maar gebruik het daar dan ook voor.”

Willems: “Veel mensen zijn wel bereid om duur flessenwater te kopen in de supermarkt. Maar als het dan gaat over het water uit onze kraan, is meer betalen plots een probleem. Nochtans is dat óók drinkbaar water.”

Vanoppen: “We zullen hoe dan ook moeten nadenken over nieuwe vormen van waterwinning. Ik onderzoek zelf mee hoe we zeewater kunnen ontzilten tegen een aanvaardbare prijs. Maar wat is een aanvaardbare prijs? Als er geen water meer is, wat is water dan waard? In Israël, het Midden-Oosten, Barcelona, Sydney en op sommige Zweedse eilanden hebben ze geen natuurlijk zoet water meer en moeten ze wel zeewater ontzilten. De mensen klagen er niet over de prijs, want er is geen alternatief.”

Is water het nieuwe goud?

Meire: “Absoluut. Droogte is ook veel erger dan overstromingen, want het gaat over veel grotere oppervlakten, maar is minder mediageniek. De gevolgen voor de landbouw zijn ook veel groter, want overstromingen vinden vaak plaats in de winter.

“Bedrijven kunnen gewoon niet zonder water. Kerncentrales hebben bijvoorbeeld koelwater nodig. Die in Doel liggen langs de Schelde, daar zijn er getijen. Maar langs de Donau hebben ze al energiecentrales moeten sluiten wegens te weinig koelwater. En vorig jaar verliep de scheepvaart op de zijrivieren van de Rijn zo moeizaam dat BASF 250 miljoen euro schade heeft geleden omdat er geen grondstoffen konden worden aangevoerd.”

Vanoppen: “In stoomcentrales wordt elektriciteit opgewekt door stoom te produceren en die door een turbine te sturen. Elektriciteit en water zijn sterk met elkaar verbonden.”

Deboosere: “De crisis in het Midden-Oosten, tussen Israël en Palestina, draait om wie welke gronden krijgt. En Israël heeft de beste, want de vruchtbaarste gronden in handen. Water is dé grondstof van de 21ste eeuw.

“Het is hier ook al een twistpunt bij hevige buien: als er te veel regen valt, zetten we de sluizen open en is het probleem voor de volgende gemeente. We halen nu drinkwater uit de Maas en de Schelde, dus uit Frankrijk. Ik hou mijn hart vast voor het moment dat Frankrijk zegt: ‘Hola, dat water is van ons.’”

Willems: “Egypte en Ethiopië hebben al jaren een conflict over wie recht heeft op het water van de Nijl. Wij zouden ook in een conflict met Nederland kunnen belanden. Volgens het Maasafvoerverdrag moet België tijdens heel droge periodes een minimaal debiet doorlaten naar Nederland. Dat doen we nu door de scheepvaart stil te leggen en schutwater terug te pompen. Maar door de klimaatverandering zal het alsmaar moeilijker worden om aan dat Maasafvoerverdrag te voldoen. Ook over het kanaal Gent-Terneuzen zullen er conflicten ontstaan met Nederland, want ook daarvoor geldt een verdrag. Om te voorkomen dat vanuit de Westerschelde te zout water in dat kanaal stroomt, moet Vlaanderen het aanvullen met zoet water, maar door de klimaatverandering zal dat alsmaar minder goed lukken.”

Oorlog om water: is dat de prijs van de vooruitgang?

Willems: “Het heeft bij ons vooral te maken met onze bevolkingsdichtheid en het feit dat we niet zo veel grote rivieren hebben. We zijn daardoor afhankelijk van de regen. Die valt gelukkig nog altijd, en we hebben ook de knowhow om het probleem van de waterschaarste aan te pakken. Maar we moeten het echt wel nú doen.”

© Humo