Hulpteam met VUB-prof wil binnenkort naar Syrië vertrekken om IS-kinderen te helpen

Het team staat onder leiding van de Belgische psycholoog en pedagoog professor Gerrit Loots, die al eerder op eigen initiatief Syrische kampen aandeed met een groep wetenschappers. Toen keken ze in welke mate Belgische kinderen getraumatiseerd zijn en of zij een gevaar voor de samenleving zijn als ze terugkeren. Het antwoord: nee.

De hoop was dat België daardoor open zou staan voor het terughalen van kinderen van vrouwen uit het land, die zich aansloten bij terreurbeweging IS. Toch is het Loots niet gelukt de regering daar in beweging te krijgen. Loots is bereid met eenzelfde team over te gaan tot het repatriëren van de kinderen, maar krijgt daarvoor nog niet de benodigde humanitaire visa. 

Nu vertrekt hij opnieuw naar Syrië, om tenminste ter plaatse de gezondheidstoestand van de kinderen te kunnen verbeteren. “Ze zijn er slecht aan toe,’’ zegt Loots. Volgens NOS gaat het om 51 Belgische kinderen die dringend hulp nodig hebben. Van hen zijn er vijftien slecht aan toe. “We gaan met een groep die ook kleine ingrepen kan verrichten. We staan ter beschikking om zoveel mogelijk hulp aan kinderen te kunnen bieden”, zegt Loots aan AD.

Dat de reis van het team eerder al moest worden uitgesteld om veiligheidsredenen zegt genoeg over de omstandigheden in de kampen: op dit moment is de situatie niet goed. Het kamp Al Hol was berekend op 10.000 mensen, nu verblijven er 73.000 mensen, waaronder vluchtelingen maar ook buitenlandse moeders met kinderen. Van die laatste groep zijn er 10.000, onder wie 6.500 kinderen. De vrouwen die zich aansloten bij terreurgroep IS verblijven met hun kroost in een afgeschermd deel. “In Al Hol verblijven de meeste kinderen die er het ergste aan toe zijn.” Toch hoopt Loots ook het kamp Ain Issa te kunnen bezoeken, waar ook kinderen verblijven.

Al 240 kinderen kwamen om door onder meer honger en ondervoeding, of onbehandelde en geïnfecteerde wonden, aldus Loots. Er zijn vanuit de kampen berichten over diefstallen en berovingen. Vrouwen zouden de wacht houden bij hun tenten. Loots wijst erop dat de kinderen groot gevaar lopen, doordat ze in de kampen moeten blijven.  Sinds de val van de Syrische stad Baghouz in maart zouden al twee Belgische kinderen overleden zijn. Volgens de Nederlandse omroep NOS kwam in april in een van de kampen in Noord-Syrië nog een ander Belgisch kind om het leven.

Niet alleen Belgische kinderen zijn al omgekomen. Onlangs kwam het kind van de Nederlandse Angela B. om in het voormalige kalifaat, nadat het bij een bombardement gewond was geraakt. Ook zijn er al wezen, die in hun eentje moeten overleven. Zo zijn er twee kinderen van Nederlands-Belgische komaf, die geen vader en moeder meer hebben.