Direct naar artikelinhoud
Verkiezingen

In de tang van Vlaams Belang: ‘Tom Van Grieken heeft in deze campagne geen enkele fout gemaakt’

Tom Van Grieken.Beeld Bas Bogaerts

Dat Vlaams Belang zou opveren, was voorspeld, maar de omvang van het verkiezingssucces sloeg velen met verstomming. Wat heeft de verongelijkte Vlaming ertoe aangezet om de middenvinger zo hoog op te steken naar de gestelde lichamen in Brussel? Waarom smelt het geloof in de traditionele politiek als een ijsschots onder een brandende zon? En hoe moet het nu verder? ‘De oude partijen zijn met uitsterven bedreigd.’

en

De dag voor de verkiezingen verscheen een profetisch interview in De Tijd. Fons Van Dyck, hoofd van merkadviesbureau Think BBDO en in de jaren 90 de spindokter van socialistisch kopstuk Louis Tobback, voorspelde daarin dat een bruine golf over Vlaanderen zou walsen: “De campagne is beslist toen de regering viel, in december. Over migratie. Daar gaat het vandaag nog over op sociale media en op straat. Maar de enige partij die dat capteert, is Vlaams Belang. De N-VA kan er de verkiezingen niet mee winnen, en de rest houdt mee zijn mond.”

Fons Van Dyck: “Wie goed toekeek, kon het al lang zien aankomen. In het buitenland waren er voldoende signalen: de verkiezing van Donald Trump, de brexit, de doorbraak van extreemrechts in Frankrijk, Italië, Hongarije en Oostenrijk. Migratie is dé nieuwe breuklijn in het politieke debat en het thema stond de voorbije jaren voortdurend in de aandacht, met de vluchtelingencrisis, de terreuraanslagen en de val van de regering. Telkens onderscheidde Vlaams Belang zich met haar ‘gesloten grenzen’-discours van de andere partijen, die voor een opener samenleving zijn.”

Welke breuklijnen ziet u nog?

Van Dyck: “Systeem versus antisysteem. Kiezers die zich afzetten tegen het establishment hebben geen boodschap aan waarschuwingen van professoren, politici en media, want die behoren volgens hen tot de elite. Daarom scharen ze zich achter een nitwit als Nigel Farage en stemmen ze voor de brexit. Ze willen hun middenvinger opsteken en zijn niet bang voor de gevolgen.”

Vijf jaar geleden stemden die kiezers massaal voor de N-VA. Is die partij te veel een deel van het systeem geworden?

Van Dyck: “Ja. In 2014 daagde de N-VA het systeem uit en profileerde ze zich als kritisch over migratie. Nu ze federaal mee heeft bestuurd, is haar positie flou geworden. Jan Jambon was de beste minister van Binnenlandse Zaken in jaren en genoot zelfs bijval in Wallonië. Zo werd de separatist een staatsman die deel ging uitmaken van het establishment. La fonction fait l’homme: je kunt het systeem proberen te veranderen, maar het systeem zal jou veranderen. De enige uitzondering was Theo Francken. Het is geen toeval dat hij in Vlaams-Brabant de schade voor de N-VA wist te beperken. Zijn migratiebeleid verschilde amper van dat van Maggie De Block, maar zijn communicatie bleef tegen migratie en tegen de elite gericht. Net als Trump begrijpt hij dat je populair kunt blijven als je, zelfs in een topfunctie, de taal van het volk blijft spreken.”

Ook socioloog Mark Elchardus voorspelde in Humo dat migratie dé bepalende factor zou worden.

Elchardus: “Volgens mij waren het Marrakech-pact en de val van de regering niet de triggers. Uit een grootschalig onderzoek in 2013 bleek dat migratie tóén al, samen met het klimaat, een van de grote zorgen was van jongvolwassenen in België.

“Na de val van de regering hebben de media geprobeerd om de focus te verschuiven van het migratiethema naar het klimaat. Daardoor kregen veel rechtse kiezers de indruk dat hun grootste zorg onder de mat werd geveegd. Het heeft sommigen aangezet om extremer te stemmen dan ze normaal zouden hebben gedaan.”

Het was opvallend hoeveel afkeer Anuna De Wever opwekte in rechtse kringen op de sociale media.

Elchardus: “De frustratie over die focus op het klimaat heeft zich toegespitst op haar. De media dragen daar een verantwoordelijkheid in. De VRT heeft migratie op een zeer onrepresentatieve manier in beeld gebracht: als ze vluchtelingen toonde, waren dat meelijwekkende beelden van gezinnen met kinderen en mensen die alle redenen hadden om te vluchten. Terwijl iedereen weet dat het gros van de migranten alleenstaande jongemannen zijn die hier geen recht op asiel hebben. Die pogingen om sympathie op te wekken voor illegale migratie gaan regelrecht in tegen de gevoelens die bij een groot deel van de bevolking leven. De opdracht van de media is om daar genuanceerd over te berichten. In de kranten was het duidelijk aan welke kant de journalisten stonden.”

Vooral op het platteland, waar de verkleuring van de bevolking bescheiden is, heeft Vlaams Belang mokerslagen uitgedeeld. Hoe is dat te verklaren?

Elchardus: “Het choqueert me dat de kiezers van Vlaams Belang in krantencolumns worden weggezet als racisten. Je moet voorzichtig omspringen met dat label. Als je het te ruim gaat gebruiken, verliest het zijn negatieve kracht. Er zit natuurlijk een hardcore racistische kern bij, maar er hebben ook andere overwegingen meegespeeld.”

Jan Callebaut, marktonderzoeker: “Dit is niet dezelfde racistische golf als in de jaren 90. De Vlaming is bang om alles te verliezen waar hij zijn hele leven voor heeft gewerkt, en heeft het idee dat ‘de vreemdelingen dat komen afpakken’.”

Tinneke Beeckman, politiek filosofe: “Met racisme en islamofobie alleen kom je nooit aan zulke hoge scores. Mensen zien dat veel verworvenheden worden bedreigd: hun pensioen, de kwaliteit van het onderwijs, de betaalbaarheid van de zorg, de ligging van hun woning, hun salariswagen, hun veiligheid... Vlaams Belang linkt bijna al die thema’s aan migratie.”

Bart Maddens, politicoloog KU Leuven: “John Crombez heeft die bekommernissen goed aangevoeld met een sterke campagne over pensioenen, koopkracht en de wachtlijsten in de zorg. Helaas voor hem heeft de sp.a daar niet van geprofiteerd, omdat Vlaams Belang ook op die thema’s heeft ingespeeld. Nooit eerder heeft die partij zich zo links geprofileerd. En anders dan de sp.a verweeft Vlaams Belang dat met het identitaire verhaal: ‘Uw sociale zekerheid staat onder druk door de massa-immigratie. Daarom moet iedereen die iets wil krijgen, eerst bijgedragen hebben.’ Dat raakt een gevoelige snaar bij de Vlaming. Hij wil solidair zijn, maar dan binnen een groep van mensen met wie hij zich verwant voelt, niet met de hele wereld.”

Van Dyck: “Het waren de verkiezingen van de angst. Autochtone Vlamingen vrezen dat hun kinderen het slechter zullen hebben dan zijzelf – bij veel allochtone ouders is het andersom. Die ongerustheid sijpelt door naar de jongeren. Tien jaar geleden hoorde je dat dertigers al met pensioensparen begonnen, vandaag verkondigen 18-jarigen stellig dat er voor hen later geen pensioen meer zal zijn. Als nette posterboys je dan 1.500 euro netto per maand beloven, is dat heel verleidelijk. Vlaams Belang bood hetzelfde als de socialisten en de communisten: dat hebben ze gekopieerd van Marine Le Pen in Frankrijk. In de arbeiderswijken hebben veel traditioneel linkse kiezers genoeg van de vreemdelingen. Door de linkse beloftes van Vlaams Belang zagen zij geen reden meer om níét voor extreemrechts te kiezen. Voor de toekomst van de socialisten is het dramatisch dat VB erin is geslaagd om de sociale thema's te kapen, net zoals de N-VA in het verleden de economische agenda van Open Vld heeft overgenomen.”

Maddens: “Ook het klimaat heeft mensen naar Vlaams Belang geduwd, omdat ze dat thema als een inbreuk op hun levensstijl ervaren. Ze mogen geen vuurtje meer stoken, niet meer op de buiten wonen, geen vlees meer eten, niet meer autorijden, niet meer op reis gaan... Alleen Vlaams Belang en de N-VA boden weerwerk tegen dat groene verhaal. Voeg daarbij het idee dat de multiculturele samenleving hun tradities en gewoonten in gevaar brengt: de kerststal, Zwarte Piet, de paasvakantie die lentevakantie moet heten... Ook het holebi- en transgenderverhaal roept weerstand op bij de conservatieve Vlaming.”

Guillaume Van der Stighelen, reclamemaker en columnist: “Vlaams Belang en de N-VA hebben de beste politieke marketing. Hun boodschap is duidelijk: ‘Vlaanderen gaat achteruit en dat is de schuld van de vreemdelingen en de Walen.’ De andere partijen hebben daar geen overtuigend antwoord op. Ik hoor ze nu zeggen dat ze willen luisteren naar de kiezer. Ze zouden beter de diversiteit verdedigen. Mensen met andere huidskleuren en culturen maken onze samenleving rijker. Groen heeft de voorbije weken van alles gezegd, maar moet op díé boodschap focussen, en op het klimaat. En niet beginnen over vermogensregisters en wijnkelders. Bij Vlaams Belang is die focus er wél.”

Beeckman: “Wat ook meespeelt, is hoe de politiek omgaat met geld en postjes. Kiezers zijn daar gevoeliger voor geworden. Als jij het gevoel hebt dat alles je wordt afgepakt, steekt het als je hoort dat Didier Reynders 11.000 euro per maand verdient, en dat politici duizenden euro’s aan zitpremies opstrijken in raden van bestuur. Dat verklaart mee het succes van de PVDA, waarvan de voorzitter rondkomt met 2.000 euro.”

Bart De Wever was er als de kippen bij om te zeggen dat 45 procent van de Vlamingen Vlaams-nationalistisch heeft gestemd.

Maddens: “Het communautaire thema was voor de meeste kiezers niet de belangrijkste motivatie, maar de standpunten van de N-VA en Vlaams Belang hebben hen ook niet afgeschrikt. Evenmin als het risico dat de N-VA het federale niveau zou blokkeren.”

Winnen doe je meestal omdat je rechtstreekse concurrenten falen. Heeft de N-VA fouten gemaakt?

Dave Sinardet, politicoloog VUB: “John Crombez heeft Bart De Wever in Terzake op Canvas gedwongen toe te geven dat de N-VA de pensioenleeftijd zou verhogen als de levensverwachting verder stijgt. Dat was een van de beslissende momenten. Vlaams Belang heeft dat meteen uitgebuit met filmpjes die de indruk wekten dat de N-VA de mensen volgend jaar al zou verplichten om tot zeventig jaar te werken. (lacht) Zij wisten hoe zwaar de vorige verhoging van de pensioenleeftijd de mensen nog op de maag lag.”

Maddens: “Die pensioenuitspraak was een game changer. Voor het eerst is gebleken dat De Wever niet onfeilbaar is in debatten. Hij liet zich ook verleiden tot arrogantie. Hij noemde Groen een prutspartij en vergeleek Vlaams Belang met een drol in krantenpapier. En ook met de ‘paljas’-uitspraak tegen Tom Van Grieken duwde hij zwevende kiezers weg.”

Beeckman: “De N-VA heeft de drempel naar Vlaams Belang verlaagd. Theo Francken tweet alsof hij op café zit. Dat past toch niet voor een staatssecretaris? Uiteraard school daar een strategie achter om de VB-kiezer aan boord te houden, maar het heeft de schaamte weggenomen om voor extreemrechts te stemmen.”

Elchardus: “Kijk eens naar de uitslag: Theo Francken heeft drie keer meer voorkeurstemmen gehaald dan Dries Van Langenhove, en hij is een van de weinige N-VA'ers die heeft standgehouden. De taal van de N-VA heeft níéts te maken met het succes van Vlaams Belang.”

Parlementslid Grete Remen zei bij haar overstap naar Open Vld dat de N-VA de partij van de rijken en de grote bedrijven is geworden. Heeft dat imago ook meegespeeld?

Sinardet: “Ja, dat is zeer schadelijk als je een volkspartij wilt zijn. De N-VA heeft de VOKA-agenda uitgevoerd, met belastingverlagingen voor de bedrijven, een indexsprong, de verhoging van de pensioenleeftijd, het blokkeren van een vermogensbelasting... In de volkswijken oogst je daar geen applaus mee, ook al levert het misschien jobs op.”

Toch ging de winst van Vlaams Belang niet volledig ten koste van de N-VA.

Maddens: “Omdat de N-VA op de centrumkiezer heeft gemikt. Het was een andere N-VA dan die van de discussies over het migratiepact. Wellicht dachten ze dat ze de ex-VB-kiezer sowieso kwijt waren en hebben ze het geweer van schouder veranderd, met een gematigder discours over identiteit en met Jan Jambon als kandidaat-premier.”

Sinardet: “De switch van Jan Jambon was frappant. Eerst verklaarde hij dat hij België wilde blokkeren, een maand later was hij plots kandidaat om het land te leiden.”

Maddens: “Door zich te presenteren als een ernstige beleidspartij hoopte de N-VA de kiezers van Open Vld en CD&V te lokken. Die strategie heeft gewerkt, anders had ze geen 25 procent meer gehaald. Open Vld en CD&V hadden er geen verhaal tegen. Het ging te weinig over hun thema’s, er was geen externe vijand.”

Sinardet: “Het verhaal dat je voor de N-VA moest stemmen om ‘de rood-groene belastingtsunami’ tegen te houden, heeft gewerkt. Centrumrechtse kiezers die geen trek hadden in een linkse regering, liepen daardoor naar de N-VA. Maar op rechtse kiezers maakte het geen indruk. Zij beschouwen de N-VA nu als een onderdeel van het establishment.”

Fons Van Dyck: ‘Net als Trump begrijpt Francken dat je populair kunt blijven als je, zelfs in een topfunctie, de taal van het volk blijft spreken.’

Heeft de N-VA zich ook niet van vijand vergist? Ze hebben een hele campagne op Groen ingehakt, terwijl het gevaar van rechts kwam.

Beeckman: “Die tactiek was terecht: als Groen fors was doorgebroken, stond de N-VA buitenspel. De slechte score van Groen vind ik nog straffer dan het succes van Vlaams Belang. Zij waren dé uitdager en hadden de wind vol in de rug, maar hun campagne was rampzalig. De voorstellen over salariswagens, rekeningrijden en vermogensbelastingen waren niet doordacht en hebben veel kiezers weggejaagd. Ze hebben ook een voorzitter die denkt dat je overtuigender wordt als je zo lang mogelijk blijft praten. En aangezien je in debatten telkens dezelfde mensen terugziet, weegt dat door.”

Wat is de rol van de regering-Michel in de comeback van Vlaams Belang?

Sinardet: “De Zweedse coalitie heeft 22 zetels verloren in de Kamer. Evenveel als de tweede regering-Verhofstadt in 2007, wat de N-VA toen een totale afgang heeft genoemd. Dat zware verlies kunnen ze niet op de Franstaligen of op het Belgische systeem steken, want het was eigenlijk een Vlaamse regering met een Franstalige premier die moest bemiddelen tussen Vlaamse partijen, die het volledig hebben verknoeid door hun onderlinge ruzies.”

Maddens: “De verwachtingen waren hooggespannen, vooral omdat Bart De Wever zijn droomcoalitie zonder de PS had gekregen. Eindelijk zou het land hervormd worden. Na vijf jaar gekibbel en obstructies keerde de kiezer zwaar ontgoocheld terug naar de schaapsstal van Vlaams Belang.”

Sinardet: “De N-VA beloofde de kiezer een harder beleid op Asiel en Migratie. Maar iedereen zag dat er toch nog veel mensen binnenkwamen, en dat Theo Francken die niet zomaar buiten kreeg. Dat was niet zijn schuld – hij moest werken volgens internationale regels en juridische kaders – maar Vlaams Belang heeft daar flink op ingehakt. Een tijdlang kon Francken de perceptie creëren dat hij het verschil maakte, maar uiteindelijk bleek dat de keizer geen kleren meer aanhad, door de aanslepende problemen met transmigranten, de vrijlating van 32 criminele illegalen, de affaire-Kucam...”

Elchardus: “Sommige voorstellen van Vlaams Belang, zoals een migratiestop of het opsluiten van alle illegale migranten in gesloten instellingen, zijn niet realistisch. Maar de partij heeft geen beleidsverantwoordelijkheid en kan daardoor veel verder gaan in haar standpunten.”

Van Dyck: “Als oppositieleider zou Bart De Wever brandhout gemaakt hebben van de ‘Zweedse puinhopen’. De genadeslag was de moord op Julie Van Espen, twee weken voor de verkiezingen. Het antisysteempubliek beschouwde dat als het zoveelste bewijs dat het systeem niet werkt. Elke ouder van een dochter was geschokt. Om nog te zwijgen van een hele generatie jongeren die zich onveilig voelt.”

Sinardet: “Vlaams Belang was de enige partij die dat heeft uitgebuit in de campagne. Een harde justitie behoort tot hun corebusiness. Stel je voor dat de dader een moslim was geweest...”

Van Dyck: “Maar daarna volgden nog berichten die het wantrouwen in het systeem bevestigden. De pensioenuitspraak van Bart De Wever, maar ook het nieuws dat er laatstejaarsstudenten voor de klas worden gezet, omdat er te weinig leraars zijn. Daardoor zijn er zelfs klassen waar geen examen Frans meer wordt afgenomen. België lijkt steeds meer op een failed state.”

Beeckman: “Het land raakt maar niet hervormd. Hoelang zeggen we al dat de NMBS een oubollig, slecht bestuurd overheidsbedrijf is? Toch is er geen beterschap. België heeft te veel vastgeroeste structuren. Ook de sociale partners denken te weinig na over vernieuwing. Daarbovenop komen de grote tegenstellingen tussen Vlamingen en Franstaligen. Allemaal koren op de molen van antisysteempartijen.”

Het debat tussen John Crombez en Bart De Wever in ‘Terzake’: Dave Sinardet: ‘Een beslissend moment in de campagne. Voor het eerst is gebleken dat De Wever niet onfeilbaar is in debatten.’

De Brusselse CD&V-politica Brigitte Grouwels zei dat de kiezer niet realistisch is en te hoge verwachtingen koestert. Besturen lijkt de kortste weg naar een verkiezingsnederlaag.

Beeckman: “De arena waarin politici opereren, wordt steeds kleiner. Het Europese niveau bepaalt 60 tot 70 procent van het beleid. Wat kunnen Belgische ministers doen tegen ongecontroleerde migratie, als ze zich moeten houden aan internationale verdragen en rechterlijke uitspraken? Of tegen het verdwijnen van jobs, omdat bedrijven de lidstaten tegen elkaar uitspelen? De paradox is dat politici in debatten de indruk wekken dat ze wél alle instrumenten in handen hebben om het beleid radicaal te veranderen. Daardoor zijn ze gedoemd om hun kiezers te ontgoochelen.”

Van Dyck: “Wouter Beke heeft zich compleet verkeken op het succes van CD&V bij de gemeenteraadsverkiezingen. Lokaal zien mensen nog burgemeesters die er stáán, en die hun gemeente goed besturen. Op Vlaams en nationaal niveau is het effect van het beleid veel minder zichtbaar. Daardoor hebben mensen het gevoel dat de politici niets doen en alleen met zichzelf bezig zijn.”

Wat is het aandeel van Tom Van Grieken?

Cas Mudde, populisme-expert: “Hij is de juiste man op de juiste plaats. Zijn energie en optimisme hielpen Vlaams Belang de zware periode na 2014 te overleven. Met zijn opener karakter positioneerde hij de partij meer als ‘pro ons’ dan ‘anti hen’, waardoor ze aantrekkelijk werd voor een nieuw publiek. Van Grieken profiteerde ook van een breder en jonger team, van een perfect politiek klimaat en van de steun van een minder vijandige pers.”

Elchardus: “Tom Van Grieken heeft het linkse sociaal-economische programma geïntroduceerd. Dat was een gouden zet. Het Vlaams Blok was vroeger de meest neoliberale partij in het Vlaamse landschap.”

Dave Sinardet: ‘De regering-Michel heeft 22 zetels verloren. Dat verlies kunnen ze niet op de Franstaligen of op het systeem steken, want het was een Vlaamse regering met een Franstalige premier.’

Maddens: “In het begin geloofden weinigen in hem, maar hij is enorm gegroeid en heeft in deze campagne geen enkele fout gemaakt, hoewel de pers en zijn tegenstanders hem voortdurend bananenschillen voor de voeten wierpen. Hij is er ook in geslaagd om Filip Dewinter en Dries Van Langenhove in het gareel te houden.

“Maar eigenlijk doen de kopstukken er niet toe. Ook in West-Vlaanderen, waar Vlaams Belang amper bekende namen heeft, maar mensen de ronddolende transmigranten beu waren, hebben ze heel goed gescoord. De kiezer was balorig en had zin om de elite af te straffen.”

Van der Stighelen: “Tom Van Grieken vertolkt op een briljante manier het underdoggevoel van de verongelijkte Vlaming, en hij koppelt daar een zekere hoffelijkheid aan. Zijn boodschap dat ‘we niet gaan lachen met degenen die verloren hebben’ was heel slim. Even later zag ik Theo Francken spotten met Anuna De Wever. Dat is een verschil in klasse. Van Grieken is minder vatbaar voor het snelle scoren.”

Callebaut: “Hij is ook een uitstekend debater. Hij denkt razendsnel na en heeft een goed empathisch inschattingsvermogen, waardoor hij weet wat hij kan zeggen en wat hij beter niet zegt.”

Sinardet: “In zijn beginjaren werd Tom Van Grieken nog ‘Baby Dewinter’ genoemd, maar vandaag geeft hij zijn partij een vriendelijker gezicht. Dat de leider van Vlaams Belang ingaat op een uitnodiging van de koning en achteraf verklaart dat het een aangenaam gesprek was, is ongezien. Maar of er achter die beleefde façade ook een totaal andere partij schuilt, betwijfel ik. De nieuwe figuren die hij heeft binnengehaald, zoals Dries Van Langenhove en Filip Brusselmans, zijn niet minder radicaal. Je hoort ook nog altijd foute uitspraken over holebi’s en transgenders.”

Van alle partijen heeft Vlaams Belang veruit het grootste budget aan propaganda op sociale media gespendeerd: 700.000 euro in vier weken tijd. De Facebook-pagina van Vlaams Belang heeft meer dan 400.000 volgers, die van de N-VA komt niet aan de helft.

Van Dyck: “Voor millennials is Facebook het eerste medium. Vlaams Belang mikt op de echokamers waarin filmpjes en berichten massaal worden gedeeld. De meeste jongeren zitten geen tv-debatten uit, maar zien wel de video met één welgemikte quote van Tom Van Grieken. Dat werkt. Met Dries Van Langenhove heeft Vlaams Belang op dat vlak extra knowhow binnengehaald.”

Een campagnevoerder van Vlaams Belang vertelde me dat Facebook de ideale propagandamachine is, omdat de gebruikers dommer worden. De intelligentsia trekken er weg omdat de boodschappen emotioneel en polariserend worden, waardoor de resterende gebruikers vatbaarder zijn voor extreme standpunten.

Elchardus: “Ik vind de sociale media al lang een kanaal waar massaal dommigheid wordt verspreid. Ze geven politieke partijen de gelegenheid om hun boodschappen ongefilterd tot bij de bevolking te krijgen. Vlaams Belang is daar beter in geworden dan andere partijen, omdat zij afgesneden was van de klassieke media.”

Sinardet: “Terwijl ze bij CD&V nog geloven in oude affichecampagnes en amper investeren in sociale media, ging Vlaams Belang all-in op Facebook. Ze staan ver voor op de rest en bereiken met populistische boodschappen snel een groot publiek. De ‘paljas’-uitspraak van Bart De Wever hebben ze diezelfde avond nog bewerkt tot een slim gemaakt filmpje dat razendsnel werd gedeeld op Facebook. Ook hun berichten over de pensioenen, rekeningrijden en het feit dat de N-VA liever met links bestuurt dan met Vlaams Belang, hadden telkens dezelfde ondertoon: ‘Alle andere partijen bedriegen u.’ Dat heeft gewerkt.”

Van Dyck: “Het deed me denken aan de manier waarop Donald Trump de lager opgeleide zwijgende massa in de VS naar de stembus heeft gelokt: door te focussen op het alledaagse leven van mensen. Ondertussen waren de andere partijen bezig met de grote principes over klimaat, migratie, economie... Vlaams Belang zei telkens: ‘Wat betekent dat voor u? Wat gaat die elite in Brussel u nú weer afpakken?’”

Van Dyck: “Ik zou ook de invloed van de Pano-reportage over Schild & Vrienden niet onderschatten. De progressieve intellectuelen vonden het fantastisch dat Schild & Vrienden werd ontmaskerd, maar die uitzending was de beste marketingcampagne: plots ontdekten veel jongeren het bestaan en het gedachtegoed van die beweging. De schaamte om te sympathiseren was weg. Mensen getuigen nu openlijk op tv waarom ze voor Vlaams Belang hebben gestemd.”

Elchardus: “Die Pano-reportage heeft het racisme eerder aangewakkerd dan getemperd. Sommige gesprekken daarover in het onderwijs zullen ook niet geholpen hebben. Leerlingen die het moeilijk hebben met allochtonen en moslims, krijgen vaak onmiddellijk en zonder veel discussie te horen dat dat een racistische en verkeerde houding is. Zoiets kan averechts werken.”

Tinneke Beeckman: ‘Helaas heeft Groen met Meyrem Almaci een voorzitter die denkt dat je overtuigender wordt als je zo lang mogelijk blijft praten.’

In Vlaanderen gaat de proteststem naar extreemrechts, in Wallonië naar extreemlinks. De Franstalige media spreken nu ook van een verdeeld land.

Sinardet: “Zo groot zijn de verschillen nochtans niet. De traditionele partijen verliezen aan beide kanten. De PS boekt zelfs haar slechtste score sinds de invoering van het algemeen stemrecht. En op het migratiediscours na hebben de twee extremen veel raakvlakken: ze zijn tegen de elite, ze hebben een afkeer van de graaicultuur in de politiek en mikken op de sociale thema’s. Als er in Wallonië een sterke rechtse leider zou opstaan, dan zou die goed scoren. Theo Francken en Jan Jambon hebben er fans. En Raoul Hedebouw vertelde me dat hij 15 procent meer zou halen als hij wat meer antimigratietaal zou spreken.”

Elchardus: “Uit de opiniepeilingen bij de Waalse bevolking blijkt dat de opvattingen niet erg verschillen van die in Vlaanderen. Het draagvlak voor Vlaams Belang bestaat dus, alleen is het politieke aanbod er niet. Het enige fundamentele verschil dat ik in alle vergelijkende studies heb gevonden, is dat de Vlaming veel makkelijker persoonlijke verantwoordelijkheid en schuld inroept, zowel voor zichzelf als voor anderen. De Vlaming vindt dat armoede voor een deel de schuld van de armen zelf is, terwijl men in Wallonië eerder zal zeggen dat het aan het systeem ligt en dat mensen te weinig kansen krijgen.”

Callebaut: “De Vlaming heeft geleerd om zijn welvaart op te bouwen door hard te werken. In het economisch zwakkere Wallonië is dat veel moeilijker. Daardoor zijn de mensen er afhankelijker van de overheid. Dat verklaart waarom de traditionele partijen daar veel beter scoren dan bij ons.”

Is regeren met Vlaams Belang denkbaar?

Elchardus: “Aangezien de N-VA en Vlaams Belang samen niet aan een meerderheid komen, verwacht ik niet dat dat zal gebeuren. Maar de komende vijf jaar zullen de andere partijen daar wel voortdurend vragen over krijgen.”

Van Dyck: “Vorige week ging het dagenlang over het cordon sanitaire. Als je morgen weer verkiezingen houdt, halen de N-VA en Vlaams Belang samen een absolute meerderheid.”

Elchardus: “De moeilijkste opdracht voor Tom Van Grieken komt nu: welke standpunten kan hij bijschaven opdat hij toch aanvaardbaar zou worden voor de andere partijen, zonder dat hij te veel aanhang verliest? Als Vlaams Belang ooit kans wil maken op beleidsdeelname, zal hun nationalisme opener en inclusiever moeten worden. En als de N-VA de Vlaams Belang-kiezer wil terugwinnen, zal het sociaal-economisch linkser moeten worden.”

Is het probleem niet dat de volgende federale regering de aversie van de kiezer alleen maar groter kan maken?

Beeckman: “Ik vrees van wel, want die regering zal er, door de enorme tegenstellingen tussen beide landsdelen, niet in slagen om de nodige hervormingen door te voeren. Als de N-VA een regering met de PS vormt, zullen de kiezers van beide kampen boos zijn, waardoor de PTB en Vlaams Belang nog sterker worden. Een linkse regering met een Vlaamse minderheid wordt door de rechtse Vlaming helemáál als een oorlogsverklaring beschouwd.

“Je moet bijna zelfmoordneigingen hebben om als partij nog een voortrekkersrol te willen spelen op het federale niveau. Zelfs CD&V zag het de voorbije legislatuur niet meer zitten. In andere landen wint de premier extra stemmen, in België komt hij de Wetstraat 16 buiten met 16 procent van de stemmen, omdat hij het onverzoenbare moet verzoenen.

“De PS stelt nu een veto tegen Vlaams Belang, de N-VA en de PVDA, waardoor zowat alle ‘legitieme’ partijen mee in de meerderheid moeten. Als je het over vijf jaar niet met dat beleid eens bent, kun je alleen nog extreem stemmen, er is geen legitiem alternatief meer. Dat toont aan dat ons democratische systeem onhoudbaar is.”

Maddens: “Toch is het nog mogelijk om een federale regering te maken. Het zal geen 540 dagen duren voor de drie traditionele partijen en de groenen zwichten voor een regering zonder Vlaamse meerderheid. De druk vanuit het hof en de economische wereld zal toenemen, mee door de brexit. En men zal hopen dat het scenario van de regering-Di Rupo zich herhaalt: zijn regering had óók geen meerderheid aan Vlaamse kant, maar werd niet afgestraft door de kiezer, integendeel. Paars-groen is een denkspoor omdat die coalitie minder partijen vereist, maar ze heeft een zeer nipte meerderheid, en niet in Vlaanderen. Ook de N-VA zal onder druk worden gezet om haar veto tegen de PS in te slikken. Wouter Beke verwees al naar het feit dat de N-VA zich profileert als serieuze beleidspartij met een kandidaat-premier. Kun je het dan wel maken om tegen de rest te zeggen: ‘Los het nu maar op’?”

Acht u het werkelijk mogelijk dat de N-VA een regering met de PS vormt?

Maddens: “Ik heb geleerd dat alles mogelijk is in de Belgische politiek. Wie had in 2010 gedacht dat men een regering zou vormen zonder de N-VA? Wie had in 2014 gedacht dat de MR als enige Franstalige partij in een regering zou stappen? Als je het van Franstalige kant bekijkt, is het logisch dat zij vinden dat het nu hún beurt is om in de meerderheid te zijn.”

Sinardet: “Ik zie een mogelijkheid om de N-VA en de PS te verzoenen. Als Bart De Wever zich dan toch opwerpt als de vertolker van de Vlaams Belang-kiezer, kan hij misschien tot inkeer komen wat de sociale thema’s betreft, bijvoorbeeld door de pensioenleeftijd te verlagen naar 65 jaar of een minimumpensioen van 1.500 euro te garanderen. Elio Di Rupo zal op zijn beurt niet moeilijk doen over een streng migratiebeleid. Maggie De Block mocht dat onder zijn premierschap tenslotte toch ook realiseren. Maar zo’n regering zou dodelijk zijn voor de N-VA. Het zou de rechtse kiezer bevestigen in zijn oordeel dat die partij tot het establishment behoort en zelfs haar laatste principes opoffert voor de macht. Een blokkering op het federale niveau komt de N-VA veel beter uit.”

Maddens: “Welke regering er ook komt, achter de schermen moet een nieuwe staatshervorming voorbereid worden.”

Sinardet: “Confederalisme lijkt me toch geen realistische oplossing. De brexit toont hoe moeilijk het wordt om aan grenzen te morrelen – kijk naar Noord-Ierland. De hertekening van België is nog véél complexer, door Brussel. Het heeft tientallen jaren geduurd voor één kieskring gesplitst kon worden, hoe zouden al die kleine partijen het dan eens worden over een splitsing van het land?”

Hoe moet het verder met de traditionele partijen?

Beeckman: “Ze zijn groot geworden door de tegenstellingen tussen links en rechts, katholiek versus vrijzinnig, Vlaams versus belgicistisch. Vandaag ent het debat zich veel meer op klimaat, migratie en globalisering. Over die thema’s zitten ze in het vage midden en zijn ze intern verdeeld. De sp.a heeft op migratie gezwalpt tussen de lijn-Kherbache en de lijn-Elchardus. Binnen CD&V is er een tweespalt tussen het kamp van Wouter Beke en de rechterflank van Hendrik Bogaert en Pieter De Crem. Bij Open Vld slaat Gwendolyn Rutten een andere toon aan over diversiteit dan Bart Somers. Op termijn komt er een hertekening van het politieke landschap volgens die thema’s. De centrumpartijen zullen uit elkaar vallen en op hun ruïnes zullen nieuwe bewegingen opstaan die nieuwe antwoorden bieden op nieuwe vragen.”

Sinardet: “Partijen hoeven niet eeuwig te blijven bestaan. Ik kan me perfect inbeelden dat CD&V uit elkaar valt, waarna de rechterflank zich bij de N-VA aansluit, en mensen van de linkerflank naar de sp.a en Groen trekken. De traditionele partijen kunnen zich ook heruitvinden. Sommige ideologische combinaties worden momenteel niet ingevuld. Veel kiezers zijn sociaal-economisch links, maar rechts op het vlak van migratie. Daar heeft Vlaams Belang nu op ingespeeld, maar ook de sp.a had dat kunnen doen. En er zijn veel milieubewuste kiezers die op sociaal-economisch vlak liberaal denken. Zij vinden Groen te links en betreuren dat Open Vld niet voluit gaat in de strijd tegen de klimaatverandering.”

Van der Stighelen: “De tijd is rijp voor een progressieve beweging die een tegengewicht kan vormen tegen het rechtse verhaal, en die niet vasthangt aan rode, groene of blauwe dogma’s. De traditionele partijen zijn ten dode opgeschreven. In 1950 haalden ze 97,5 procent, nu nog 38 procent. Er moet iets in de plaats komen.”

Callebaut: “De basisprincipes van het socialisme en liberalisme zijn niet dood. Een nieuwe generatie moet daarmee aan de slag, net zoals de generatie-Van Grieken dat heeft gedaan met het gedachtegoed van Filip Dewinter. Vroeg of laat staat in België een nieuwe beweging à la En Marche van Emmanuel Macron op. Maar de oude partijen zijn met uitsterven bedreigd. Lidmaatschap van een club is niet meer van deze tijd.”

© Humo

Guillaume Van der Stighelen: ‘Tom Van Grieken vertolkt op een briljante manier het underdoggevoel van de verongelijkte Vlaming.’