Iedere gemeente kent nu klimaatscore voor gezinnen

© Christophe Ketels / COMPAGNIE GAGARINE

In welke gemeente stoten de huishoudens het meest CO2 uit? ‘De cijfers zijn niet erg bemoedigend’, blijkt uit een nieuwe online databank.

Tom Ysebaert

In Oostende stoot een huishouden gemiddeld 2,22 ton CO2 uit per jaar. Daarmee staat de kuststad helemaal boven aan het Vlaamse lijstje. Onder aan de rangschikking bengelt Voeren met 6,65 ton. Drie keer zoveel. De cijfers betreffen 2016 en zijn de meest recente. Het Vlaamse ­gemiddelde was 3,51 ton.

De scores kun je uit de nieuwe online databank provincies.incijfers.be halen, een initiatief van de vijf Vlaamse provinciebesturen op basis van input van het Vlaamse onderzoeksinstituut Vito, net­beheerder Fluvius, het Departement Omgeving en het Vlaams Energieagentschap (VEA). Voor elke stad en gemeente maakten ze een klimaatrapport op. Zo kunnen de lokale besturen hun beleid toetsen en indien nodig bijsturen.

Veel gemeenten hebben het Burgemeesterscon­venant ondertekend, een Europees initiatief dat een engagement inhoudt om tegen 2030 de uitstoot van CO2 met 40 procent terug te dringen. De gegevens van provincies.incijfers zetten hen met de voeten op de grond.

‘De cijfers zijn niet erg bemoedigend’, zegt Kim Rienckens, ­beleidsmedewerker klimaat van de provincie Oost-Vlaanderen, die bij de opmaak van de databank betrokken was. ‘Gemiddeld is er wel een lichte daling van de uitstoot, maar er is nog werk aan de winkel. Zowel voor verwarming als voor mobiliteit zal er meer ­nodig zijn om de doelstellingen te halen.’

Wel slaan de cijfers op 2016 en zijn de jongste inspanningen daarin nog niet zichtbaar. Bovendien hebben lokale besturen geen vat op heel wat factoren zoals het weer of de bevolkingsgroei.

Gemeenten waar de burgers veel hernieuwbare energie produceren (vooral via zonnepanelen), zien dat in hun score weerspiegeld. ‘Er is wat dat betreft nog een enorm potentieel’, zegt Rienckens. ‘Slechts op 4,1 procent van de oppervlakte van geschikte daken liggen al zonnepanelen.’

Als er nog veel zonne- en windenergie bijkomt, zal dat de elektriciteit groener maken. Maar de ­belangrijkste bron van uitstoot is nog steeds de verbranding van fossiele brandstoffen voor de verwarming van huizen.Volgens het Vlaamse Milieurapport komt bijna 97 procent van de broeikasgasemissies van de huishoudens voort uit fossiele brandstoffen.

‘We zien wel een shift van stookolie naar aardgas, wat beter scoort, maar wat nog altijd een fossiele brandstof is,’ zegt Rien­ckens. ‘Vroeg of laat zal er een grote verschuiving naar duurzame vormen, zoals warmtenetten op restwarmte of warmtepompen, noodzakelijk worden.’

De grote verschillen tussen de Vlaamse gemeenten hebben onder meer met het type woningen te maken. Vooral in het zuiden en het oosten van Vlaanderen wordt er meer uitgestoten. Dat zou met het grotere aandeel vrijstaande woningen te maken kunnen hebben. Die verbruiken flink meer dan rijhuizen of flats. Steden doen het beter dan plattelandsgemeenten. Dat zagen we ook al in de veelbesproken mobiscore.

Dat de kustgemeenten (ook andere dan Oostende) het zo goed doen, heeft te maken met het feit dat er zich veel appartementen bevinden, waarvan er een deel lange periodes van het jaar onbewoond zijn.