Direct naar artikelinhoud
Zelfhulp

Marian Donner verklaart de oorlog aan de zelfhulpindustrie: we mediteren, sporten en werken onszelf een ongeluk

Marian Donner verklaart de oorlog aan de zelfhulpindustrie: we mediteren, sporten en werken onszelf een ongeluk
Beeld Charlotte Dumortier

We moeten méér drinken, stinken, branden, dansen en hartstochtelijk liefhebben. Daarvoor pleit de Nederlandse schrijfster en columniste Marian Donner (45) vol overgave in haar Zelfverwoestingsboek. Het is een vurige oproep om niet langer toe te geven aan de neoliberale dwang onszelf constant te optimaliseren, want we mediteren, sporten en werken onszelf een ongeluk.

Maria Donner: “Nooit eerder waren er zoveel boeken, cursussen, YouTube-video’s en TED Talks die ons vertellen hoe we een betere versie van onszelf kunnen worden: gezonder, succesvoller, gelukkiger, slanker. Als we maar opruimen, mediteren, sporten, positief denken, botox spuiten, niet drinken, falen als een les zien en problemen als een uitdaging; dan komt alles goed. En we geloven het nog ook! We doen al die dingen, met als enige resultaat dat we uitgeput en gefrustreerd raken, of zelfs depressief worden en met burn-outs kampen. Gisteren nog zei een vrouw tegen mij: ‘Nu sta ik hier zen te wezen met mijn sixpack in mijn minimalistische woning, en wat nu?’ Ik voel overal om me heen dat mensen af willen van de gesel van zelfverbetering en doelmatigheid.”

Je schrijft: ‘Wat als de zelfhulpindustrie geen medicijn is, maar onderdeel van de kwaal?’

“Wat doet die industrie? Ze geeft je tips en regels zodat je beter zult functioneren en aangepast raakt aan de status quo. Zodat je erbij hoort en blijft geloven in de neoliberale droom waarin je alles in handen hebt zolang je maar op de tippen van je tenen loopt, ook al val je er bijna bij neer. En als je valt, ben je een loser.”

Je schreef in de Volkskrant een ‘Ode aan de loser’.

“Ja, maar terwijl ik het ‘Zelfverwoestingsboek’ aan het schrijven was, besefte ik dat ik me niet op de verliezers, maar op de winnaars moest richten. Veel boeken zeggen: ‘Doe meer mindfulness, denk positief en dan lukt het jou ook om mee te doen.’ Anderen zeggen dan weer: ‘Dat je niet meekunt, ligt niet aan jou, het ligt aan het systeem.’ Allebei zijn ze gericht op de achterblijver, terwijl het juist de winnaars zijn die zich moeten realiseren dat het spel, ook al speel je het mee, geen fijne samenleving oplevert.

“Ik denk dat iedereen steeds meer de behoefte voelt om uit dat spel los te breken. Maar dat hebben de grote bedrijven óók begrepen. ‘Sex doesn’t sell anymore, activism does’ kopte The Guardian onlangs. Dior maakt T-shirts met de slogan ‘This is what a feminist looks like’, terwijl die gemaakt zijn door vrouwen in een sweat-shop in Mauritanië. De rebel kan zijn Sex Pistols-T-shirt nu bij H&M kopen. En herinner je je de iconische reclameboodschap ‘Here ’s to the crazy ones’ van Apple nog, en welke voorbeelden ze tonen? Géén jongetje dat krijsend tussen een kerkkoor staat, of een meisje met een woedeaanval – dat zijn mensen die niks bijdragen. Nee, ze tonen beelden van Einstein en Picasso. Of Nike, dat met ‘Dream Crazier’ de terugkeer van Serena Williams aan de wereldtop van het tennis vierde na haar zwangerschap. De boodschap is: je moet niet de beste van je school of dorp zijn, je moet de beste van het land zijn. Je moet na een zwangerschap nog sterker terugkeren dan voorheen.

“Nu, zij zijn niet míjn definitie van een gek of een rebel. Hoe noem je dan iemand die écht aan de rafelrand van de maatschappij staat? Een verwarde man? Een idioot? Waarschijnlijk: een loser. Iedereen die die rafelrand laat zien, wordt in de hoek geveegd. Wat lelijk en vuil is in onze samenleving, moet aan het zicht worden onttrokken. Alles moet glanzen en blinken. En als iets niet blinkt, wordt er wel glanzende kunst van gemaakt. Zoals van de lege fabrieken die staan te verkommeren in Detroit. Kunstenaars maken daar nu esthetisch verantwoordde foto’s van. Ruin porn wordt het genoemd, omdat die instagrammable beelden volledig voorbijgaan aan het feit dat de verkommerde fabrieken leegstaan omdat de auto-industrie naar de lagelonenlanden is verhuisd, en de inwoners van Detroit nu op de rand van armoede leven.”

In het gareel

In ‘Ode aan de loser’ probeer je hem in ere te herstellen.

Donner (lacht) «De aanleiding was een gesprek met een jonge schrijfster op een feestje van een hippe uitgeverij in het al even hippe Amsterdam-Noord. Ze zei dat er niets treurigers was dan mislukte schrijvers of kunstenaars die op hun 40ste nog op een zolderkamertje wonen, zonder werk, zonder gezin, zonder iets tot stand te hebben gebracht, terwijl ze blijven dromen van hun ultieme werk. Wat haar zo irriteerde, was het onvermogen van die sukkels om te begrijpen hoe de wereld werkt en zich aan te passen. Ik weet nog dat ik zei: ‘Maar zij zijn vaak de beste mensen, juist omdát ze de wereld niet begrijpen. Wat kún je begrijpen van een wereld waarin je voor 25 euro naar Londen vliegt, terwijl je voor een kamer van 25 vierkante meter in het centrum 1.500 euro huur betaalt en 1,5 miljard mensen in armoede leven?’ Maar het was zinloos.”

Ik heb het soms ook wel moeilijk met kunstenaars die een gebrek aan erkenning wijten aan ‘het systeem’.

“Het zelfingenomen type dat vindt dat de wereld hem niet begrijpt, vind ik ook niet de leukste soort. Maar ik kom zoveel mensen tegen van wie ik denk: jouw ideeën zijn zoveel beter dan degene die ik in de mainstream tegenkom, waarom kom je er niet mee naar buiten?

“Ik heb in een documentaire Gertrude Stein horen vertellen over de kunstscene in Zuid-Frankrijk. Picasso, Hemingway en alle andere grote geesten van die tijd hadden zich daar verzameld. Er was daar ook iemand die slimmer en meer vooruitziend was dan iedereen. Alleen heeft hij nooit wat gemaakt. Niemand weet nu nog wie hij was, maar voor alle grootheden daar was hij wel een belangrijke inspiratiebron. Zulke mensen zijn er legio. Het zijn niet alleen maar de besten die boven komen drijven. Er zijn honderden mensen die fantastische gedichten, boeken of nummers hebben geschreven, maar ze niet hebben afgemaakt, of in een la hebben laten liggen. Uit onzekerheid, of omdat ze niet de nood voelden met zichzelf uit te pakken. Je weet dat Kafka zijn vriend Max Brod had opgedragen al zijn werk te vernietigen. Als Brod niet in plaats daarvan alles had laten publiceren, was het bestaan van Kafka ons volledig ontgaan.

“Heb je het interview van Anouk in ‘College Tour’ gezien? Presentator Twan Huys vraagt haar op een gegeven moment of ze nog tips had voor de binnenkort afstuderende studenten. ‘Neen,’ zei ze. ‘Er bestaat geen recept voor succes. Ik ken mensen die veel beter zingen dan ik. Ik heb gewoon mazzel gehad en ben de juiste mensen tegengekomen.’ Huys was helemaal in de war. Zulke dingen zeggen succesvolle mensen haast nooit meer. Ze hebben allemaal ‘hard gewerkt, positief gedacht, doorgezet en alles aan zichzelf te danken’. Iedereen is helemaal doordesemd van dat jargon.”

Eigenlijk roep je in ‘Zelfverwoestingsboek’ op tot een soort burgerlijke ongehoorzaamheid.

Donner (lacht) «Heel seventies, hè! Ik hoop vooral de onderliggende regels bloot te leggen die ons leven véél meer bepalen dan we beseffen. Het is soms moeilijk te zien hoe je in het gareel loopt en daar ook in wordt gehouden. Als je je de hele tijd afvraagt of je wel mooi, positief, en succesvol genoeg bent, heb je niet zo veel ruimte in je hoofd meer vrij om nog na te denken over wáárom je daar eigenlijk zo mee bezig bent.”

Nestbevuiler

Heb jij niet ook een carrière nagestreefd? Je hebt psychologie gestudeerd.

“Ik ben zelfs begonnen met rechten te studeren. Mijn moeder was rechter en mijn overgrootvader, Jan Donner, is minister van Justitie geweest, net als mijn vaders neef, Piet Hein Donner. Ik vond de rechtenstudie vreselijk. Net als mijn studie psychologie, trouwens. Ik heb alleen maar geleerd hoe je onderzoek moet doen en hoe je statistieken moet lezen. Ik heb zelfs niet één les over Freud gehad.”

Je bent toch afgestudeerd op ‘hartstocht en liefde’.

“Ik heb een zeer rebelse hoogleraar getroffen, dat was mijn geluk. Hij zat ergens op een achterkamertje. Hij vond dat de interessantste beschrijvingen van het menselijke gedrag in de literatuur te vinden waren en liet mij hartstocht en liefde bestuderen in de boeken van Proust en Stefan Zweig.”

Daarna heb je bij de PvdA gewerkt en bij de ontwikkelingsorganisatie Fairfood.

“Bij de PvdA wilde ik behalve geld verdienen ook de wereld verbeteren, maar dat werd een vreselijke afknapper. Tijdens de kiescampagne begonnen ze allerlei pr-trucjes te bedenken. Ze zeiden letterlijk: ‘Wat is een niet-ingrijpend beleidsvoorstel waar we toch grote sier mee kunnen maken?’ Ik herinner me ook dat de toenmalige PvdA-leider iedereen eraan wilde herinneren dat de sociaaldemocraten de taak hadden achtergestelde bevolkingsgroepen te verheffen, ook en vooral de migranten. Maar tot mijn verbazing werd hij weggehoond. Ik ben er gedesillusioneerd vertrokken en ben de ontwikkelingshulp ingegaan, maar wat ik daar zag, was helemaal onthutsend. Alles bleek er rond geld te draaien. 80 procent van de tijd waren ze bezig met fondsen werven. Ze kaapten zelfs de buit weg voor de neus van andere hulporganisaties, terwijl die evengoed de honger wilden bestrijden. Toen dacht ik: dan ga ik maar schrijven.”

Zelfhulp in ItalieBeeld Charlotte Dumortier

Zoals je vader, Hein Donner, die ook columnist was. Al was hij natuurlijk in de eerste plaats de schaak-grootmeester die drie keer kampioen van Nederland werd en bekendstond als een ultralinkse bohemien. Een rebel, in de ware zin van het woord.

“Absoluut. Hij was het zwarte schaap van een familie die heel gereformeerd, godvrezend en koningsgezind was. Hij dronk en rookte veel en is toen ik 14 was overleden aan een hersenbloeding. Maar tot die tijd heb ik vreselijk genoten van de nachtelijke gesprekken die we voerden. Ik heb een enorme hang naar het soort mens dat hij was.

“Hij schreef ook columns voor Elsevier, maar ze hebben hem toen hij de geldsom van een grote schaakprijs publiekelijk aan de Vietcong schonk, met onmiddellijke ingang ontslagen. Dat geld is natuurlijk nooit bij de Vietcong aangekomen, het was een leeg gebaar. Maar toen waren er nog mensen die dat soort dingen deden, terwijl ze er zelf niet beter van werden. Ze zijn nu een documentaire over hem aan het maken. Niet zomaar, denk ik. Volgens mij hebben we allemaal heimwee naar zulke mensen.”

Die worden niet meer gemaakt, zo lijkt het wel.

“Vroeger was er Herman Brood, die op zijn blote voeten en in een zekere staat in Amsterdam rondliep. En we hadden Fabiola, het levende kunstwerk. Dergelijke figuren zie je niet meer. Het is – zeker voor beginnende kunstenaars – financieel ook niet haalbaar om in het centrum van Amsterdam te wonen. Daar zijn de woningen de afgelopen vijf jaar 63 procent duurder geworden. In de jaren 60 was het nog mogelijk voor een beginnend schrijver als Harry Mulisch aan het Leidseplein te wonen zonder, naar eigen zeggen, één dag gewerkt te hebben. Alleen de allerrijksten kunnen zich dat nu permitteren. De rest moet allemaal naar de buitenwijken, en zelfs dan heb je twee salarissen nodig.

“Steeds meer muzikanten groeien ook op in welvarende families. De muzikanten van Radiohead, Coldplay, ook die van mijn favoriete band Florence and the Machine, hebben allemaal op privé-scholen gezeten. Je redt het volgens mij ook niet meer als muzikant of kunstenaar als je geen rijke ouders hebt, tenzij je megaproductief bent. En dat kan alleen maar als je – daar ben ik weer – niet in de kroeg zit, gezond eet en de rest van de to-dolijst volgt.

“Ik wil niet zeggen dat je geen goeie ideeën kunt hebben of geen goeie muziek kunt maken als je geld hebt. Maar zo’n kunstenaar kan nooit écht de rafelrand van het leven laten zien. Ik vind Radiohead fantastisch, maar ze hebben niet de hartstochtelijke woede die bij de muziek van de Pistols hoort. Alleen echte buitenstaanders kunnen brave burgers zoals wij laten zien dat wat wij vanzelfsprekend vinden, níét vanzelfsprekend is.”

Doen hiphoppers en rappers dat niet?

“Dat genre is toch ook helemaal gerecupereerd! Public Enemy was nog maatschappijkritisch, maar nu... Misschien begínnen hiphoppers nog wel te rappen uit verontwaardiging, maar zodra ze een platencontract hebben getekend, worden er dingen van hen verwacht. En het verschil tussen succes en falen, tussen de haves en de havenots, is zo groot nu. Als je faalt, woon je meteen weer op je kleine appartementje in de achterbuurt. Iedereen die succes heeft, wil die positie niet meer kwijt. En dan klaag je het systeem niet meer aan natuurlijk, want wie gaat nu het nest bevuilen waaraan hij alles te danken heeft?”

'Overal voel je dat mensen uit de bubbel van het kapitalisme willen breken.’

Breek de Bubbel

Jij hoopte toen je eerste roman ‘08.30 uur: opstand’ uitkwam ook dat dat de start zou zijn voor je succesvolle leven.

“Maar helaas (lacht). Kijk, ik vind streven naar succes niet slecht. Iedereen wil gehoord en gezien worden. Waar het om gaat, is: wat ben je bereid ervoor op te geven? Wil je van jezelf een karikatuur maken om succesvoller te zijn? Hoeveel wil je jezelf aandoen om hogerop te komen? Heb je er een burn-out en een depressie voor over? Wil je je collega er de duvel voor aandoen? Wil je elke week weer die hele to-dolijst afvinken – avocado’s eten, mindfulness, naar de psycholoog?

“Die neoliberale doelmatigheid zit ondertussen in alle aspecten van ons leven verweven. Je barst van het schuldgevoel als je even je tijd hebt verdaan. Je mag je wel vervelen, maar alleen omdat ‘net dan de beste ideeën bovenkomen’. Het maakbaarheidsdenken heeft ons zo vreselijk streng gemaakt voor onszelf. Vandaar mijn pleidooi de teugels wat te vieren en meer te drinken, te dansen en te niksen.”

Dat de neoliberale samenleving ons ziek maakt, zeiden al velen voor jou. Psycholoog Paul Verhaeghe schreef er een bestseller over. Al lang daarvoor schreef Trudy Dehue in ‘De depressie-epidemie’ hetzelfde.

“Ja, maar zij focussen op psychische ziekten en effecten op sociaal vlak. Wat ik wil laten zien, is hoe het neoliberale denken is doorgesijpeld in ons dagelijkse leven. Het neoliberale kapitalisme wordt nog te veel gezien als een puur economisch systeem, terwijl het allang een cultureel systeem is geworden, dat z’n waarden doorgeeft via films, series en boeken. De mens is een wolf, en als puntje bij paaltje komt, is het ieder voor zich: dan is de enige manier om te winnen het spel mee te spelen. Net zoals in ‘Game of Thrones’.

“Dirk De Wachter zegt: ‘Denk voor jezelf. Ga op een bankje in het park zitten en zoek zelf de zin van het leven.’ Maar dan denk ik: hoe doe je dat als dat park inmiddels volstaat met fitnesstoestellen om je pull- en push-ups te doen? We leven in een door het neoliberale denken gekaapte bubbel, waaraan niemand kan ontsnappen.

“We geloven dat het kapitalisme het enige werkbare systeem is, niet perfect, maar beter dan de rest. Terwijl we eigenlijk allemaal weten dat het ieder-voor-zich-denken niet klopt. Dat je alleen door samenwerking echt iets kunt bereiken, dat je groeit omdat je leert van anderen, dat je ingebed bent in een familie of omgeving. We zijn vervreemd van hoe de dingen echt zijn, en daar worden we erg ongelukkig van. Overal voel je dat mensen uit die bubbel willen breken.”

Dus wat moeten we doen? Drinken en dansen? Lekker niet productief zijn? Daarmee kunnen we het neoliberale kapitalisme niet breken.

“Neen, dat zal de politiek moeten doen. Als er nu een echt heel linkse politicus opstaat, zouden mensen massaal op hem stemmen: daar ben ik zeker van. Misschien moet het bewustzijn nog groeien. Er is net aan het licht gekomen dat Shell al jaren geen belastingen betaalt op zijn winst in Nederland, waardoor burgers nu erg boos zijn op Shell. Terwijl ze natuurlijk de politici zouden moeten aanklagen. Zíj hebben die gunstige regelgeving gecreëerd waardoor multinationals winstbelastingen kunnen ontlopen. Het is aan de politiek om het kapitalisme te breken.”

En jij denkt dat dat gaat gebeuren?

“Absoluut, en laten we daar nu maar op drinken.”

Marian Donner, Zelfverwoestingsboek, Das Mag

Breek de Bubbel

©Humo