Direct naar artikelinhoud
Vluchtelingen

Nog nooit raakten zo veel vluchtelingen erkenning kwijt: strengere wet en vakantie in ‘onveilig thuisland’ belangrijkste redenen

Vluchtelingen wachten op hun beurt aan het Klein Kasteeltje.Beeld Baert Marc

217 vluchtelingen zijn vorig jaar hun erkenning verloren in ons land en dat waren er nog nooit zo veel. Dat schrijft Het Nieuwsblad. Het gaat vooral om criminelen ‘die een gevaar vormen voor de samenleving’ en mensen die met vakantie gingen naar een ‘onveilig thuisland’. 

In 2015 bedroeg het aantal intrekkingen nog 52. Het aantal asielaanvragen is sindsdien echter omhooggegaan en het beleid werd ook aangepast onder staatssecretaris Theo Francken (N-VA).

Redenen

Commissaris-generaal Dirk Van den Bulck van het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Straatlozen (CGVS) vindt 217 intrekkingen “veel en niet veel”, zo zei hij in De Ochtend op Radio 1. Veel in vergelijking met de vorige jaren, maar ook niet veel omdat het bekeken moet worden op een totaal van zo’n 20.000 beslissingen per jaar.

Hij geeft ook enkele redenen voor het stijgende aantal intrekkingen. Eerst en vooral de strengere vreemdelingenwet van 2016, waardoor vluchtelingen sneller het land uitgezet kunnen worden als ze een zwaar misdrijf hebben gepleegd en een gevaar zijn voor de samenleving.

Anderzijds wordt er ook strenger gecontroleerd op vluchtelingen die met vakantie gaan naar hun thuisland. “Er zijn betere controles en er is meer aandacht van de grenspolitie”, aldus Van den Bulck. “Doordat we meer info hebben, gaan we ook in meer gevallen na of er nog altijd een effectieve vrees is bij de vluchtelingen om terug te keren naar het thuisland, waar ze vaak vervolgd zeggen te worden. Als dat niet zo is, wordt de vreemdelingenstatus van de persoon in kwestie ingetrokken.”

Nog een reden voor intrekking is fraude: als er bewezen is dat de vluchteling in kwestie geknoeid heeft met zijn papieren.

Beroep

Wie zijn vreemdelingenstatus kwijtspeelt, wordt daarom nog niet meteen het land uitgezet, benadrukt Van den Bulck. “De vluchteling kan nog beroep aantekenen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, maar die volgt meestal het CGVS. Daarna is het ook nog aan de dienst Vreemdelingenzaken om te beslissen over de ‘verblijfsstatus’ van de vluchteling, want dat is nog iets anders dan de ‘vreemdelingenstatus’. Er kunnen bijvoorbeeld ook andere redenen zijn om een vluchteling in ons land te houden, zoals de familiesituatie.”