Direct naar artikelinhoud
Interview

Twee maanden na de dood van Bjorg Lambrecht: ‘We waren twintig minuten te laat’

Bjorg Lambrecht.Beeld RV

Twee maanden is het intussen geleden dat Bjorg Lambrecht, de Kleine Coureur die op het punt stond om de wielerwereld te bestormen, ten grave werd gedragen. Thuis, in Knesselare, geeft de tuin nog altijd geheimen van hem prijs. En zijn naasten - zijn ouders, zus, vriendin en schoonbroer - ontdekken nog wel meer mooie dingen van de talentvolle jongen die ze zo hebben liefgehad. Herinneringen ophalen is pijnlijk en troostrijk tegelijkertijd. “We hebben Bjorg nooit zo gelukkig gezien als op de laatste dag van zijn leven.”

Zijn witte T-shirt, compleet met havermoutvlekken en al, ligt netjes opgeplooid op de armleuning van een zetel in de living. Het shirt dat Bjorg Lambrecht daar achteloos achterliet voordat hij begin augustus vertrok naar de Ronde van Polen, die in de derde etappe zijn veel te vroege dood zou betekenen. Buiten in de tuin huppelt Miranda rond. Zijn konijn, dat hij in april, dierenvriend als hij was, op slinkse wijze had toegevoegd aan de familie Lambrecht. Hij wist goed dat er thuis geen dieren meer mochten bijkomen. Want er was al een cavia en er zwommen al veel vissen in de vijver. Dus had hij zijn ouders wijsgemaakt dat hij dat konijn ergens gevonden had. In werkelijkheid had hij het gekocht. Zijn moeder geloofde er geen woord van. En ze zei: "Dan zullen we het konijn op Facebook zetten, want gegarandeerd is er nu iemand naar dat diertje aan het zoeken." Maar Miranda, naar een personage uit Samson en Gert, mocht blijven. Zoals ook de vijver met de vissen er uiteindelijk toch kwam. Omdat Bjorg zo'n vijver wilde. Hij kreeg hier dikwijls zijn zin. En zoals Britt (19), zijn enige zus, daarover zal zeggen: "Ik vond dat niet eens moeilijk, nee. Want we waren hier thuis allemaal van hetzelfde gedacht: 'Wanneer Bjorg iets wilde, dan was dat gewoon... goed.'"

Ze zitten samen rond de tafel in de living. Bjorgs ouders Kurt Lambrecht (50) en Anje Blomme (49), Britt en haar vriend Arno Claeys (19), en zijn vriendin Carmina Clipea (20). Voor een eerbetoon dat de betreurde renner van Lotto Soudal zo hard verdient. "Ups en downs hier", verwoordt mama Anje hoe het met hen gaat. "Je wéét heus wel dat hij er niet meer is, maar dat besef is er niet altijd. Van de week nog had ik niet gemerkt dat Kurt 's nachts was opgestaan, ik hoorde het toilet doorspoelen en mijn eerste gedacht was: 'Het is Bjorg die thuiskomt.' En onmiddellijk daarna besef je het dan wel. 'Nee, dat kan niet, hé.'"

Britt moet aan de zijkant van het huis nog maar de steentjes horen kraken of ze denkt dat haar broer de oprit is opgereden. "We zitten hier allemaal nog in een fase dat we het niet kunnen plaatsen", zegt vader Kurt. "Je wil het niet aanvaarden, wil er niet aan toegeven. Om niet te moeten voelen dat hij er niet meer is. Omdat het dan precies makkelijker is, zo. Maar dan ineens, baf, gaat dat gordijn open en is dat besef er weer in alle hevigheid en krijg je een klop. Door de kleinste dingen soms. 'No Sound But The Wind' van Editors horen op de radio en terugdenken aan hoe Bjorg, die een mooie zangstem had, zo luid kon zingen in de badkamer dat je hem beneden in de keuken kon horen. Het zien van zijn sportschoenen in de kast."

Bjorg met zijn moeder Anje, vader Kurt en zus Britt, tijdens de laatste kerst met hun vieren.Beeld RV

Babbel bij de bus

Alles ten huize Lambrecht stond in het teken van wielrennen, van Bjorg. En dat was al zo sinds hij op zijn 10de zijn eerste wedstrijd reed op een roze fiets. Bjorgs passie was zo besmettelijk dat ze oversloeg op elk lid van het gezin. Van in zijn jeugdjaren gingen ze, grootouders langs beide kanten incluis, mee naar elke koers. Vader Kurt: "Bjorg reed als manneke van 5 altijd voorop wanneer we in het weekend met de familie gingen fietsen. Veertig kilometer lang fietste hij dan 200 meter voor ons uit. Hij was 7 en de kleinste van de klas, toen hij meedeelde dat hij coureur ging worden. Na zijn dood kregen we een mooie brief van zijn meester van het zesde studiejaar. Hij herinnerde zich nog een oudercontact, waarop hij ons vertelde dat Bjorg het ook aan hem had gezegd: 'Meester, ik word coureur!'"

En de guitige puncher-klimmer zou uitgroeien tot één van de grootste Belgische wielertalenten van deze generatie. Het ging razend hard in de klimklassiekers en uitgerekend dit jaar was Bjorgs doorbraak bij het grote publiek. Zijn ouders waren erbij in maart in de Ronde van Catalonië, ze zagen hem 6de worden in de Amstel Gold Race en 4de in de Waalse Pijl. En hun fierheid sprong alle kanten op toen Bjorg in juni zowaar de witte trui won als beste jongere in de Dauphiné. Het land kon weer dromen van een nieuwe wielerheld.

De voorbereidingen voor de Ronde van Polen waren, zoals altijd, pico bello. Bjorgs ouders hadden op voorhand de hele route uitgestippeld, goeie hotelletjes en goeie restaurantjes uitgekozen. Want ook dat was een deel van het plezier van zo'n buitenlandse trip. Maandag 5 augustus, net voor de start van de derde etappe, zouden ze hun zoon, zonder het te beseffen, voor de laatste keer spreken. "We hebben hem nog nooit zo goed gezien als toen", zegt vader Kurt met trillende stem. "Werkelijk waar, Bjorg blonk. Hij blaakte van zelfvertrouwen. Was de rust zelve, terwijl hij bij de start van een koers normaal altijd zenuwen had. Nu niet. Het was ons de vorige dagen al opgevallen, hoe relaxed hij was. Hij straalde ook geluk uit. Echt alles zat goed. Mentaal voelde hij zich sterk, privé was hij zielsgelukkig met Carmina."

Moeder Anje: "Ik denk dat we een minuut of tien met ons drietjes hebben staan babbelen, voor de bus van Lotto Soudal. Koetjes en kalfjes. Bjorg vertelde ons dat hij na de Ronde van Polen op hoogtestage zou gaan in Spanje, samen met Carmina. Als voorbereiding op de Vuelta. Ik weet nog dat ik zei: 'Maar gaat dat allemaal niet wat veel zijn?' 'Dat gaat wel meevallen, mama.' In mijn binnenste was ik zo trots op hem. Ik weet nog dat ik 'Tot vanavond!' heb gezegd bij het afscheid. Geen kus en geen knuffel, nee. Al had Bjorg niets liever dan dat hij familie bij zich had op grote wedstrijden en al waren Kurt en ik dikwijls ook de enige ouders die er ter plaatse bij waren, wij zijn nooit een knuffelgezin geweest. Kurt heeft Bjorg nog een schouderklopje gegeven en hem gezegd: 'Morgen wordt jouw dag!'. Want morgen, dat zou in tegenstelling tot die derde vlakke etappe een steile klim worden. Dan zou onze Bjorg hebben toegeslagen. Zeker weten."

Dat Bjorg een aanstormend talent was, was al snel duidelijk. Zo won hij in 2015 het BK bij de junioren.Beeld MARC GOYVAERTS/ GMAX Agency

Loslaten, of je wordt zot

Goed een uur na de start, na iets van een 45 kilometer, zou Bjorg Lambrecht zijn fatale val maken. Op onbegrijpelijke wijze tegen een betonnen duiker aanknallen en levensgevaarlijk gewond raken. "En we waren er nog zo gerust op geweest", schudt Anje het hoofd. "Omdat die etappe zo vlak was dat er eigenlijk niks aan te beleven viel, waren Kurt en ik na de start meteen doorgereden naar de plek van de aankomst. In een bergrit zouden we van hot naar her rijden om hem op verschillende plekken te zien koersen, maar deze keer waren we dus recht naar de aankomst gegaan. Het is daar dat we telefoon kregen. Dat Bjorg een zwaar accident had gehad, dat ze hem aan het reanimeren waren en dat hij opnieuw hartslag vertoonde. Toen was er nog hoop, ja. Maar onderweg naar het ziekenhuis kregen we een tweede telefoontje. Dat ze Bjorg aan het opereren waren. Toen voelde ik aan alles: 'Dit komt niet goed.'"

"We waren twintig minuten te laat", vervolgt ze door haar tranen heen. "Toen we bij Bjorg aankwamen, in een oud Pools ziekenhuis, was hij al twintig minuten overleden. Ik wilde hem onmiddellijk zien. Anderhalf uur hebben we daar bij hem gezeten. Onze Bjorg, het haar nog bezweet van het koersen. Diezelfde nacht nog zijn Kurt en ik twaalfhonderd kilometer ver met de auto naar huis gereden. Er was niks dat we nog voor Bjorg konden doen en Britt zat alleen thuis in Knesselare. Hoe hartverscheurend moeilijk het ook was om Bjorg achter te laten, op hotel in Polen zouden we de muren zijn opgelopen. En Britt had ons nodig. Het was vaak stil in de auto, Kurt en ik hebben onwezenlijk veel films zien passeren die nacht."

Vader Kurt: "Nog altijd begrijp ik niet hoe dat ongeval is kunnen gebeuren. De renners reden daar 35 km/u, op een vlak stuk en ineens vloog Bjorg gewoon in de lucht, alsof een camion hem wegduwde. Hij gleed niet over de grond, hij was ineens weggekatapulteerd, zo valt op beelden te zien. In het begin hield het mij bezig, wat er daar toch maar kon zijn gebeurd. Maar ik heb dat losgelaten, anders word je zot."

Propere jongen

Moeder Anje zou nu niets liever willen dan dat ze nog eens kon roepen: 'En ruim nu toch je kamer eens op!' - al heeft ze zijn extreme slordigheid honderden keren vervloekt. "Bjorg liet letterlijk al zijn kleren overal rondslingeren", lacht zus Britt. "Zijn koersvalies, die na een week nog altijd aan de deur kon liggen, was een stort, de badkamer was een stort nadat hij zich gewassen had, de garage met al zijn fietsen en zijn fietsmateriaal was een stort. Bjorg at zijn cornflakes met zijn handen, altijd overal kruimels op het aanrecht en hij had het nooit gedaan, nee. 'Niet van mij!', zei hij altijd. En dan werd je kwaad, maar je wist dat je op Bjorg nooit lang kwaad kon zijn."

Waarop Anje: "Tja, hij kon er niks aan doen, hé.' (lacht) Hij was als kind al zo. Hoe dikwijls is Kurt niet buiten achter hem moeten lopen of Bjorg zou zonder boterhammendoos op de bus zijn gesprongen. En ofwel was hij juist op tijd als de schoolbus kwam, ofwel was hij te laat. Hij vergat constant van alles. Hoe dikwijls vond hij zijn fietspomp niet? Zijn portefeuille had hij eens op de bus laten liggen. Toen ben ik helemaal achter die bus aangereden, ik was al bijna in Brugge voordat hij aan de kant ging. We hebben er die slordigheid nooit uit gekregen. Carmina zou dat later misschien hebben gekund." Waarop Britt lachend zegt: "Dat denk ik niet, nee. Bjorg zou later hoogstwaarschijnlijk elke dag een kuisvrouw hebben laten komen."

Schoonbroer Arno, die zelf ook graag koerst: "Maar zo charmant was Bjorg wel, dat hij op een ander altijd een goeie indruk wilde nalaten. Hij is eens bij mij komen douchen nadat we samen het parcours van het Belgisch Kampioenschap hadden verkend en ik weet nog dat mijn moeder achteraf over de badkamer zei: 'Amai, dat ligt er hier proper bij!' Had Bjorg toch wel niet zijn handdoek netjes opgehangen en al zijn kleren in de was gestoken. Terwijl thuis in Knesselare?" Carmina, die vier maanden samen was met Bjorg toen hij stierf, herkent het helemaal. "Ik heb mijn mama ook een paar keer horen zeggen: 'Propere jongen, Bjorg.' Dat ik dacht: 'Goh, dan had je het hier een half uur geleden eens moeten zien!' (lacht) Want ja, als Bjorg wist dat mama thuis zou komen, begon hij rap-rap nog alles op te ruimen. Desnoods ging hij op zijn valies zitten zodat alle rommel er toch maar in geraakte. Ach, ik zou het er allemaal hebben bij genomen."

Met zijn vriendin Carmina was Bjorg vier maanden samen. "Het is raar, maar van in het begin voelde onze relatie heel serieus", vertelt ze.Beeld Wannes Nimmegeers

Golden retriever Boxie

Hoe slordig Bjorg was, zo hypermaniakaal was hij bezig met zijn sport. "Zijn trainingen voerde hij tot in de perfectie uit", zegt zijn vader. "Zijn focus was legendarisch, Bjorg kon door een muur gaan. Hij zou ook altijd méér trainen dan nodig was. Niet te veel méér, maar juist genoeg om zijn doel te halen: beter worden als coureur. Dat doet nu nog het meeste pijn: dat we nooit mogen meemaken hoe ver hij het zou hebben geschopt. Mocht hij gezond zijn gebleven en gespaard van accidenten, dan zou Bjorg ooit één van de beste vijf in een Ronde van Frankrijk zijn. En misschien zelfs al in de Ronde van volgend jaar."

De manier waarop ze herinneringen ophalen, zegt alles over hoeveel ze van hem hebben gehouden. Ze lachen door hun tranen heen - het doet zichtbaar zo veel deugd om over Bjorg te praten, maar tegelijk ook zo veel pijn. "Al was ik nog niet lang samen met Bjorg, ik heb mij nooit bij iemand zo goed en zo gelukkig gevoeld", zegt Carmina, die altijd welkom zal blijven in dit gezin, met haar zachte stem. "Omdat Bjorg zelf zo positief en gelukkig in het leven stond. Ik kwam vroeger altijd mensen tegen die constant over zichzelf zaten te klagen. Bjorg was zo niet. Zijn zus Britt, met wie ik dieet- en voedingskunde studeer en bij wie ik in dezelfde klas zit, heeft ons destijds gekoppeld. Al van bij het eerste gesprek, over voeding, hadden Bjorg en ik het gevoel dat wij elkaar al jaren kenden. Ik gaf hem de ruimte voor zijn sport, hij maakte tijd voor mij. Hij bracht mij zo dikwijls aan het lachen. Bjorg was zo'n... onschuldig persoon, zo mooi. Een simpel en heel bescheiden iemand, maar toch ook heel wijs en content met de kleinste dingen in het leven."

"Bjorg was ambitieus, ja, maar er was voor hem ook nog een leven naast de koers", vertelt Carmina. "Hij hield écht rekening met mij. Ik herinner mij dat ik eens een zwaar examen had en dat hij ineens voor de deur stond met een zelfgebakken bananencake met chocola. Om mij een hart onder de riem te steken. We kookten ook heel graag samen, droomden al hardop van een kookboek vol gezonde, lekkere gerechtjes voor topsporters. Dat boek gaat er ook komen. Als een eerbetoon aan hem. Met als titel, die hij nooit heeft gekend: 'Aan Tafel met Bjorg'. De komende jaren ga ik bij wie hem lief was langs om te vragen wat hij daar zoal graag at. Die gerechtjes komen in het kookboek. Havermoutpannenkoeken, waar hij dol op was, en het duifje van zijn oma komen er al zeker in te staan. Er komt straks ook een golden retriever, Boxie. Naar de bijnaam Matchbox die André Greipel hem gaf. Want ook dat was een droom van Bjorg en mij: dat we later twee honden zouden kopen. Het is raar, maar van in het begin al voelde onze relatie aan als heel serieus."

"Ik denk soms nog dat ik in een slechte droom zit", zegt Carmina. "Die 5de augustus was ik in de namiddag wat gaan rusten en had ik de wekker gezet om op tv naar Bjorg te kunnen kijken. Toen de wekker afging en ik uit mijn dromen ontwaakte, was daar alleen maar slecht nieuws. Ik ben veel bij hem geweest toen hij lag opgebaard. En ik wou alleen maar dat hij wakker werd, terugkwam. Ik weet nog dat Bjorgs hand in de mijne lag, dat ik warmte voelde en dacht: 'Hij komt terug.' Maar het was mijn warme hand die de zijne vasthad. Wanneer ik nu een koers zie op televisie, zoek ik Bjorg tussen alle renners. Tevergeefs, maar ik zoek hem toch. Ik voel mij eenzaam sinds hij weg is."

Mini-gebedje

En nee, het leven zal niet stoppen ten huize Lambrecht. Het gaat door, omdat het moét. "Maar het is niet te beschrijven hoe zwaar het ons valt", zegt Anje. In haar pakkende brief op Bjorgs begrafenis had ze het al over een "ondraaglijke leegte". "Mensen die dit meemaken en die maar één kind hebben, ik weet niet hoe die dat overleven. (stil) Het maakt een heel groot verschil dat we Britt nog hebben. Maar de pijn, die voelt alsof er een stuk uit je lichaam weg is. Alsof daar een gat zit. Je voelt daar ook fysiek pijn, aan je hart. Het is zeker de betrachting om straks opnieuw gelukkig te worden, maar: het opperste geluk gaan wij nooit meer kennen." Haar echtgenoot treedt haar daarin bij. "Het geluk dat we hebben gehad, gaan we nooit meer kunnen terugkrijgen. Ik besef nu pas hoe gelukkig wij eigenlijk waren." Zelfs Carmina, die Bjorg maar zo kort kende, deelt in dat gevoel. "Ik ga nog gelukkig zijn, maar nooit meer op dat niveau."

"En hoe je met zo'n verlies omgaat? Moeilijk te zeggen", zegt Anje. "Het is leven van uur tot uur. Gelukkig hebben we heel goeie vrienden, die klaar staan voor ons. Alle weken staan ze nog met eten voor de deur. En bijna elke avond maken Kurt en ik met onze buren een wandeling, die altijd ofwel aan het kerkhof begint of daar eindigt. Dat geeft veel steun. Overdag gaan Kurt en ik - soms samen, soms apart - ook nog eens naar Bjorg zijn graf. Om bij hem te zijn. Om te kijken of alles er daar nog proper bij ligt."

Zus Britt omschrijft haar broer als "haar beste vriend". "Ik ga ook twee keer per dag naar Bjorg. 's Morgens en 's avonds, om hem slaapwel te zeggen. Meestal ga ik alleen. Omdat ik dan kan babbelen met hem. Over domme dingen, over wat ik heb gedaan. Ik heb dan het gevoel dat hij me hoort, of zo. Dat hij naast mij zit, hoe gek dat ook klinkt. Bjorg en ik zaten vroeger ook elke avond met elkaar te babbelen voor we gingen slapen. En wat niemand weet, is dat we dan samen ook altijd een mini-gebedje opzegden." Carmina: "Bjorg en ik gaven elkaar voor het slapengaan altijd een kruisje op het voorhoofd."

Vader Kurt: "Zo'n kruisje geven, dat had hij van mij overgenomen. En ik op mijn beurt van mijn ouders. Wanneer ik Bjorg ergens afzette voor een koers, bleef hij - zonder woorden - wachten tot hij zijn kruisje had gekregen. Hij was misschien nog de gelovigste van ons allemaal, buiten zijn mémé dan. Maar mijn geloof is weg nu. Iemand wegpakken die zo schoon was en die zo positief in het leven stond: nee, dat doe je niet."

Alles om hem trots te maken

Bjorgs jongenskamer, met zijn ontelbare trofeeën keurig op rijen, zal er altijd bij blijven liggen zoals hij zijn kamer achterliet. En in de logeerkamer zal niemand het ooit moeten wagen om te prutsen aan zijn overwinningstruitjes die hij daar al van kleinsaf, op volgorde van klein naar groot, bewaarde. "Hoe slordig hij verder ook was, die truitjes zijn daar bijna tot op de millimeter juist opgehangen", glimlacht Kurt met zo veel vaderlijke trots. "Weet je dat ik de mooiste eigenschap van Bjorg nu pas leer ontdekken? Ik heb nooit geweten dat hij zo ontzettend veel mensen heeft gemotiveerd. Nu horen we al die verhalen. Of het nu sporters waren of vrienden van vroeger: hij inspireerde hen om voluit voor hun ding te gaan. Ik wist dat hij graag gezien was, maar dat hij zó graag gezien was? Nee, dat ontdek ik nu. Hij wilde voor iedereen goed doen. Hij zag ook in iedereen, in gelijk wie, het goede en hij bleek alleen door goeie mensen omringd te zijn."

Zus Britt: "Wat ik ook niet wist: dat Bjorg blijkbaar altijd moest koken wanneer hij met zijn ploegmaten op stage was. En dat zij dan mochten opruimen. (lacht) Nu, Bjorg kon goed koken. En ja, we ontdekken hier nog wel meer dingen over hem. Onlangs zat ik in de tuin achter zijn konijn aan en kwam ik uit op een supergrote rozemarijnstruik. Ik wist niet eens dat hij die daar had geplant." Waarop moeder Anje zegt: "Ach, hij had hier van alles staan tussen de planten. Op een slordige manier, maar het stond er wel. Veel kruiden en een courgetteplant. Die groene vingers had hij van mijn moeder, zijn oma. Voor Bjorg naar Polen vertrok, zei hij: 'En als ik terug ben, kunnen we samen mijn eerste framboosjes plukken!' We gaan goed voor zijn planten zorgen. Maar het onkruid mag errond blijven staan. Dat zou hij ook niet wieden."

De wielrenner zal over de dood heen blijven inspireren, zoveel is zeker. "Sinds Bjorg er niet meer is, zit ik meer in met mijn zus, met wie ik vroeger al eens ruzie kon maken", zegt Carmina. "Ik zou zonder haar niet kunnen leven en dat heb ik pas goed beseft na Bjorg zijn dood. Ik ben er ook meer voor mijn ouders. Want dat dringt nu zo hard door: dat je opeens kan verliezen wie je dierbaar is. Ik wil een betere persoon worden, ja." Arno op zijn beurt zegt dat hij gaat proberen om ook professioneel wielrenner te worden, omdat Bjorg hem vaak zei dat hij dat in zich had. "Hij drukte mij op het hart om mij nog méér in te zetten en dat is wat ik ga proberen ook. Ik moet hier in Knesselare nog maar de Kerkstraat omhoog fietsen zonder Bjorg, of zijn cartoon-foto passeren aan zijn supporterscafé, of ik mis mijn dikke vriend ontzettend."

Zus Britt: "En ik ben vastbesloten om mijn diploma te halen, ik weet dat ik Bjorg daar enorm trots mee zou maken. Hij heeft me zo dikwijls aangemoedigd om door te zetten, om die studie niet op te geven. Hij wilde later heel graag een eigen fietsenwinkel, Carmina en ik zouden daar dan onze diëtistenpraktijk hebben. Er ligt hier thuis zelfs nog ergens een contractje dat we daar ooit over hebben afgesloten." (lacht)

Bjorgs zus Britt (19), met zijn lievelingsknuffel die nu de hare is geworden, en zijn vriendin Carmina (20), op zijn kamer. Die was meestal een stort, maar zijn trofeeën en medailles stonden er wél op volgorde gerangschikt.Beeld Foto Nimmegeers

Nog een lange weg

Bjorgs geboorteknuffel - ook een konijn, dat overal met hem meereisde als geluksbrenger - is de knuffel van zijn zus geworden. Zij neemt 'm nu overal mee naartoe. Ze zou zelfs terugkeren naar huis, mocht ze hem niet bij zich hebben wanneer ze naar het kerkhof gaat. Dat Bjorg als 22-jarige soms nog met dat konijn in de zetel kon zitten, zegt alles over de zachte, lieve jongen die hij was. "Ik moest hem zelfs delen met die knuffel wanneer we gingen slapen", glimlacht Carmina. "Bjorg is dat konijn ooit twee keer vergeten en hij is toen twee keer gevallen in een koers", aldus zijn moeder, die erop stond dat de knuffel vanuit Polen terug naar huis kwam. "Toen we in Polen hoorden van het accident, dacht ik: 'Hij heeft dat konijn toch wel mee?'"

Er valt nog een lange weg te gaan voor Bjorgs dierbaren in staat zullen zijn om zijn levensmotto - carpe diem - opnieuw in de praktijk te brengen. Maar er is hier één ding dat troost biedt op de meest moeilijke momenten, besluit vader Kurt. "En dat is weten dat wij er alles, maar echt alles, aan hebben gedaan om onze jongen alle kansen te geven die hij maar kon krijgen om uit te blinken in zijn passie."