Risico’s van rood vlees: waarom zijn de adviezen zo tegenstrijdig?

© getty

Een controversiële studie proclameert dat we zoveel rood en bewerkt vlees mogen eten als we willen. De bewijzen dat een dergelijk voedingspatroon kankerverwekkend zou zijn, blijken ’te zwak’. De Stichting tegen Kanker blijft evenwel een te hoge vleesconsumptie afraden. Vanwaar die verwarring over vlees?

Nu we eindelijk uit gezondheids-, klimaat- of dierenwelzijnsoverwegingen af en toe eens een biefstukje of gerookte ham inruilen voor een vegetarische optie, zegt een internationaal team van 14 onderzoekers onder leiding van de Canadese Dalhousie University en de McMaster University dat we dat helemaal niet hoeven te doen. Ze baseren hun conclusie op een zeer grootschalige review van de bestaande studies rond het onderwerp.

De bewijzen dat rood en bewerkt vlees gelinkt zijn aan hartziekten, kanker en andere aandoeningen zijn ’te zwak’, of anders gezegd ‘niet sterk genoeg om mensen te vragen hun eetgewoontes aan te passen.’ Of nog anders gezegd: ‘Je hoeft je eetpatroon niet te veranderen, want we weten gewoon niet of rood vlees en charcuterie schadelijk zijn of niet.’ (Klein detail: 3 van de 14 onderzoekers waren het uiteindelijk niet eens met de finale aanbevelingen.)

Dat er helemaal geen aanwijzingen zijn voor een mogelijk kankerverwekkend effect, willen de onderzoekers dan ook weer niet gezegd hebben. Maar een risico op bevolkingsniveau is volgens hen niet voldoende om mensen op individuele basis aan te raden hun voedingsgewoonten aan te passen.

Wat zegt de nieuwe studie over rood vlees?

Als 1000 mensen elke week drie porties minder rood of bewerkt vlees eten gedurende een heel leven, dan zouden er 7 doden minder vallen ten gevolge van kanker. Doet men dat gedurende 11 jaar, dan zouden er 4 mensen minder sterven aan hartziekte. En als 1000 mensen gedurende 11 jaar elke week drie porties minder rood vlees eten, zou het aantal gevallen van diabetes type 2 dalen met 6, voor bewerkt vlees is dat 12.

De resultaten van dit onderzoek zijn niet wezenlijk verschillend van andere studies. Alleen de interpretatie is anders. De onderzoekers concluderen dat de risico’s ‘niet zo groot zijn’ en dat het bewijs ’te zwak’ is. De bevindingen tonen bovendien ‘een correlatie, maar geen causaal verband’.

Het nieuwe onderzoek werd door belangrijke antikankerorganisaties stevig op de korrel genomen. Al 20 jaar lang toont studie na studie aan dat rood vlees in verband wordt gebracht met een slechtere gezondheid. Het heeft geleid tot duidelijke voedingsrichtlijnen die mensen over de hele wereld aanraden om minder rood en bewerkt vlees te eten, van de International Agency for Research on Cancer (het internationaal agentschap voor kankeronderzoek onder de paraplu van de Wereldgezondheidsorganisatie) tot de Belgische Hoge Gezondheidsraad.

De ene dag, de andere dag niet…

Rood vlees bevat heemijzer dat de kankerverwekkende nitrosaminen­ stimuleert. Omdat het verband nog niet helemaal overtuigend is, blijft de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voorzichtig door rood vlees als ‘mogelijk kankerverwekkend’ te categoriseren. Er kunnen ook andere factoren een rol spelen.

Het ongunstige verband tussen bewerkt vlees (vlees dat gerookt, gezouten of gedroogd werd om de smaak of de houdbaarheid te beïnvloeden) en het gestegen risico op darmkanker is volgens de WHO gesteund op sterkere bewijzen dan bij vers rood vlees. Charcuterie staat dan ook in dezelfde categorie van kankerverwekkende stoffen als bijvoorbeeld asbest, tabak en alcohol. Maar dat wil ook weer niet zeggen dat bewerkt vlees even schadelijk is als de andere stoffen in deze categorie. Het label is een verwijzing naar de sterke bewijskracht en betekent niet dat de kankerrisico’s allemaal even groot zijn.

Verwarrend? Zeg dat wel. Het enige wat tot nu toe duidelijk is, is dat het nieuwe onderzoek naar rood vlees geen goede zaak is voor het vertrouwen van de publieke opinie in de wetenschap. Het voedt de kritiek dat voedingsrichtlijnen voortdurend lijken te veranderen. Je weet wel: “de ene dag is koffie goed voor je, de andere dag is het slecht”.

Het eten van bewerkt vlees verhoogt het risico op darmkanker, en rood vlees ook, als het in grote mate wordt geconsumeerd.

Mathijs Goossens, Stichting tegen Kanker

Hoe komt het dat richtlijnen voor de consumptie van rood en bewerkt vlees zo weinig eenduidig zijn? ‘Men is in het nieuwe onderzoek uitgegaan van de verkeerde vraagstelling’, verklaart Mathijs Goossens van de Stichting tegen Kanker. ‘De auteurs probeerden een verband te leggen tussen de consumptie van rood vlees en bewerkt vlees enerzijds en het risico op kanker in het algemeen anderzijds. Onder deze omstandigheden is het effect van vleesconsumptie op het risico op dikke darmkanker “verdund” door alle andere soorten kanker die ook in rekening worden genomen. Als u de vraag stelt “zouden alle kankers minder vaak voorkomen als we minder rood en bewerkt vlees aten”, is het antwoord nee. Aan de andere kant, als de aandacht wordt gericht op dikke darmkanker, is het antwoord duidelijk ja: het eten van bewerkt vlees verhoogt het risico op darmkanker, en rood vlees ook, als het in grote mate wordt geconsumeerd.’

Aangezien darmkanker de derde meest voorkomende kanker in België is (de Belg is nu eenmaal een grote vleeseter) blijft de Stichting tegen Kanker bij haar voedingsadvies.

Wat is het advies met betrekking tot rood vlees?

Hoeveel porties vlees per week gezond zijn, is onmogelijk te zeggen. Maar om het risico op darmkanker te verminderen, is het raadzaam om de consumptie van rood vlees te beperken tot een maximum van 350-500 g per week. Je doet er alvast goed aan om rood vlees geregeld te vervangen door vis, gevogelte of door een vleesvervanger. Sinds kort neemt de voedingsdriehoek van het Vlaams Instituut voor Gezond Leven ook de milieuimpact van rood vlees in rekening waardoor rood vlees in de oranje zone van de voedingsdriehoek staat.

Van rood én wit vlees dat bewerkt is – zoals gerookt vlees of salami is er meer overtuigend bewijs dat ze het risico op darmkanker kunnen verhogen. Elke 50 gram vleeswaren per dag vergroot de kans op darmkanker met 18 procent ten opzichte van mensen die geen bewerkt vlees eten. Daarom staat bewerkt vlees in de rode restgroep – buiten de voedingsdriehoek wat betekent dat je het beter zeer weinig of niet eet.

De zeer complexe wetenschap achter voedingsadviezen

Het hele vleesincident legt nog maar eens de pijnpunten van de voedingswetenschap in zijn geheel bloot en doet ook de vraag rijzen of het überhaupt mogelijk is om de effecten van één enkel voedingsmiddel of -bestanddeel na te gaan op de gezondheid. Er bestaat geen ‘goed’ of ‘slecht’ voedingsmiddel. Voeddingstoffen komen immers in pakketjes. In brood zitten zowel vezels (goed voor de gezondheid) als zout (minder goed) Bovendien is niet alleen wat je eet belangrijk, maar ook hoeveel je ervan eet.

De gouden standaard voor wetenschappelijke evidentie is gerandomiseerd onderzoek met controlegroep, waarbij een groep deelnemers één bepaald medicijn of dieet toegewezen krijgt en een controlegroep een andere interventie of placebo. Maar in het geval van een dieet is het haast onmogelijk en bijna onethisch om aan mensen te vragen om een dieet lang genoeg aan te houden om het eventuele kankerrisico ervan na te gaan. Onderzoek bij proefdieren (vooral bij muizen) is dan weer minder aangewezen als het over voeding gaat, aangezien je de resultaten niet zomaar kunt vertalen naar de mens.

Risico's van rood vlees: waarom zijn de adviezen zo tegenstrijdig?
© Getty

Wetenschappers zoeken daarom vaak hun heil in observationeel onderzoek, waarin ze een voedingspatroon van de deelnemers proberen te linken met hun gezondheid. Maar ook deze onderzoeksmethode kent zijn zwakheden. Het is immers nooit helemaal na te gaan wat mensen exact eten aangezien ze het zich soms niet meer herinneren, terwijl er ook andere factoren in rekening moeten worden gebracht. Vleeseters verschillen bijvoorbeeld ook op andere gebieden erg van vegetariërs. En als er al een verband tussen een bepaald voedingsmiddel en een aandoening wordt gelegd, wil dat daarom nog niet zeggen dat het een oorzaak is.

Daarnaast kan een studie die geen onderscheid maakt tussen mensen met een hoog en een laag risico een verkeerd beeld geven van het algemene risico. Zo reageren bijvoorbeeld personen met zwaarlijvigheid en obesitas anders op voeding dan slanke mensen. Een dieet dat rijk is aan koolhydraten verhoogt hun risico op hartziektes, terwijl dat bij slanke mensen helemaal niet het geval is. Oudere mensen hebben sowieso al een hoger risico op kanker.

Er zijn evenwel uitzonderingen, waarin studies een dusdanig onevenwicht aantonen dat je er gewoonweg niet omheen kan, zoals het onderzoek naar de risico’s van tabak. Roken verhoogt het risico op longkanker met 900 procent. Dat is zo’n groot verschil dat er wel sprake moet zijn van een causaal verband. Zo’n verschil is in de voedingswetenschap nog nooit voorgekomen.

En dan zijn er nog de studies die minder geloofwaardig zijn vanwege mogelijke conflicterende belangen van de auteurs met de desbetreffende industrie. In de nieuwe voedingsrichtlijnen van de Hoge Gezondheidsraad valt bijvoorbeeld het advies voor een verhoogde consumptie van koemelk op (250 en 500 ml per dag). Omdat de relatie tussen plantaardige alternatieven en gezondheid nog onvoldoende aangetoond is, raadt de HGR een grotere hoeveelheid koemelk aan, ook al is een beduidend aantal mensen lactose-intolerant en ligt dat niet in lijn met het ‘de toekomst is plantaardig’-discours. Niet onbelangrijk: een van de studies waar de instantie zich op baseert, is een studie die betaald is door de zuivelindustrie.

En een van de auteurs van de controversiële vleesstudie zat ook achter een onderzoek uit 2016 dat de richtlijnen voor minder toegevoegde suiker naar de prullenmand verwees. Die studie werd gesponsord door het International Life Sciences Institute, de lobby van de industrie van bewerkte voeding.

Moeten al die voedingsrichtlijnen dan maar op de schop? Misschien mag er eentje overblijven: eet alles, maar met mate. Er zijn immers aanwijzingen dat een gevarieerd en gematigd voedselpatroon wellicht zo slecht nog niet is voor je gezondheid. Voor de gezondheid van de planeet valt een dieet dat relatief weinig vlees bevat, ook niet te negeren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content