© BELGA

Eli Iserbyt kijkt uit naar eerste confrontatie met Van der Poel: “Hopelijk zal Mathieu nog niet top zijn”

Er staat in het veld voorlopig geen maat op Eli Iserbyt. Ja, Mathieu van der Poel geniet nog van zijn vakantie, maar hoe Klein Duimpje dit seizoenbegin de veldrittroon opeist, is toch spraakmakend. “Maar ik blijf nederig, hoor. Mathieu blijft een fenomeen. Ik ben wel benieuwd om het tegen hem op te nemen op de Koppenberg. Wie weet is hij nog niet top.”

Werner Bourlez

Wat een stap voorwaarts heeft Eli Iserbyt toch gezet dit seizoen. In zijn eerste echte seizoen tussen de profs (hij wordt pas volgende week 22) rijdt hij als een kleine koning doorheen de cross. Vier zeges al (de twee Wereldbekers in de Verenigde Staten, zaterdag Kruibeke en gisteren dus Gieten) en in die andere twee wedstrijden eindigde hij telkens tweede ­achter een ploegmaat van Sauzen Pauwels-Bingoal.

“Waarom ik zo’n grote sprong voorwaarts heb gemaakt? Ik rij vooral bevrijd rond, ik ben van die druk bij de beloften af”, ­vertelt hij na zijn zege in Gieten. “Niks moet, alles mag. Michael Vanthourenhout en Laurens Sweeck zijn de kopmannen, ik kan wat in hun schaduw opereren. Zo voel ik mij het best.”Het kopje zit goed, maar als je vier keer wint, dan moeten die ­benen toch ook een pak sterker zijn geworden.

Kansen benutten

“Ik heb een heel goede weg­campagne achter de rug en ­samen met mijn trainer Rudi Van De Sompel heb ik echt toegewerkt naar deze periode”, legt Iserbyt uit. “Ik moet er niet flauw over doen: je moet profiteren van het feit dat Mathieu er nog niet bij is. Het zou dom zijn om die kansen niet te benutten. Want als hij in het veld op het niveau is van vorig jaar, dan weten we allemaal hoe het zal verlopen. Er wordt zonder hem nu ook anders gekoerst, er kan al eens een recuperatie­moment af. Bij Mathieu is het knallen van start tot finish en ­proberen te volgen. Al denk ik toch dat als hij terugkeert in het veld, hij toch nog niet echt top zal zijn.”

Wanneer de wereldkampioen zijn rentree maakt is nog onduidelijk. De Nacht van Woerden (dinsdag 22 oktober) staat op het programma, maar zeker is dat niet. In principe rijdt hij wel op 1 november de Koppenbergcross, omdat de DVV Verzekeringen Trofee het enige regelmatigheidscriterium is waar hij op mikt. “Dat is niet zijn favoriete cross, wie weet kan ik hem volgen”, grijnst Iserbyt, die zaterdag wel Boom schrapt, de tweede manche van de Superprestige. “Ik ben nu wel leider, maar ik zet alles op de ­Wereldbekermanche in Bern de dag nadien”, zegt Iserbyt.

Manager Jurgen Mettepenningen, die met zijn team al elke cross won, wil zijn poulain ook beschermen. “We gaan hem niet verbranden, hij is nog jong hé. In de Superprestige zal hij niet alles rijden. Het is niet omdat hij nu top is dat we zijn programma gaan veranderen.”

Interessante crossen

Het werd gisteren in Gieten ­trouwens een leuke, spannende cross. Iserbyt reed eerst weg met ploegmaat Daan Soete, daarna met Quinten Hermans. Toon Aerts reed na een lange achtervolging het gat van dertig seconden dicht, maar dan kende hij materiaalpech. “Doodjammer, want ik reed mijn beste cross van het seizoen. Ik kreeg er mijn ketting wel weer op, maar hij viel er meteen weer af. Wellicht was er een tandje ­afgebroken. Doodjammer.”

Finaal reed Iserbyt in de slot­ronde weg van Hermans. “Hij was iets sterker. Maar het was toch wel een spannende ­wedstrijd. Ik begrijp niet dat er vaak kritiek komt op ons. Als ­Mathieu er niet is, lijkt het precies alsof het geen echte wedstrijd is. Eli en co reden echt wel hard de laatste weken. Het publiek moet even wennen, maar de crossen zijn wel interessant. Wie kijkt er nog naar de cross als Mathieu al na de eerste bocht weg is?”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Keuze van de Redactie

MEER OVER