Direct naar artikelinhoud
Kris Van Dijck

Deontologische commissie Vlaams Parlement oordeelt dat de klacht tegen Kris Van Dijck (N-VA) ongegrond is

Kris Van DijckBeeld Photo News

De Deontologische Commissie van het Vlaams Parlement oordeelt dat N-VA-parlementslid Kris Van Dijck de deontologische code niet heeft overtreden. Dat heeft de commissie unaniem beslist.

en

Kris Van Dijck, toen nog parlementsvoorzitter, kwam tijdens zijn toespraak in het Brusselse stadhuis in het oog van een storm terecht toen op de website van P-Magazine een artikel verscheen waarin hij werd beschuldigd van sociale fraude. De N-VA’er zou een bevriende escortdame met een mogelijk onterechte uitkering van het Fonds Sluiting Ondernemingen (FSO) hebben geholpen.

Toenmalig minister van Werk Kris Peeters gaf daarop een mail vrij die Kris Van Dijck hem stuurde. “Ik ben er mij van bewust dat de procedure correct moet verlopen”, schrijft Van Dijck daarin. “Maar indien dit het geval is, is de vraag dat er enige spoed kan zijn, gelet dus op die moeilijke financiële situatie van betrokkene.”

Unaniem

PVDA-fractieleider Jos D’Haese diende afgelopen zomer een klacht in tegen Kris Van Dijck. De deontologische commissie, bestaand uit 15 leden en samengesteld op basis van de evenredige vertegenwoordiging in het parlement, boog zich vanmiddag over de zaak. Na een korte zitting, waarin Van Dijck werd gehoord, besliste de commissie unaniem dat de klacht ongegrond is. 

“De deontologische code van het Vlaams Parlement bepaalt welke vormen van dienstverlening aan de bevolking kunnen en welke niet”, schrijft Homans in een mededeling. In dit geval bleek er geen grond voor een overtreding te bestaan.