Betonstop bespaart miljarden

© LIEVE-R-ZUIVER, Belga

De betonstop, waarbij er vanaf 2040 geen open ruimte verloren mag gaan, is ondanks de schadevergoedingen miljarden goedkoper dan niets doen. Dat blijkt uit een nieuwe studie in opdracht van Vlaams minister Joke Schauvliege. Wim winckelmans

Wim winckelmans

Als gevolg van de betonstop zullen slecht gelegen bouwgronden vanaf 2040 een nieuwe bestemming moeten krijgen, bijvoorbeeld als landbouw- of natuurgebied. Iets waar al veel kritiek op is ge­rezen. Zo zouden de schadevergoedingen aan de gedupeerde eigenaars onbetaalbaar zijn, zeker omdat minister van ­Omgeving Joke Schauvliege (CD&V) de vergoedingen per dossier wil optrekken tot de volledige actuele waarde.

Van files tot onderhoud

Maar een nieuwe analyse in opdracht van Schauvliege wijst nu het omgekeerde uit. Het ­studiebureau Stec Groep be­rekende dat de komende twintig jaar niets doen aan de ruimtelijke ordening veel duurder is dan de ingrepen die de Vlaamse regering voorstelt, zelfs al moeten er schadevergoedingen worden betaald.

De files, de hoge energie­kosten, de CO2-uitstoot, de overstromingen, het gebrek aan groen en de hoge kosten voor de aanleg en het onderhoud van wegen en nutsleidingen leiden tot een buitensporige factuur van ruim 33 miljard euro, stelt Stec Groep. De ­scenario’s die in het beleidsplan Ruimte Vlaanderen zijn opgenomen om het ruimte­beslag ­onder controle te brengen, zijn 2 tot 12 miljard euro goedkoper.

Het meest positieve scenario is dat waarbij 90 procent van de slecht gelegen bouw­gronden, 20.000 hectare, de komende tien jaar wordt geschrapt en vergoed. Met de huidige regeling van plan­schade is dat 12 miljard euro goedkoper dan niets doen. Als de schadevergoeding wordt ­opgetrokken naar de volledige marktwaarde, is er nog altijd een positief effect van 4,1 miljard euro. Drie kwart van de kostprijs valt in dat scenario ten laste van de Vlaamse overheid.

Een regeling waarbij bouwrechten worden geruild – eigenaars behouden de grond, maar verkopen het recht om erop de bouwen, bijvoorbeeld aan een bouwpromotor die daarmee in beter gelegen gebied hoger mag bouwen – kan tot 9 miljard euro goedkoper zijn dan niets doen, waarbij overheid en particulieren elk on­geveer de helft van de factuur dragen.

Schauvliege: “Nu ingrijpen”

De uiteindelijke oplossing zal een combinatie moeten zijn van al die maatregelen. Hoe dan ook is de conclusie dat alle scenario’s goedkoper zijn dan business as usual. Hoe harder er wordt ingegrepen, des te ­lager de eindfactuur zal zijn. Schauvliege wijst erop dat er zelfs nog geen rekening is gehouden met allerlei begeleidende maatregelen die mensen ertoe aanzetten om op de juiste locaties te gaan wonen.

“Niets doen blijkt geen optie te zijn”, besluit ze. “Deze analyse toont aan dat het beleidsplan Ruimte Vlaanderen een positieve impact heeft op de factuur van voor­namelijk de toenemende files en het energieverbruik. Daarom moeten we nu ingrijpen.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen