Liefde is te duur voor mensen in armoede

© rr

Samenwonen moet makkelijker worden voor uitkeringsgerechtigden, zegt het Steunpunt Armoedebestrijding. Hun financieel verlies is nu te groot.

Lotte Alsteens

Samenwonen betekent kosten delen en lijkt dus gunstig voor de portemonnee. Maar niet voor wie van een leefloon of een werkloosheidsuitkering leeft. Een herziening van het systeem is een van de belangrijkste aanbevelingen in het tweejaarlijkse verslag van het Interfederaal Steunpunt Armoedebestrijding, dat focust op ‘burgerschap en armoede’.

Mensen met een uitkering die gaan samenwonen, verliezen een deel van hun inkomen. Het argument daarvoor van de sociale bijstand en sociale zekerheid is het schaalvoordeel: er moet maar een keer huur en een keer elektriciteit en water betaald worden. ‘Maar dat voordeel wordt zwaar overschat’, zegt Henk Van Hootegem van het Steunpunt. ‘De uitkeringen worden te sterk verlaagd, ver beneden een menswaardig inkomen.’ Zo houden twee leefloners samen evenveel over als wat ze vroeger elk apart kregen.

Ook een probleem voor jongeren

Het financieel verlies voor samenwonenden is een oud zeer, maar wordt des te prangender naarmate het aantal nieuw samengestelde gezinnen toeneemt, terwijl er op de woningmarkt een groeiend tekort aan betaalbare woningen is. Huurprijzen zijn te hoog en het aanbod sociale woningen te laag. Het Steunpunt vraagt daarom een nieuwe impactstudie, voor zowel de uitkerings­gerechtigden zelf als voor de samenleving.

‘Niet alleen koppels worden geremd, ook jongeren die samen willen huren om de kosten te drukken’, aldus Van Hootegem. ‘Ook solidariteit heeft te lijden onder de huidige regeling. Want je kunt als uitkeringsgerechtigde niet zomaar iemand in huis halen. Een alleenstaande ouder heeft een probleem als een kind meerderjarig wordt (want dan zijn ze “samenwonend”, red.) of als een kind dat geplaatst was, terugkeert. Enzovoort.’

Pleidooi voor menselijke waardigheid

‘In het huidige discours wordt de schuld voor armoede vaak bij de mensen zelf gelegd, maar structurele problemen worden te weinig in rekening gebracht. Het systeem moet geherevalueerd worden’, vindt Van Hootegem. ‘De controles op sociale uitkeringsfraude worden opgedreven en aan tegemoetkomingen hangen meer voorwaarden. Maar is de slinger niet aan het doorslaan? In de gesprekken met armoedeverenigingen komt vaak de term proportionaliteit terug. Veel mensen in armoede nemen niet al hun rechten op, daar moet veel meer aandacht naartoe gaan. De omvang van dat probleem zou wel eens groter kunnen zijn dan uitkeringsfraude.’

Het Steunpunt zegt niet tegen de controles te zijn, maar merkt op dat het privéleven van uitkeringsgerechtigden zwaar onder druk staat. Nog meer dan een pleidooi voor meer middelen, is het verslag een pleidooi voor meer menselijke waardigheid.