Direct naar artikelinhoud

Vandeurzen maakt 20 miljoen euro vrij voor kinderopvang

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) maakt 20,4 miljoen euro extra vrij voor de kinderopvang. Het geld gaat onder meer naar de creatie van nieuwe opvangplaatsen en naar het omschakelen van bestaande plaatsen naar een hogere trap in het subsidiesysteem. Een deel van het geld gaat ook naar de versterking van de flexibele kinderopvang.Beeld Photo News

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) maakt 20,4 miljoen euro extra vrij voor de kinderopvang. Het geld gaat onder meer naar de creatie van nieuwe opvangplaatsen en naar het omschakelen van bestaande plaatsen naar een hogere trap in het subsidiesysteem. Een deel van het geld gaat ook naar de versterking van de flexibele kinderopvang.

Het grootste deel van de bijkomende middelen, meer bepaald 11 miljoen euro, gaat naar 1.499 bijkomende plaatsen met inkomenstarief (trap 2). Het gaat daarbij zowel om nieuwe plaatsen als om bestaande plaatsen die kunnen omschakelen.
Daarnaast gaat er 2,5 miljoen euro naar 3.214 plaatsen groepsopvang zonder subsidie (trap 0) die een basissubsidie krijgen (trap 1). Daarvoor komen zowel bestaande als nieuwe plaatsen in aanmerking. Verder gaat er 170.000 euro naar 250 extra opvangplaatsen met een plussubsidie (trap 3).

Ook het aanbod van flexibele opvang wordt versterkt, zodat het voor ouders makkelijker wordt om opvang te vinden op atypische uren of om opvang te vinden als de instap dringend is, bijvoorbeeld omdat de ouder plots werk gevonden heeft. Hiervoor wordt 5,7 miljoen euro ingezet.

"Meer betaalbare en leefbare opvang"

Volgens minister Vandeurzen passen de investeringen in de ambitie om meer "betaalbare en leefbare kinderopvang" in Vlaanderen te creëren. De CD&V-minister wijst erop dat er sinds de start van het nieuwe kinderopvangdecreet 2.400 vergunde plaatsen zijn bijgekomen. "Dit brengt het totaal op ongeveer 95.000 vergunde plaatsen voor Vlaanderen en Brussel", klinkt het.

Verder is het aantal plaatsen zonder subsidies (trap 0) gedaald van 16 naar 11 procent, is het aantal plaatsen met een basissubsidie (trap 1) gestegen van 13 naar 15 procent en het aantal plaatsen met inkomenstarief (trap 2) van 72,7 naar 75 procent.