Banken willen overbodig personeel doorsturen naar sociale sector
De banksector wil personeel dat niet langer het gewenste profiel heeft, doorsturen naar de sociale sector. Het is een antwoord van bankenkoepel Febelfin op de vertrekregeling voor 55-plussers bij ING België.
Door de technologische evolutie telllen banken alsmaar meer werknemers die hun job dreigen te verliezen. Van de bijna 13.000 bankkantoren die er in het jaar 2000 waren, blijven er nu nog 5.900 over. Het aantal kantoren daalt jaarlijks met gemiddeld 4 procent. Bovendien bankiert meer dan 70 procent van de Belgen mobiel. "Voor een deel van de mensen die nu in de sector actief zijn, is er wellicht geen toekomst meer. Het is onze opdracht om voor die mensen een oplossing te zoeken", zegt Febelfin-topman Karel Van Eetvelt.
De banksector kijkt vooral naar de sociale sector, die door haar professionalisering alsmaar meer op zoek is naar financiële competenties. "We zijn in gesprek met de sociale sector om onder de vorm van een proefproject te kijken of er een goede match te vinden is", zegt Van Eetvelt. "Als we mensen die bij ons niet langer aan de slag kunnen blijven, door goede trajecten kunnen laten werken bij de sociale sector, kunnen we voor hen nog een mooie toekomst uitwerken."
Het feit dat de samenleving kritiek had op de vertrekregeling bij ING, maakt duidelijk dat er behoefte is aan collectieve oplossingen.
De onderhandelingen tussen de financiële sector en de sociale sector komen er na de kritiek op de vertrekregeling voor 55-plussers bij ING België. Die bank bood hen de mogelijkheid om -als ze dat willen- thuis te blijven met behoud van een groot deel van hun loon. "Het feit dat de samenleving kritiek had op deze regeling, maakt duidelijk dat er behoefte is aan collectieve oplossingen", zegt Van Eetvelt.