Direct naar artikelinhoud
Migratiecrisis

Deze Syriër zit al 128 dagen vast op een luchthaven: "Over zes maanden kan ik hier nooit meer weg"

De Syriër Hassan Al Kontar zit al vier maanden vast op de luchthaven van Kuala Lumpur.Beeld Twitter

"Ik ben bang dat ik hier voor altijd moet blijven." De Syriër Hassan Al Kontar (37) zit al 128 dagen vast op de luchthaven van Kuala Lumpur in Maleisië. Terugkeren naar Syrië kan hij niet, en Maleisië noch een ander land wil hem een visum geven.

"Ik heb nog zes maanden. Daarna vervalt mijn paspoort en kan ik deze luchthaven nooit meer verlaten", zegt een paniekerige Kontar in een telefoongesprek met deze krant. Hij zit al meer dan vier maanden vast in de transithal van de luchthaven van de Maleisische hoofdstad Kuala Lumpur. Daar resten hem twee opties: een visum krijgen om naar een ander land te vertrekken, of terugkeren naar Syrië. Daar vreest hij echter opgepakt te worden omdat hij in 2011, bij het uitbreken van de burgeroorlog, weigerde te beantwoorden aan de oproep om in het leger te gaan. "Ik wilde niet vechten, ik wilde werken en een leven opbouwen."

Sinds 7 maart dit jaar zit Kontar vast in de transitzone van de luchthaven, waar hij vooral snoep en kleine maaltijden van het luchthavenpersoneel eet. Waar hij het echter het moeilijkst mee heeft, is het lawaai in de luchthaven. "Het lawaai van de aankondigingen en de opstijgende vliegtuigen is een marteling. Ik dacht dat ik het gewoon zou worden, maar het blijft een hel. Ik zou, echt waar, nog liever in een gevangenis zitten dan hier."

'Het lawaai van de aankondigingen en de opstijgende vliegtuigen is een marteling. Ik dacht dat ik het gewoon zou worden, maar het blijft een hel'
Hassan Al Kontar

Kontar slaapt dan ook slecht, vaak slechts vier uur per nacht. "Ik slaap onder een trap op een matje dat passagiers me gaven, maar de lichten gaan nooit uit, waardoor ik geen oog dicht doe."

Kontar slaapt onder een trap in de transitzone van de luchthaven.Beeld Twitter

Humanitaire redenen

"Wat kan ik anders doen? Om ergens asiel aan te vragen moet ik eerst in dat land geraken, maar hier kan ik niet weg." Asiel krijgen in Maleisië, dat het vluchtelingenverdrag van de conventie van Genève niet ondertekend heeft, is ook geen optie. "Een land dat de conventie van Genève niet ondertekend heeft, is niet verplicht migranten een asielaanvraag te laten doen", zegt Stephan Parmentier, criminoloog en expert vreemdelingenrecht (KU Leuven). "Het enige waarop zo'n migrant kan hopen is een visum om humanitaire redenen, maar een alleenstaande jonge man maakt daar weinig kans op."

Al Kontar verliet Syrië in 2006 om in de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) als marketingmanager met een werkvisum aan de slag te gaan. In 2011, toen de Syrische burgeroorlog uitbrak, werd zijn visum echter ingetrokken en besloot hij onder te duiken. "Dat waren verschrikkelijke jaren. Ik moest voortdurend op de vlucht slaan. Elke dag wist ik dat ik gevat kon worden."

Zijn vrees werd werkelijkheid in december 2017, toen de autoriteiten hem oppakten. Die adviseerden hem te vertrekken naar Maleisië, een van de weinige landen die nog reisvisa verlenen aan Syriërs. "Ze 'adviseerden' me te vertrekken, maar eigenlijk was het een deportatie."

Dat was echter ook geen definitieve oplossing, want drie maanden later verliep het Maleisisch visum van de Syriër. Hij besloot daarop om opnieuw te vertrekken, deze keer richting Cambodja, dat ook nog visa verleent aan Syriërs. Ter plaatse liep het echter mis, en de Cambodjaanse autoriteiten stuurden hem terug naar Maleisië. "In Maleisië zagen ze me juridisch plots als een uitgeprocedeerde asielzoeker op de dool, en mocht ik het land niet meer in."

Hassan Al Kontar op de luchthaven van het Maleisische Kuala Lumpur.Beeld Twitter

Videodagboeken

"Ik zie dat mensen op Twitter (waar Kontar zijn verhaal doet in videodagboeken, BW) meeleven met mij. Dat geeft me hoop." Daar bleef het echter niet bij. Zo stellen Canadese vrijwilligers alles in het werk om de Syriër een Canadese verblijfsvergunning te geven. Het dossier belandde zelfs bij de Canadees minister voor Asiel en Migratie, Ahmed Hussen, die het naar eigen zeggen onderzoekt. "Canada is mijn enige hoop, het is het enige land dat me wil helpen", zegt Kontar.

Ook de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR nam contact op met Kontar, en opende een dossier. Een woordvoerder van het agentschap is echter karig met commentaar en verwijst naar een eerdere verklaring: "We hebben Kontar en de Maleisische autoriteiten gecontacteerd, maar reageren verder niet op de inhoud van het dossier." 

Twitter bericht wordt geladen...