De weemoed van een partijvoorzitter: is Crombez te eerlijk?

Zaterdag verscheen in De Morgen een interview met SP.A-voorzitter John Crombez. De titel was “2017 was een klotejaar, maar ik ben geen wegloper”. Eén dag eerder kreeg iedereen al een voorsmaakje op de website van de krant. Daar kopte DeMorgen.be: “Als het slecht zou gaan in de steden, stopt het voor mij”, waarbij de website van de krant concludeert dat de “SP.A-voorzitter zijn lot verbindt aan de verkiezingsuitslag van 14 oktober”.

analyse
Ivan De Vadder
Wetstraatwatcher voor VRT NWS. Maakt en presenteert ook het programma "De afspraak op vrijdag".

Dat is een conclusie die meteen door alle andere media werd overgenomen. Want Crombez heeft daarmee gedaan wat politici proberen te vermijden: hun lot op voorhand verbinden aan een verkiezingsresultaat.

Wat zegt John Crombez eigenlijk? In het interview staat er letterlijk:

“De ambitie is dat we kunnen blijven zorgen voor de steden waar we nu besturen. En liefst nog een paar meer. (…)"


Verbindt u uw lot als voorzitter aan de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen?


"Als het echt niet goed is, zal ik mijn conclusies wel trekken. Wees gerust, ik zal me niet vastklampen aan mijn stoel. Je kunt daar geen percentages op plakken. Maar als het echt slecht zou gaan in de steden, dan stopt het voor mij."

De voorzitter  van de SP.A is daarmee niet aan zijn proefstuk toe. Verleden jaar zei hij in De Standaard: “Ja, ik lig ’s nachts wakker. Ik wil absoluut de verkiezingen winnen. Maar ik weet niet of dat zal lukken, omdat het onvoorspelbaarder is dan ooit.” Ook toen kwam er kritiek. Dat de voorzitter te openlijk zijn twijfels naar buiten bracht, en moedeloos klonk. In het nieuwe interview zegt hij over dat oudere interview: “Natuurlijk moet je dan twijfelen aan jezelf. Stoppen? Neen. Ik ben geen wegloper.”

Tot twee maal toe dus dezelfde analyse: twijfels, een doelstelling en de vrees dat die doelstelling niet zal worden gehaald. Het nieuwe element is nu: “Als het echt slecht zou gaan in de steden, dan stopt het voor mij”. Daarmee heeft Crombez de uitdaging voor de SP.A bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 gedefinieerd. Bovendien heeft hij zijn lot aan dat resultaat gekoppeld. Maar op twee maanden van de verkiezingen is het woord “twijfelen” uit den boze. Geen enkele partij laat op dit moment zien dat er twijfel bestaat over het halen van de doelstellingen. Geen enkele partijvoorzitter zegt dat hardop.

Generatiewissel

Natuurlijk zijn de twijfels van Crombez terecht. De socialisten raakten de laatste jaren bekend als de behoorlijke bestuurders van de steden. De SP.A leverde de burgemeesters in grotere steden als Antwerpen, Gent, Hasselt, Leuven, Oostende, en sinds 2012 ook in Brugge. Maar de rol van de socialisten lijkt er stilaan uitgespeeld. In al die steden is er een wissel van de macht op til: in Antwerpen heeft die al in 2012 plaatsgevonden, terwijl in de andere steden er een generatiewissel binnen de SP.A wordt doorgevoerd. In Gent gaat Daniël Termont weg, in Leuven Louis Tobback, in Hasselt is Hilde Claes al in 2016 opzijgezet en in Oostende probeert de man achter de schermen, Vande Lanotte, voor het eerst zelf burgemeester te worden.

De kaarten liggen niet echt goed voor de SP.A in al die steden. In Antwerpen is door de breuk in het kartel Samen een kans op een herovering van de macht verloren gegaan, in Gent hebben de tegenstanders van het kartel SP.A/Groen door de kritiek op het circulatieplan en de affaires (Optima, Publipart,…) de wind in de zeilen, en zal het kartel wellicht zijn absolute meerderheid verliezen. In Leuven ligt door het vertrek van Louis Tobback alles open, en in Hasselt kan de SP.A alleen met een voorakkoord de meubelen redden, zonder nog de burgemeester te leveren evenwel.

De opvolgers zijn minder bekend en ook minder charismatisch

Bovendien zijn de opvolgers minder bekend en ook minder charismatisch. De SP.A-lijsttrekkers heten voortaan Rudy Coddens, Mohamed Ridouani, Marc Schepers en Jinnih Beels. Die namen hebben net iets minder weerklank dan hun voorgangers. Bij gemeenteraadsverkiezingen –waar meer dan bij nationale verkiezingen met voorkeurstemmen wordt gewerkt- kan dat al een verschil in stemmen betekenen. In Leuven bijvoorbeeld haalde Louis Tobback op zijn eentje de helft van alle stemmen voor de SP.A binnen. Hij behaalde iets minder stemmen (9.900) dan de volledige CD&V-lijst (10.780). Tobback blijft wel de lijst duwen, maar zal op die plaats wellicht minder stemmen binnenrijven dan als lijsttrekker.

Ten slotte lijkt het wel alsof de naam SP.A of “socialisten” ook voor de partijgenoten zelf eerder een vloek dan een zegen is geworden. Jinnih Beels is wel degelijk een socialiste, bezweert voorzitter Crombez ons in De Morgen, maar lid worden zal ze niet doen. In Brussel neemt de SP.A niet deel aan verkiezingen; Ans Persoons, die als schepen ontslag nam in de SamuSocial-affaire, komt op onder de naam Change.Brussels en ook in Oostende heet de lijst van Johan Vande Lanotte niet SP.A.

Context

Bovendien heeft de SP.A als oppositiepartij op het Vlaamse en het federale niveau ook niet de wind in de zeilen. Er was even een kleine opflakkering met het dossier van levensduurverlenging van de F-16’s, tot de geloofwaardigheid van de SP.A –en vooral van de voorzitter zelf die zich profileerde op de zaak- onderuit werd gehaald omdat hij zijn dossier ook gebaseerd had op enkele vervalste mails. Het nieuwe elan waarop de partij even kon teren werd meteen de pas afgesneden.

In het federaal parlement wordt de rol van oppositiepartij vaak overgenomen door Groen

De SP.A had eerder geprobeerd met een personeelswissel op de twee meest zichtbare plaatsen (de functie van fractieleider in de twee parlementen) haar oppositierol opnieuw glans te geven. John Crombez lanceerde Meyrem Kitir in het federale parlement, en Joris Vandenbroucke in het Vlaamse parlement. Voor een oppositiepartij is het fractieleiderschap de functie bij uitstek waar je je nog een plaats kan veroveren in de politiek. Dat deed Louis Tobback tegen de regeringen Martens, dat deden Dewael en Verhofstadt tegen de regeringen Dehaene, dat deed Yves Leterme en Pieter De Crem tegen de regeringen Verhofstadt. Maar in het federale parlement wordt de rol van oppositiepartij vaak overgenomen door Kristof Calvo van Groen of zelfs door “N-VA-luis in de pels”’ Hendrik Vuye van Vuye&Wouters. De belangrijkste oppositiefiguur van de SP.A is Dirk Van der Maelen, één van de mensen die heeft aangekondigd dat hij in 2019 stopt met de politiek

Omstreden cumulverbod

Intussen staan er weinig nieuwe mensen klaar om die fakkel over te nemen. Crombez wil nieuwe mensen het parlement binnenloodsen door op te leggen dat ze een plaats krijgen aan de top van elke lijst, en een “cumulverbod” in te voeren waardoor je als socialist verplicht wordt te kiezen tussen een lokaal mandaat of een mandaat als parlementslid. Zowel Renaat Landuyt,  de burgemeester van Brugge, als de burgemeester van Vilvoorde, Hans Bonte, hebben nu al te kennen gegeven dat ze bij een nederlaag bij de gemeenteraadsverkiezingen uit de politiek stappen. Wie vertrekt is duidelijk, de nieuwe talenten moeten zich nog bewijzen.

En dan is er nog de internationale context: ook daaraan kan Crombez zich niet optrekken. In Frankrijk past François Hollande voor een tweede mandaat en worden de socialisten bij de verkiezingen weggevaagd. De Nederlandse PvdA verliest drie vierde van haar zetels. In Duitsland verliest Schulz de verkiezingen, en in Groot-Brittannië moest Jeremy Corbyn het onderspit delven tegen de minst populaire premier ooit.

Gitarist zijn in een grote rockband

De kaarten liggen dus niet goed voor de SP.A, en het siert John Crombez dat hij zijn twijfels uit. Maar de vraag is of dat de taak is van een partijvoorzitter op nauwelijks twee maanden van de verkiezingen. Verwachten de militanten niet van hun voorzitter dat hij hen moed inspreekt zodat ze ondanks de slechte verwachtingen toch met enthousiasme de campagne instappen? Want makkelijk kan het niet zijn: de strijd aangaan terwijl je weet dat de kansen klein zijn dat je hem wint.

Mocht Crombez opstappen, staat er niet echt een nieuwe voorzitter klaar

Het bijkomende probleem is dat, mocht Crombez opstappen, er voor de Vlaamse socialisten niet echt een nieuwe voorzitter klaarstaat. De voorzitter vervangen als onderdeel van een louteringsproces na een eventuele verkiezingsnederlaag biedt dus ook weinig perspectieven. Vooral omdat op nauwelijks zes maanden na die gemeenteraadsverkiezingen de federale, Vlaamse en Europese verkiezingen wachten. There is no alternative.

In De Morgen geeft Crombez ook toe dat hij “ook liever gitarist zou zijn in een grote rockband.” (Gelukkig voor zijn partij voegt hij eraan toe dat hij “ook erg graag doet wat hij nu doet.") Een politicus kan soms ook te eerlijk zijn.

Meest gelezen