Direct naar artikelinhoud
Gamen

Wordt gamen straks een olympische sport?

De PUBG Global Invitational 2018, het eerste officiële esportsrtornooi voor het computergame 'PlayerUnknown's Battlegrounds' in Berlijn in juli jongstleden.Beeld REUTERS

Terwijl de esports stilaan stappen zetten richting olympische erkenning, lijkt Vlaanderen zich geen raad te weten met het fenomeen van het competitief gamen. Beleid en visie zijn er niet, alleen de vraag: is het nu sport of entertainment?

Van de Aziatische Spelen die afgelopen weekend van start gingen in de Indonesische hoofdstad Jakarta ligt u wellicht niet wakker, en toch zijn ze het vermelden waard. Voor het eerst zal esports, de koepelterm voor het spelen van videogames op competitief niveau, op een groot sportevenement een demonstratieplatform krijgen. Over vier jaar, in 2022, zal esports er zelfs als volwaardige medaillesport gelden.

Gamers zullen het in Jakarta tegen elkaar opnemen in verschillende videospellen, zoals League of Legends, Pro Evolution Soccer en Clash Royale. De beste teams/spelers krijgen een medaille. Niet zo verschillend als bij 'echte' sporten, denkt u? Wel, daar ligt net het eerste perceptieprobleem: is esports wel onder de noemer sport te vatten?

'Er is op dit moment geen enkel neutraal orgaan dat een zekere omkadering biedt aan spelers en teams'
Freek Borghgraef, esportsplatform Kayzr

Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) lijkt alvast te zullen zwichten voor de boomende esportsbusiness. Vorige maand werd in Lausanne een eSports Forum georganiseerd, en enkele prominente figuren van de organisatie lieten zich uit over een mogelijke opname in de Olympische Spelen van 2024 (Parijs) of 2028 (Los Angeles). Logisch ook: met een industrie die in 2018 volgens een marktanalysebureau 790 miljoen euro zal bedragen, en een (jong) kijkerspubliek dat globaal gezien de Amerikaanse Superbowl overtreft, is het moeilijk neen zeggen.

Koen Naert-scenario

"Bijna iedereen die jonger is dan dertig neemt weleens deel aan esports", is Freek Borghgraef van Kayzr, een esportsplatform in de Benelux, overtuigd van het enorme potentieel in ons land. 

De signalen zijn er dan ook naar. Volgens PayPal-onderzoek zal de Belgische esportswereld in 2018 een marktwaarde van 2,8 miljoen euro hebben, en dat is een grote speler als Proximus niet ontgaan. Met een eigen esportszender en onder andere een FIFA-competitie die vanaf november parallel loopt met de Jupiler Pro League lijkt de mainstream binnen handbereik.

Maar terwijl zowel de commerciële spelers – zoals Proximus en KBC – als de gamers – België heeft een aantal getalenteerde spelers – aanwezig zijn op het feestje, is er voorlopig één grote afwezige: het beleid. "Er is op dit moment geen enkel neutraal orgaan dat een zekere omkadering biedt aan spelers of teams", zegt Borghgraef. Een internationaal hiaat, dat zeker, maar Vlaanderen geldt als een ontwikkelingsland.

Moeten we op termijn vrezen voor een Koen Naert-scenario: een Belgische e-sporter die op het olympische toneel meestrijdt met de besten, maar daarvoor geen ondersteuning kreeg van eigen bodem? Het voorbeeld van Stefano Pinna zegt veel: sinds kort is hij vicewereldkampioen FIFA, maar hij is in loondienst bij PSV Eindhoven.

'Voor een Vlaams sportbeleid is het belangrijk dat er een bijdrage is aan een gezonde levensstijl'
Kris De Coorde, beleidsmedewerker Sport Vlaanderen

"Ik zeg niet dat er kwaad opzet in het spel is, het is eerder een soort blinde vlek", denkt Borghgraef. Hij vermoedt dat de Belgische beleidsmakers niet aanvoelen wat er speelt in de esportswereld. De blinde vlek is in dat opzicht vrij letterlijk te nemen: competitief gamen gebeurt niet in de traditionele sporthal, en al zeker niet door de beleidsmakers zelf.

Toch beweegt er wat, klinkt het bij Sport Vlaanderen. Zo bereiden enkele stakeholders, waaronder het gamingbedrijf 4entertainment, de oprichting voor van een Vlaamse en een Waalse federatie. "Maar voor een Vlaams sportbeleid is het belangrijk dat er een bijdrage is aan een gezonde levensstijl", weet Kris De Coorde, beleidsmedewerker innovatie.

Het grote probleem lijkt vooral de bevoegdheid. Volgens het kabinet van sportminister Philippe Muyters (N-VA) is "het fysieke element niet sterk genoeg aanwezig", waardoor esports onder de bevoegdheid van het domein 'media' van Sven Gatz (Open Vld) vallen.

Dromen van een gamingcarrière

Eerder dan zelf initiatief te nemen, kijkt het beleid vooral uit naar beslissingen van Europa of het IOC. Maar de nood aan omkadering is er nu al, voor zowel bestaande als ambiërende pro-gamers, denkt Borghgraef. "Ik krijg steeds vaker de vraag van ouders: 'Mijn kind is goed in gamen, waar kun je terecht voor een gezonde omkadering?'"

Antwoord: in het Nederlandse Alkmaar of Enschede, waar al teams bestaan die jongeren trainen. "Er zijn veel tieners die dromen van een gamingcarrière, dat staat bijna op hetzelfde schavotje als topvoetballer", zegt Jim Lehmann van ECV eSports in Alkmaar. 

'Ik krijg steeds vaker de vraag van ouders: 'Mijn kind is goed in gamen, waar kun je terecht voor een gezonde omkadering?''
Freek Borghgraef

Daar leren ze dat fysieke oefeningen heel belangrijk zijn voor hand- en oogreflexen. "En naast de technische vaardigheden zijn ook voeding, sociale omgang en fairplay van belang." Nogmaals: net zoals bij de 'echte' sporten.