Waarom N-VA en Brusselse socialisten hun oude tegenstelling weer oppoken met het Noordstation

Als hij overdag in het station parkeert, heeft hij er weinig last van. Maar ’s avonds, vanaf een uur of tien, valt de sociale controle weg. Dan zijn ze plots met veel meer, komen ze aandringen voor sigaretten en blijft hij liefst zo lang mogelijk met de deuren gesloten op zijn bus. “Uiteindelijk ben ik helemaal alleen, terwijl zij altijd met veel meer zijn”, zegt een chauffeur van De Lijn anoniem.

Sinds hij vier jaar geleden op deze route naar het Noordstation begon te rijden, zag hij de overlast erger worden. Ook andere chauffeurs klagen over een gebrek aan veiligheid en hygiëne. “Een paar maanden geleden hebben we met zijn allen tegen de directie gezegd dat het gedaan moest zijn. Anders zouden we hier niet meer binnenrijden.”

De urinegeur aan de perrons en de slaapzakken van transitmigranten die hier schuilen voor de eerste winterprik zijn niet het enige waar mensen zich aan storen. “Het is vooral een gebrek aan veiligheid”, zegt Chantal, een gepensioneerde dame uit Middelkerke die hier regelmatig de bus neemt. “Ik kom hier enkel nog tijdens de week, wanneer er genoeg mensen zijn. Tijdens het weekend is het verlaten.”

Door de stijging van het aantal klachten trekt nu ook Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) aan de alarmbel. Maar veel kan hij niet doen, klinkt het. Door het feit dat de Brusselse regering een bouwvergunning laat aanslepen, kan De Lijn volgens hem geen veiligere busterminal buiten het station bouwen.

Brief

Daarmee trapt hij de bal in het kamp van Brussels minister van Mobiliteit Pascal Smet (sp.a) en Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS). Zij krijgen eerstdaags een brief van Weyts in de bus. Met een waarschuwing: als ze niet snel ingrijpen, zal De Lijn binnenkort geen reizigers meer oppikken in het station.

Maar de Brusselse socialisten schieten de bal terug naar de N-VA. De partij is zelf verantwoordelijk voor de problemen, klinkt het. “Minister Jan Jambon is bevoegd voor de spoorwegpolitie die in het station patrouilleert”, zegt een Brusselse sp.a’er. “Bovendien beslist staatssecretaris Theo Francken (N-VA) wat er met die transitmigranten gebeurt.”

Daarmee lijkt deze discussie op die over het Maximiliaanpark, dat iets verderop ligt en waar heel wat transitmigranten verblijven. De verwijten daarover vliegen al een jaar over en weer. Volgens PS-burgemeester Philippe Close laat de N-VA vanuit de federale regering de boel verrotten. Migranten zouden zelfs vanuit Vlaanderen in Brussel worden gedropt. Maar volgens de N-VA pampert de PS net bewust de migranten om aan te tonen dat de N-VA de situatie niet aankan.

Oude tegenstelling

De vergelijking tussen het Maximiliaanpark en Brussel-Noord is niet onlogisch. Veel transitmigranten uit het park duiken nu op in het station. Maar het komt de N-VA en de socialisten ook niet slecht uit om de oude tegenstelling net nu, zes maanden voor de verkiezingen, weer op te poken. Dat zegt politicoloog Dave Sinardet (VUB). “De N-VA hoopt in Brussel goed te scoren, al waren de resultaten bij de gemeenteraadsverkiezingen niet echt hoopgevend. Als ze erin slaagt een meerderheid te halen in de Nederlandse taalgroep, dan is ze incontournable in de Brusselse regeringsvorming.”

Om voet aan grond te krijgen, moet de N-VA nog een tandje bijsteken. Vandaar de verwijten aan de PS en de sp.a dat ze te laks zijn. “De N-VA profileert zich als de partij die de omslag kan realiseren”, zegt Sinardet. Tegelijk benadrukt hij dat ook de socialisten baat hebben bij dit frame. “Via de N-VA kunnen ze de MR treffen. Bovendien kunnen ze zich opwerpen als de reddingsboei tegen de N-VA. Dat is in 2014 gelukt.”

Het lijkt er dus op dat beide partijen er de komende maanden alles aan zullen doen om de kiesstrijd te herleiden tot een duel tussen het N-VA-model en het PS-model. Sinardet: “Die tweestrijd komt hen allebei goed uit.”