Direct naar artikelinhoud
Libisch geld

Reynders in 2011: “We gaan na of Libisch geld gebruikt kan worden om Belgische bedrijven te vergoeden”

Didier Reynders.Beeld Photo News

Buitenlandminister Didier Reynders (MR) zette zich in voor verschillende Belgische bedrijven die nog geld tegoed hadden in Libië. Maar waarom deed hij dat niet voor de vzw van prins Laurent, vraagt diens advocaat zich af.

Reynders schreef in de zomer van 2012 een brief aan zijn Libische collega. Daarin roept hij op om de openstaande facturen van Belgische bedrijven in het Noord-Afrikaanse land te betalen. Hij voegde er ook een lijst bij van firma's die nog geld tegoed hadden. Daarbij onder meer wapenfabrikant FN Herstal en CK Technology, dat schietbanen inricht.

Opvallend: de vzw van prins Laurent staat er niet bij. De prins moest nog geld krijgen voor een spaak gelopen ecologisch project. Zijn advocaat reageert ontstemd. "Dit is net de demarche die we van de regering verwachtten voor de prins", zegt advocaat Laurent Arnouts.

Verdwenen centen

Op 18 januari dit jaar kreeg die nog een mail van een medewerker van de premier. Daarin werd gesteld dat hij niet op de hoogte was van enige actie van de regering om Belgische bedrijven te helpen. De brief bewijst het tegendeel. "We worden voor de gek gehouden", zegt Arnouts.

Intussen duiken er ook aanwijzingen op dat Reynders mogelijk geprobeerd zou hebben bevroren Libische tegoeden aan te wenden om de Belgische facturen aan te zuiveren. Het regime parkeerde 14 miljard euro op Belgische bedrijven, maar die werden in 2011 geblokkeerd door de VN. De interesten werden vanaf 2012 vrijgegeven, maar niemand weet waar de centen naartoe zijn.

In de brief uit 2012 vermeldt Reynders een mogelijkheid om de Libische tegoeden vrij te maken - voor humanitaire doeleinden. Hij maakt niet de link om het geld te gebruiken voor de Belgische bedrijven. Maar Libië interpreteert het wel op die manier, blijkt uit het antwoord van Libische buitenlandminister, dat de VRT te pakken kreeg. Libië weigerde het aanbod.

Meer nog: toenmalig financiënminister Reynders maakte in 2011 zelf expliciet de link, in een artikel van 7 september. Op de vraag van La Libre wat er met het bevroren Libische geld moest gebeuren, zei hij: "Wat we de afgelopen tijd vooral hebben gedaan, is nagaan wat er vrijgegeven kan worden door de Belgische schatkist om de Belgische bedrijven te vergoeden."

Gisteren werd in het parlement beslist om volgende maand alle ministers van Financiën sinds 2011 te ondervragen. Ook Reynders en CD&V’er Steven Vanackere moeten  langkomen dus.

“Eindelijk kunnen we hen aan de tand voelen”, zegt sp.a-Kamerlid Dirk Van der Maelen. “Ik ben gebrand om te weten of we in België echt ministers hebben die VN-resoluties en Belgische wetten hebben overtreden waardoor mogelijk miljarden zijn kunnen terechtkomen bij Libische milities en terroristen.”