Direct naar artikelinhoud

Een Deflo vol suspense, romance & ironie

In Prooi speelt Deflo een spelletje met de lezer. Mendes schrijft een stukje recente Belgische criminele geschiedenis met Scherprechter. En in Erewoord van Pieter Aspe gaat het over nicotine. Nieuwe Vlaamse misdaad van drie rotten in het vak.

“Je reist niet rond met het lijk van de eigenaar van de auto in de kofferbak. Niet ongestraft althans. Niet in België. Zelfs niet in Bruxelles Capitale.” Het is een ironische vaststelling uit Prooi, iets wat je tien jaar geleden in de thrillers van Deflo niet had kunnen vinden. Hij focuste toen in alle ernst op psychopathische personages die de meest gruwelijke dingen deden. Wellicht ongewild speelde hij in op wat toen trendy bleek te zijn. Thomas Harris had de wereld veroverd met The Silence of the Lambs, Mo Hayder deed ons griezelen met Birdman (1999). De expliciete gruwel in Naakte zielen, Deflo’s debuut dat in datzelfde jaar verscheen, was uiteindelijk maar klein bier vergeleken met de horror van bijvoorbeeld Bret Easton Ellis’ American Psycho. Bij Deflo werden hoogstens een paar ogen uitgelepeld. Beetje bij beetje raakten huivering en bloed op de achtergrond, ook al in de politieserie rond de speurders Bosmans en Deleu, later in de reeks Cel 5, waarin het vooral draaide rond vermoorde kinderen. Meer en meer ging Deflo zich toespitsen op menselijke relaties en zich vooral inleven in zijn vrouwelijke protagonisten.

Met Spoor gaat hij nog een stap verder. Zijn jongste thriller werd een huis-, tuin- en keukenthriller met suspense, ironie, groteske en romance. Als een gangster Reetkevers heet, is al veel duidelijk.

Centrale figuur is Inge Gerets, een getrouwde jonge moeder in een gezin van tweeverdieners. Op een avond wordt ze in een verlaten Brussels metrostation lastiggevallen door twee allochtonen van Marokkaanse origine die haar trachten te beroven. Reddende engel is een galante man. Hij blijkt beursmakelaar Alex Dens te zijn. De twee gaan nog even napraten in de bar van een restaurant. Alex en Inge voelen zich aangetrokken tot elkaar en beginnen een verhouding, die beiden geheimhouden. Al snel blijkt dat de twee allochtonen het stel lastig blijven vallen. Ze chanteren Inge en dreigen ermee haar man over haar relatie in te lichten. Als lezer vermoedde je het al: Alex is niet de man die hij beweert te zijn. De naïeve Inge trapte in een gevaarlijke val. Haar job komt in gevaar, haar wat sullige man krijgt vermoedens. De politie bij de zaak betrekken is geen optie, Inge heeft al te veel leugens verteld. Redding zou kunnen komen van een collega op het werk, maar uiteindelijk komt ze van een wat ruwe flik die belast is met een moordonderzoek.

Prooi begint realistisch en spannend. En dan merk je dat Deflo met de lezer, zijn personages en zichzelf een spelletje speelt. Een goed geschreven spelletje met een overtuigende intrige en soms waanzinnige subplots die een eigen logica volgen. Je moet het allemaal niet al te serieus nemen, lijkt de boodschap van Deflo. Zo laat hij ons bijvoorbeeld in de boekenkast van Reetkevers kijken en daarin staan naast de bijbel en Dan Brown ook nog thrillers van... Deflo. Helemaal grotesk wordt het einde, als de ietwat lompe maar hartveroverende flik de zaak in handen neemt en er een einde komt aan het mooi gecomponeerde spelletje. Slaat Deflo een nieuwe richting in?

Complexe 27ste aflevering van Aspe

Net geen driehonderd bladzijden, zestien of zeventien hoofdstukken, elk hoofdstuk iets minder dan twintig pagina’s. Vanaf de eerste alinea liefst een lijk. Ook de jongste Aspe, Erewoord, heeft deze confectiematen. En in dat pak, heel harmonisch vervaardigd, zit een stevige voering. In de eerste plaats tracht commissaris Pieter Van In te stoppen met roken. Dat zal iedereen in zijn omgeving weten en voelen. Ook de lezer. Maar daarnaast is deze zevenentwintigste aflevering van het feuilleton natuurlijk ook een moordverhaal. Het lijk is dit keer dat van de jonge Céline, die vergiftigd werd met het extract van de venijnboom, de taxus baccata. Tot het einde toe weet je niet wie het gedaan heeft, ook niet waarom. Maar dat wil niet zeggen dat Erewoord meteen de spannendste thriller is die Pieter Aspe ooit heeft geschreven. Daarvoor zitten er te veel subplots in dit complexe verhaal. Candries senior is zowat het gruwelijkste en degoutantste personage dat we in de Van Inserie ontmoet hebben. Hij heeft zijn groothandel in bloemen en planten overgelaten aan zoon Werner, maar bemoeit zich nog steeds met de zaak. Bovendien heeft hij de jongen een verschrikkelijke jeugd bezorgd met de grootst denkbare vernederingen. Werner had een verhouding met Céline en wordt de eerste verdachte. Maar Werner wordt zelf het slachtoffer van een Kosovaar die zich specialiseerde in het verbrijzelen van knieën. Heeft het allemaal te maken met een grootscheepse illegale handel in sigaretten? Aspe slaagt erin om alle verhaallijnen bij elkaar te brengen, maar niet zonder moeite. Of Van In nu echt van zijn nicotineverslaving af raakt? Als de rook om je hoofd is verdwenen, lees dan Italo Svevo’s De bekentenissen van Zeno.

Actuele faction thriller van Bob Mendes

Als bron van informatie is Scherprechter van Bob Mendes onmisbaar. Voor de vuist weg en zeker niet compleet, een lijstje van wat zo allemaal aan bod komt in zijn jongste thriller: de zaak-Dutroux, de bende van Nijvel, Fortisgate, het tekort aan gevangeniscellen, de geschiedenis van het luxebordeel Yab Yum... Tussendoor ook nog de kwaliteiten van de Yamaha Majesty (“dient niet om mee te crossen (...) de voorvering hield zich nog kranig, maar de regelbare vering van de achterwielen ging zodanig in de fout dat de treeplank telkens tegen de bodem beukte”), de charme van een Triumph Spitfire, adressen van leuke restaurants... Niet niks voor een misdaadroman van niet veel meer dan tweehonderd bladzijden. Sam(uela) Keizer is de vrouw die Scherprechter draaiende houdt. We kennen haar uit een paar verhalen van Bob Mendes. Ze is een Joodse privédetective die zelfstandig werkt en in de Joodse buurt bij het Antwerpse Centraal Station woont. Nu en dan doet ze ook klussen voor een ander bureau dat nauwe banden heeft met de CIA. Handig als je aan vertrouwelijke informatie moet komen. Als pure vriendendienst tracht ze te achterhalen wie rechter Smits bestookt met dreigtelefoontjes. Wraak van iemand die vindt dat hij onrechtvaardig veroordeeld is? Naijver van collega’s die ook wel voorzitter van de Hoge Raad voor Justitie willen worden?

Uiteindelijk gaat het om een wrange familiegeschiedenis, waarin ook nog een zielige, ziekelijke vrouwenversierder een belangrijke rol speelt. Er wordt dus nu en dan eens “van de (sic) bil gegaan”. Het teveel aan details in Scherprechter wordt gecompenseerd door een groot tekort aan echte karakters. Maar je kunt wel genieten van heerlijke bedenkingen zoals deze over Lange Wapper: “Deze unieke kans om de mobiliteitsproblematiek in het Antwerpse snel op te lossen was jammer genoeg verkeken door de tegenwerking van een intelligente Nederbelg met een geheime agenda en met de onverdroten inzet van Doel- en Ademloze actiegroepen, die ongetwijfeld terecht iedere verdenking afwezen dat ze een aandeel zouden krijgen in de meerwinst die er bij een ondergrondse verbinding voor de tunnelbouwers in zou zitten.” Meteen de prijs voor de langste zin in een Vlaamse thriller?

Vlaamse spanning