Direct naar artikelinhoud

Na de 18de komt de 19de 'beslissende top'

Directeur Lagarde van het IMF geeft de euro nog 3 maanden. De Italiaanse premier Monti waarschuwt dat de geldmarkten zijn land en Spanje zullen verslinden. En Duits bondskanselier Merkel zegt dat als de euro valt, de EU mee verdwijnt. Aan motivatie geen gebrek als de regeringsleiders vanavond voor de achttiende keer in twee jaar tijd bijeenkomen om de euro te redden.

Zo indringend als de noodkreten zijn, zo ver gaan de voorstellen die geventileerd worden. Het IMF en Monti stoppen nog net vóór een Verenigde Staten van Europa, de Duitse minister van Financiën Schäuble zit daar al middenin met zijn ideeën over de Europese Commissie als EU-regering en een Europees ministerie van Financiën.

Zoals bij al die andere 'cruciale toppen', anticiperen ook nu de financiële markten op de uitkomst van het treffen van premier Di Rupo en zijn collega's. De verwachting regeert in Europa. En omdat die vaak onrealistisch hoog gespannen is, volgt de onvermijdelijke teleurstelling (euro omlaag, beurskoersen omlaag) en is de basis gelegd voor de negentiende 'beslissende top'.

Brusselse macht

Wat vanavond op tafel ligt, is niet mis. Voor eerst sinds jaren heeft de EU-directie (EU-president Van Rompuy, voorzitter Barroso van de Europese Commissie, ECB-president Draghi, Eurogroepvoorzitter Juncker) een blauwdruk neergelegd voor de eurozone in 2020. Blauw, de kleur van de EU, is de toekomstvisie zeker: ze schetst de weg naar een Verenigde Staten van Europa.

De eurozone is straks (als het aan de Bende van Vier - Merkel, Hollande, Monti en Rajoy - ligt) een begrotingsunie, waarin de lidstaten niet méér mogen uitgeven dan wat in Brussel is afgesproken en schulden gezamenlijk gefinancierd worden. De eurozone is ook een bankunie, met de ECB als machtige toezichthouder en met Europees gegarandeerde spaartegoeden. En de eurozone wordt een politieke unie met het Europees Parlement en de nationale parlementen als controleurs van de toegenomen Brusselse macht.

De vraag is wat Di Rupo en zijn collega-leiders met deze vergaande plannen doen. De voorgaande eurotoppen in ogenschouw nemend is het niet onwaarschijnlijk dat ze stranden op verdeeldheid tussen de lidstaten. Vanwege de grote en tegenstrijdige belangen (economisch én electoraal), eindigt de top in halve besluiten die iedere leider vervolgens thuis naar believen kan invullen. Dan komt de eurozone wederom "een dag te laat en een euro te kort" om de crisis op te lossen, zoals Wereldbanktopman Zoellick onlangs sarcastisch opmerkte.

Niettemin is het ook mogelijk dat de leiders dit keer wel doortastend optreden. De steeds verder uitdijende crisis - de derde (Italië) en vierde (Spanje) economie van de eurozone zitten in zwaar weer - duwt hen het pad op dat Van Rompuy heeft uitgestippeld. In dat geval worden zijn plannen als richtinggevend geaccepteerd en vallen besluiten erover in december, als ze zijn uitgewerkt. De leiders geven daarmee aan dat de euro en de bijkomende Europese integratie onomkeerbaar zijn, een boodschap waar de financiële markten met smart op wachten.

Bijkomend voordeel van deze laatste keuze is dat het ECB-president Draghi een goed argument geeft om Madrid en Rome op korte termijn te hulp te schieten. Draghi heeft steeds gezegd dat de ECB zal interveniëren als de leiders hun onvoorwaardelijke vertrouwen in de euro tonen.

EU-president Van Rompuy vergeleek de 27 EU-landen afgelopen jaar graag met een konvooi schepen. Op het eerste gezicht soeverein opstomend, maar onder water hecht met elkaar verbonden door talloze wetten en afspraken.

Een mooi beeld, maar inmiddels is duidelijk dat er meer aan de hand is onder de waterlijn. Eén schip (Griekenland) is zinkende, andere (Spanje, Italië) moeten met man en macht hozen om slagzij te voorkomen, en het flottielje als geheel ontbeert eenheid, snelheid en koers.

Om in de metafoor van Van Rompuy te blijven: vannacht wordt duidelijk of de 27 schippers een nieuwe richting uitstippelen dan wel stuurloos blijven ronddobberen, een dankbare prooi voor iedere storm.