Direct naar artikelinhoud

Huisartsen moeten vooral leren praten

Brussel

Belga

Belgische huisartsen hebben veel meer aandacht voor psychosociale problemen van patiënten dan pakweg vijftig jaar geleden. Alleen weet de huisarts niet altijd goed hoe om te gaan met problemen als angst, stress of depressie. Dat blijkt uit het doctoraat dat Myriam Deveugele gisteren aan de Universiteit Gent verdedigde.

De studie werd uitgevoerd in zes Europese landen. Daarvoor werden bijna 3.700 consultaties van zowat 190 huisartsen op video opgenomen. Blijkt dat artsen in België en Zwitserland gemiddeld meer tijd besteden aan een consultatie (15 minuten) dan in Nederland en Groot-Brittannië (10 minuten) of Spanje en Duitsland (7 minuten). "Maar dat zegt niets over de kwaliteit van het gesprek", aldus doctorandus Deveugele.

Ook merkt ze op dat in vergelijking met vijftig jaar geleden de Belgische huisarts meer oog heeft gekregen voor de patiënt, terwijl hij vroeger "alleen maar de ziekte zag en niet de persoon".

"Het overleg met die patiënt is evenwel nog niet optimaal. De arts houdt nog te weinig rekening met de emotionele noden van de patiënt en uit te weinig zijn bezorgdheid. Hij stelt de patiënt zelden gerust. Terwijl affectief gedrag toch zeer belangrijk is voor een goede therapie en in de communicatie tussen arts en patiënt", zegt Deveugele. "Te vaak worden psychosociale problemen, zoals angst en depressie, opgevangen met medicatie. Medicatie is bij bepaalde klachten aangewezen, maar praten helpt ook. En dan niet alleen vragen stellen, zoals nu meestal gebeurt, maar vooral probleemoplossend praten."

Deveugele ziet een belangrijke taak weggelegd voor het onderwijs. "Vandaag krijgen huisartsen aan alle Vlaamse universiteiten wel al training in communicatieve vaardigheden, maar nog te weinig", vindt de onderzoekster. "De basisvaardigheden krijgen ze mee, maar hoe om te gaan met specifieke gevallen, zoals zeer angstige patiënten, leren ze te weinig. Met als gevolg dat ze vaak sociaal 'gehandicapt' blijven. Huisartsen voelen zich meestal wel betrokken bij de patiënt, maar kunnen dat nog niet goed uiten."

Belgische artsen weten niet altijd om te gaan met patiënten met angst, stress of depressie