Direct naar artikelinhoud

Tragisch einde van een volksheld

‘Nog is Polen niet verloren.’ Dat ene zinnetje uit de Poolse nationale hymne vat het leed van vele eeuwen samen. Verloren zal Polen ook niet zijn door het plotse en tragische verlies van zijn staatshoofd, maar verslagenheid is er overal. Lech Kaczynski (60), die samen met zijn broer Jaroslaw tijdelijk de Poolse politiek beheerste, was een kleine volksheld die zijn sporen in de anticommunistische strijd verdiende, maar die ook in eigen land niet helemaal onomstreden was.

President Lech Kaczynski zal vooral in de herinnering blijven als een omstreden, conservatieve dwarsligger

De broers Kaczynski vormden zowat de speerpunt van het conservatieve Polen, en werkten zich op verschillende manieren in de kijker. Als president had Lech Kaczynski het regelmatig aan de stok met de Europese Unie, waarvan hij naar eigen zeggen tegen zijn zin lid was. De streng katholieke Kaczynski werd vooral bekend om de dingen waar hij tegen was en lag met zowat alle toppolitici van zijn land overhoop.

Lech Aleksander Kaczynski werd op 18 juni in Warschau geboren en studeerde rechten. Bijna vijf jaar geleden werd hij tot Pools staatshoofd verkozen, na een bitse strijd met de huidige premier Donald Tusk. Hij was van jongs af een combattieve anticommunist en werd in 1980, tijdens de grote arbeidersbeweging die uiteindelijk de val van het communisme zou inluiden, een topadviseur van de vrije vakbondSolidarnosc. Een groot deel van zijn politieke leven legde hij samen met zijn broer Jaroslaw af. Beiden waren boegbeelden van de huidige conservatieve oppositiepartij Recht en Rechtvaardigheid (PiS).

In zijn Solidarnosc-periode liep hij zelfs een gevangenisstraf op wegens ‘antisocialistische activiteiten’, zoals dat in de Oost-Europese communistische staten destijds heette. Hij brak kort daarop met de legendarische vakbondsleider Lech Walesa, die het later zelf tot Pools staatshoofd bracht en die de broers Kaczynski het liefst voor de rechtbank hadden willen zien verschijnen. Naar aanleiding van Kaczynski’s tragische dood zei Walesa gisteren: “De Sovjets hebben 70 jaar geleden in Katyn de Poolse elite vermoord, nu is de Poolse elite een tweede keer gestorven terwijl ze hulde wilde brengen aan de Polen die in Katyn werden vermoord.” Walesa verwees niet naar oude ruzies en meningsverschillen.

Lech Kaczynski ging in de politiek en werd in 1988 lid van de Sejm, het parlement in Warschau. Twee jaar later werd hij minister van Justitie en nog eens twee jaar later schopte hij het tot burgemeester van Warschau. In die functie trok hij even de wereldaandacht door tot twee keer toe de Gay Pride, een optocht van homofielen, in de hoofdstad te verbieden. Kaczynski was combattief tegen homofilie, dat hij als “tegen de natuur” bestempelde.

Het was overigens niet het enige waar de conservatieve politicus tegen was. Abortus, euthanasie en echtscheiding vonden ook geen genade in zijn ogen. Hij was ook een pleitbezorger van de herinvoering van de doodstraf, wat in de Europese Unie eigenlijk niet kan. Maar ook op de Unie had hij het niet begrepen, en zeker niet op de euro als munt. Tot het laatste moment hield hij het Verdrag van Lissabon tegen; hij zette zijn handtekening pas toen het echt niet meer anders ging.

Lech Kaczynski vond dat het ‘dictatoriale Brussel’ te veel van de nationale bevoegdheden van de lidstaten afnam, maar de vele Europese miljoenen die naar zijn land vloeiden, aanvaardde hij wel altijd in dank. Met buurland Duitsland, ooit een haast even grote vijand als Rusland, had hij het altijd moeilijk, en met Berlijn ging hij meer in de clinch dan dat hij er goede relaties mee had.

In Brussel zorgde Kaczynski ooit voor een schok door doodleuk voor een zwaarder stemmengewicht voor Polen in de EU te pleiten. Hij argumenteerde dat zijn land nu veel meer inwoners zou hebben als nazi-Duitsland in de oorlog niet zoveel Polen had vermoord. De verontwaardiging in Berlijn en Brussel was groot, maar de commotie ebde weer weg. Van Rusland had hij ook al geen hoge pet op. Het is op zich een drama dat hij net in dat land om het leven moest komen.

Na de parlementsverkiezingen van 2007 was hij gedwongen zijn grote politieke rivaal Donald Tusk als eerste minister te aanvaarden, terwijl zijn tweelingbroer Jaroslaw naar de oppositiebanken verhuisde. Hoewel de rol van de Poolse president grotendeels symbolisch is, kan hij wetten tegenhouden met zijn veto. Daar heeft hij ook dankbaar gebruik van gemaakt tegen premier Tusk, wiens hervormingen inzake media, gezondheidszorg en pensioenen geen genade vonden in zijn ogen. De ruzies tussen de president en zijn premier werden legendarisch, beiden spraken op de duur alleen nog maar tegen elkaar als het niet anders ging.

De broers Kaczynski waren al als kind bekend, maar dan op een heel ander vlak. Ze waren vedetten in de succesvolle jeugdfilm O dwoch takich, co ukradli ksiezyc, wat zoveel betekent als ‘Het tweetal dat de maan gestolen heeft’. Ze speelden er als Jacek en Placek de hoofdrol in. Hun ouders waren verzetsstrijders geweest, die nog aan de opstand van Warschau tegen de nazi’s hadden deelgenomen. De broers werden in conservatieve en streng katholieke zin opgevoed en bleven zich altijd aan de rechterzijde van het politieke spectrum bewegen. Ze kregen in hoofdzaak steun van de plattelandsbevolking.

Als staatshoofd wordt Lech Kaczynski opgevolgd door parlementsvoorzitter Bronislaw Komorowski (58), zoals de grondwet dat voorziet. Binnen zestig dagen zullen nu nieuwe presidentsverkiezingen moeten worden gehouden, die eigenlijk al gepland waren. Komorowski is nu interim-president, maar was ooit al kandidaat voor het hoogste ambt in de staat. Hij is lid van het Burgerforum (PO) en peilingen voorspelden hem al als winnaar tegen de kandidaat Lech Kaczynski. De PO is voor de euro, pro-Europees en zeker pro-business.

Media schreven al snel dat het hele Poolse politieke stelsel werd onthoofd door de vliegtuigcrash, maar het is genuanceerder dan dat. Er kwamen staatssecretarissen en viceministers om in Smolensk, maar vooral het Poolse leger is zwaar getroffen. De stafchef van het leger, de chefs van de landmacht, de marine, de luchtmacht, van de speciale eenheden en van de operationele troepen kwamen allemaal om het leven. Het hoge aantal militairen in het presidentiële vliegtuig wordt verklaard door het feit dat men hulde ging brengen aan de vermoorde Poolse officieren.

Naast de president en zijn vrouw Maria was de bekendste passagier aan boord van het ramptoestel Anna Walentynowicz (81). Zij was destijds een ‘heldin van Solidarnosc’. De vrouw werkte als arbeidster op de scheepswerf van Gdansk - toen nog Leninscheepswerf - en werd bij de grote stakingsactie van 1980 door de communistische bazen ontslagen omdat ze een aantal acties had geleid. Haar collega, de toen onbekende elektricien Lech Walesa, riep onmiddellijk op tot een weerstandsactie, en dat werd de bakermat van de vrije vakbond Solidarnosc.

Zoals zovelen brak ook zij later met de autoritaire Lech Walesa, maar ze is in haar land altijd een beroemdheid en een icoon van de arbeidersstrijd gebleven. Het beeld van de vrouwelijke stakingsleider ging de wereld rond, haar leven werd zelfs verfilmd door de Duitse cultregisseur Volker Schlöndorff. Ze zat in communistische gevangenissen en kreeg internationale onderscheidingen. Het ereburgerschap van de stad Gdansk weigerde ze in al haar bescheidenheid in 2000.