Direct naar artikelinhoud

'Twee vrouwen die een kind krijgen, mag geen nieuws meer zijn'

De wet op meemoeders is ook goed nieuws voor Inge Jooris en haar partner Saskia De Coster. 'Ik ben zogezegd alleenstaande moeder, maar dat klopt niet. Wij hebben elke stap samen gezet om Amos ter wereld te brengen.' Net zoals een heterokoppel, in feite. Sofie Mulders foto's Dimitri Van Zeebroeck

De baby huilt. De mopshond keft. Achteraf bekeken zijn er al rustigere bandjes geweest om uit te tikken, maar op het moment zelf is het allemaal niet erg. De ouders zijn gelukkig, dat zie je zo. Het kind ook, op voorwaarde dat de borst vlakbij is. Vier weken oud is Amos Saul Winston nog maar. En toch is hij al de reden van een interview. Omdat zijn ouders, schrijfster Saskia De Coster en haar partner Inge Jooris, twee vrouwen zijn. Op zich zou dat niet meer bijzonder mogen zijn. Maar nu de wet op meemoederschap gestemd is, zijn zij een illustratie van de mensen voor wie die wet gemaakt is.

Inge Jooris: "De wet houdt in dat Saskia ons kind niet meer zou moeten adopteren, maar gewoon zou kunnen erkennen. Dat is veel minder omslachtig dan een adoptieprocedure. En het geeft evenveel rechtszekerheid. Stel dat ik nu zou sterven, dan zou Amos toegewezen worden aan mijn ouders. En dan is Saskia afhankelijk van hun goede wil om hem alsnog te adopteren. Wettelijk gezien heeft zij op dit moment geen been om op te staan. Ik ben zogezegd een alleenstaande moeder, maar dat klopt niet. Wij wonen officieel samen, wij hebben samen voor dit kind gekozen, en wij hebben elke stap ook samen gezet om Amos ter wereld te brengen."

Saskia De Coster: "Voor de wet ben ik nu gewoon een vreemde ten aanzien van Amos. Hoogstens een getuige in de geboortekamer. Ik zit ondertussen wel volop in de adoptieprocedure. Omdat we nog niet weten of de wet ook al voor ons van toepassing zou zijn, of alleen voor kinderen die geboren worden nadat de wet van kracht is geworden. Maar op cursus gaan om te leren hoe je je eigen kind moet gaan opvoeden, ik blijf het redelijk hilarisch vinden. Dan zou het tenminste voor iedereen moeten gelden, ook voor heterokoppels. We hebben zulke screenings trouwens al achter de rug. Voor de fertiliteitsbehandelingen starten in het ziekenhuis, heb je gesprekken met een psycholoog waarin naar je motieven en achtergrond gepeild wordt."

Jooris: "Precies omdat de zwangerschap zo klinisch tot stand moet komen, denk je daar hard over na. Wij zijn er misschien veel bewuster mee omgegaan dan veel heterokoppels. Wij kunnen ook nooit een 'ongelukje' hebben waar we niet op voorbereid zijn."

De Coster: "Bij heterokoppels is het vaak - ook niet altijd - gewoon de natuur die haar gang gegaan is. En toch zou zo'n zwangerschap dan veel meer verantwoord zijn dan bij holebikoppels. Vreemd."

Zes jaar zijn Inge Jooris en Saskia De Coster al samen, vijf jaar hebben ze over een kind gepraat. Ze hebben er veel tijd, geld en energie voor over gehad.

De Coster: "In het begin van onze relatie hebben we aan elkaar meegedeeld waar de andere rekening mee moest houden. Ik zei: 'Ik ga altijd blijven schrijven.' Inge zei: 'Ik ga ooit een kind willen.' Dat was een beetje de deal. (lacht)

"Een van de dingen die je moet beslissen is of je met een anonieme donor werkt. Maar dat wilden we niet. Het lijkt me heel menselijk dat je wilt weten waar je vandaan komt. We hebben wel duidelijke afspraken gemaakt met de donor. Wij zijn de ouders. Hij woont ook aan de andere kant van de wereld, misschien is dat niet slecht om de fysieke afstand toch wat te bewaren."

Amos laat zich alweer horen. Honger. "Ja, ja, komt eraan", zegt Jooris, en ze knoopt haar blouse los. "Shhh, kereltje, de journaliste gaat niets van haar bandje horen."

De Coster: "Toen Amos geboren werd, voelde ik meteen een grote opluchting. Niet alleen omdat hij gezond was, maar ook omdat hij voor mij direct heel vanzelfsprekend was. Biologisch heeft hij met mij geen enkele band, en op een of andere manier creëert dat net een soort van onvoorwaardelijkheid, vind ik. Misschien is zo'n ouder-kindrelatie eenvoudiger. Meer ontspannen. Hij is hier, ik ga hem doodgraag zien, en ik ga hem nooit lastigvallen met wat hij al dan niet van mij zou hebben. (lacht) Het ouderschap kan heel determinerend zijn. Misschien ontsnap ik daar op deze manier wat aan."

Zich outen deden ze allang geleden. En ondertussen zijn holebi's geen uitzondering meer. Maar de reacties blijven vreemd soms. Een tijdje geleden ging Inge Jooris lunchen met een directeur, ze hadden het over relaties, en ze vertelde hem dat ze samen was met een vrouw. Hij werd rood, begon te stamelen, en zei dan dat ze gerust kon zijn, want dat hij heel openminded was, omdat hij 's avonds thuis voor zijn computer ook naar van alles zat te kijken.

Jooris: "Ik was verbouwereerd. Alsof ik een openbaring had gedaan over porno."

De Coster: "Dat vind ik zo irritant, dat die zaken altijd op één hoop gegooid worden. Er wordt ook vaak gedaan alsof een andere seksuele geaardheid iets met losbandigheid te maken heeft. Alsof wij hier een bordeel openhouden, en orgieën geven. Terwijl wij verdorie gewoon een koppel zijn. Ik heb zelf nooit een probleem gehad met het feit dat ik op vrouwen val. Het probleem begint pas als je het moet vertellen aan je omgeving."

Jooris: "Ik studeerde nog toen ik besefte dat mijn relaties met mannen nooit werkten omdat ik lesbisch ben. Huilend ben ik het thuis gaan vertellen, en ik dacht dat ik heel mijn leven eenzaam ging zijn omdat ik de enige was. Maar ik kwam er wel voor uit bij mijn medestudenten. En plots bleken er nog mensen te zijn die lesbisch of homo zijn. Toch was het nog allemaal erg verborgen: we zaten in cafés waar alleen maar homo's en lesbiennes kwamen, wat de eenzaamheid alleen nog maar versterkte. Maar sindsdien is het gelukkig allemaal al hard veranderd."

De Coster: "Daarom is het ook zo belangrijk dat er openheid over is."

Jooris: "Daarom geven we ook dit interview. Niet omdat we een rolmodel willen zijn, dat is onze ambitie niet. De dag dat twee vrouwen een kind krijgen en dat geen interview waard is, daar zouden we eigenlijk naartoe moeten. Maar hoe meer mensen holebikoppels kennen die een kind opvoeden, hoe meer het aanvaard zal worden. Daarom is het goed dat die wet er komt, en dat ze partijbreed gedragen wordt. In de eerste plaats is dat te danken aan holebibeweging çavaria, die dit thema op de politieke agenda is blijven zetten. En ook aan Sonja Becq (CD&V), die ervoor gezorgd heeft dat de wet nog tijdens deze legislatuur gestemd kan worden."

De Coster: "(lacht) Inge die haar liefde voor CD&V verklaart, dat is pas een outing."

Jooris: "Dat het stapsgewijs wordt aangepakt, vind ik ook een goede zaak. Eerst het homohuwelijk waar de maatschappij aan kan wennen. Nu de wet op meemoeders. Daarna volgt wellicht een soortgelijke wet voor homokoppels. Dat holebi's kinderen krijgen, is toch net een bewijs dat ze willen meegaan in de traditie van hetero's?"

De Coster: "(glimlacht fijntjes) Eigenlijk zijn wij traditioneel in het kwadraat. Twee vrouwen die samen voor een kind zorgen, wij nemen onze taak als vrouw toch echt op ons? Maar als Inge het niet gewild had, zou ik zelf het initiatief nooit genomen hebben. Ik vind dat je een kind niet mag nodig hebben. Een kind moet jou nodig hebben, niet omgekeerd. Ik denk wel dat kinderen een mens op zijn best laten functioneren. Omdat je milder wordt. Omdat het je hersenen rekt, en dus anders gaat denken. Ik wil opnieuw groot worden met Amos. Opnieuw de wereld leren zien."

Jooris: "Maar voorlopig zitten we nog in de overlevingsmodus: heeft hij genoeg melk binnen, hoe leren we hem van de fles drinken? (lacht) Nu ja, we hebben al zes jaar een hond, en dat is ook goed gekomen."