Van den Broeck bovenaan op lijst van dopingverdachten in Tour
De Internationale Wielrenunie (UCI) is in grote verlegenheid gebracht door een publicatie van de Franse sportkrant L’Equipe. Die openbaarde een lijst waarop alle renners uit de Tour van 2010 zijn gerangschikt op basis van dopingverdenkingen. Met een 8 achter zijn naam werd onze landgenoot Jurgen Van den Broeck, vorig jaar vijfde, duidelijk geviseerd als mogelijk dopingzondaar.
De lijst werd door de Internationale Wielrenunie opgesteld voor het begin van de Tour 2010. Elke renner is, door middel van een cijfer van 0 tot 10, beoordeeld op zijn geloofwaardigheid. Scoort hij een 10, dan wordt hij nauwlettend in de gaten gehouden door de UCI. Een 0 betekent dat er geen enkele reden is om die coureur te verdenken.
Voor het trekken van verdere conclusies leent de lijst zich niet. Het is onmogelijk te beoordelen of de renners die ‘hoog’ scoren zich ook daadwerkelijk met doping inlieten. Ze legden sinds de Tour in elk geval geen positieve dopingtest af.
De renners die de top van het eindklassement vormden, werden wisselend ingeschaald door de UCI. Tourwinnaar Alberto Contador scoort met een 5 gemiddeld, al was dat nog voordat de Spanjaard tegen het einde van de ronde positief op clenbuterol testte. Nummer twee in de eindstand Andy Schleck, die een 3 krijgt, wordt minder verdacht bevonden.
Jurgen Van den Broeck (Omega Pharma-Lotto), vorig jaar vijfde in de Tour, staat met het cijfer 8 wel hoog op de lijst. De renner reageerde al vanop trainingsstage op het uitlekken van de UCI-lijst (zie kader). Naast hem staat een andere Belg: Kevin Seeldraeyers, het 24-jarige klimmerstalent van QuickStep.
Nederlander Robert Gesink, de Tourhoop van Rabobank die vorig jaar als zesde eindigde, werd met een 1 geoormerkt. Maar zijn toenmalige ploegmaat Denis Mentsjov (derde in de eindstand) werd door de dopingcontroleurs veel meer op de vingers gekeken - hij scoorde een 9. Alleen de Spanjaard Carlos Barredo, die dit seizoen naar Rabobank overkwam, en de Oekraïner Jaroslav Popovitsj stonden onder een nog grotere verdenking. Zij noteerden een 10.
Variaties in het bloed
Bij het bepalen van het risicocijfer is gekeken naar verschillende factoren die van invloed zijn op het biologisch paspoort van de renner. Door de resultaten van dopingcontroles achter elkaar te zetten, kunnen variaties in het bloed worden opgemerkt die wellicht op doping duiden. Om een Tourrenner te beoordelen, werd onder meer gekeken of er voor de zomer veel hemoglobine uit zijn bloed was verdwenen, mogelijk om dat bloed later opnieuw via een verboden transfusie terug in te brengen. Ook speelde mee of een renner tijdens de Ronde van Italië in 2009 verdacht werd van epogebruik. Mentsjov won dat jaar de Giro, de nummer twee Di Luca testte positief op het verboden middel cera.
De Nederlandse renners worden, na de Fransen (score 1,23), het meest vertrouwd door de UCI. België, met dertien renners in de Tour, volgt op een zevende plek met een gemiddelde score van 2,69. Oekraïne en Kazachstan (score 5,33) werden het minst vertrouwd. RadioShack, waar Lance Armstrong (score 4) vorig jaar in rondreed, en Astana staan er als ploeg het slechtst op, het Franse Cofidis het best.