Direct naar artikelinhoud

Steeds meer vis in Noordzee

Het gaat goed met de visbestanden in de Noordzee. Onderzoek van de universiteit van Wageningen laat zien dat de hoeveelheid schol, tong, tarbot en griet in de Noordzee toeneemt. Het aantal schollen in de Noordzee heeft zelfs een recordhoogte bereikt sinds het begin van de schattingen in 1957.

"De vooruitgang heeft te maken met het duurzamere visserijbeleid en met vissers die nieuwe, selectievere vistechnieken gebruiken", zegt Hans Bonthe van de Universiteit Wageningen. "Dat heeft effect op verschillende soorten, die een duurzaam alternatief zijn voor vissen die van over de hele wereld naar hier geïmporteerd worden.

Het tongbestand is iets toegenomen. Ook tarbot en griet zitten in stijgende lijn, maar de visserijdruk is daar nog iets te hoog. Ook haring doet het goed, met 2 miljoen ton in de Noordzee, al zit het wel in dalende lijn."

Kabeljauw doet het slecht, zo blijkt uit het onderzoek. Het bestand blijft ondermaats, al zit het sinds het absolute dieptepunt in 2006 heel voorzichtig in stijgende lijn.

"Het probleem is dat er te weinig jonge kabeljauwen bij komen. Dat heeft te maken met de opwarming van het zeewater. Kabeljauw zoekt meer noordelijke wateren op, waar het frisser is. Op zich hoeft het niet te betekenen dat er netto minder kabeljauw is", zegt Hans Bonthe.

Nancy Fockedey van het Vlaams Instituut voor de Zee: "Er is duidelijk beterschap, maar reden voor overdreven blijdschap is er niet. Het aantal overbeviste visbestanden is tussen 2009 en nu met meer dan de helft verminderd, maar ligt nog altijd op iets meer dan 40 procent. Positief is wel dat louter sociaal-economische belangen minder zwaar doorwegen."

De Europese raad van visserijministers legt een dezer dagen de nieuwe vangstquota vast voor 2014. De jaarlijkse adviezen van de International Council for the Exploration of the Sea (ICES), dat onder meer een beroep doet op de universiteit van Wageningen, spelen daarbij een belangrijke rol.