Direct naar artikelinhoud

‘Het is fijn om muziek te bedenken bij gekke filmpjes’

De horizon verbreden is een favoriete bezigheid van Vermeersch en zijn band. FES speelt nog zelden gewone concerten, er zit altijd wel een haakje aan. En met film hebben ze al een bewezen trackrecord.

Zo bedacht Vermeersch enkele jaren geleden een nieuwe soundtrack bij De oesterprinses van Ernst Lubitsch, een werk dat tot in New York werd opgemerkt. Vandaar dat FES een uitnodiging kreeg om in mei te spelen voor de opening van het Museum of Moving Image, het sluitstuk van een Amerikaanse tournee.

Een hele eer, maar daar laat Vermeersch zijn slaap niet voor. Zijn ogen blinken wel, maar dan vooral omdat hij de laatste maanden zoveel lol heeft beleefd aan het verzamelen van filmpjes en het bedenken van muziek erbij. “Ik heb dat materiaal bij elkaar gesprokkeld toen ik enkele weken met een hernia aan mijn bed gekluisterd lag. Toen heb ik heel het internet afgeschuimd en veel leuke filmpjes gevonden. De meest gekke dingen. Het is fijn om er muziek bij te bedenken.”

Op het programma staan de meest uiteenlopende dingen: abstracte filmpjes, een oud filmpje van Wim Delvoye, beelden van drummer David Van Tieghem op stap door New York. “Misschien wel het leukst zijn de films die helemaal niet bedoeld zijn om voor een publiek te worden vertoond. Als wij die dan wel tonen, krijgt dat plots een heel andere lading. Dat effect kun je nooit met opzet bereiken. We gebruiken bijvoorbeeld een Russische opname van een wetenschappelijk experiment met een hondenkop. Die kop wordt aangesloten op een kunstlong en een kunsthart. Zodra die kop is aangesloten, gaan zijn ogen open, en begint hij te reageren op prikkels. Dat is zo vreemd, je weet niet wat je ervan moet denken. Maar tegelijk is het esthetisch, strak en clean, echt Sovjet-Russisch.”

Veel van de vertoonde filmpjes vertellen niet eens een verhaal. Zo is er een filmpje gebaseerd op de Vout-O-Reenee Dictionary van Slim Gaillard, waarin het jivevocabularium verklaard wordt. In HearSee worden die woorden typografisch in beeld gebracht. “Je kunt enorm veel doen met lost and found-footage. Welke muziek je er ook onder zet, het menselijk brein zal altijd naar een verband tussen beeld en geluid zoeken. Dat vind ik fascinerend. Zo had ik een merkwaardig voorval tijdens het werken aan HearSee. Ik vond op mijn computer een muziekstuk dat ik uit het oog verloren was. Ik heb dat genomen zoals het was en er een gevonden filmpje onder gezet: Inhabitants van Artavazd Pelechian. Vreemd genoeg: het werkt! In dit geval is dus noch de muziek, noch de film leading.”

Vrije associatie is dus eigenlijk het sleutelbegrip in HearSee, er zit geen groot plan achter. “HearSee is heel intuïtief en we willen er ook geen afgewerkt geheel van maken. Het moet blijven evolueren, net zoals onze gewone concerten. Er gaan dus dingen bijkomen, er gaan filmpjes wegvallen. We hebben nu zowat twee uur materiaal, maar dat spelen we nooit allemaal op één avond. Daarom moet alles ook technisch eenvoudig zijn: beamer aansluiten en weg ermee. En ik wil dat we een halfuur voor het concert de setlist nog kunnen aanpassen, zo flexibel moet dat zijn.”

Voor de bigband is dit soort werk niet moeilijker dan een ander concert. “Ze moeten gewoon maken dat ze het kunnen spelen. Maar het moet wel op click-track gespeeld worden. Ik vind: als je in 2011 op bewegend beeld speelt, dan moet het echt wel juist getimed zijn, het mag niet ongeveer goed zijn, dat is te gemakkelijk.”