Direct naar artikelinhoud

STANDPUNT

'Rechts wil alweer een nieuwe pensioenhervorming' pruilden de socialistische vakbond en de PS in een eerste reactie op de voorstellen van de pensioencommissie. Een wat raar verwijt aan een commissie die geleid wordt door Frank Vandenbroucke, een gewezen socialistische partijvoorzitter. Het tekent de moeilijkheid om deze voorstellen ooit tot politieke realiteit te maken.

Maar toch is de oefening die de commissie maakte, eindelijk een toonbeeld van hoe beleid in de toekomst zou moeten geformuleerd en geconstrueerd worden. Tot hiertoe was dat immers vooral volgens het model van 'one size fits all'. Je was arbeider, bediende of ambtenaar, en eeuwig werd je verondersteld in dat statuut te blijven. Wat voor mensen met gemengde loopbanen tot ontiegelijk ingewikkelde berekeningen leidde.

Het nieuwe systeem, geïnspireerd door Scandinavië, vertrekt van het individu. Naarmate die werkt en bijdraagt, spaart hij punten in een rugzakje. Heeft hij het vereiste puntenaantal, dan krijgt hij een volledig pensioen. Het is aan de politiek om uit te maken hoeveel punten er daarvoor nodig zijn. Om te beslissen hoeveel punten je krijgt in welk statuut en in ruil voor welke bijdrage. Welke periodes van ziekte, tijdkrediet of andere al dan niet gelijkgesteld worden met arbeidspunten.

Dat zullen stuk voor stuk boeiende discussies worden, maar wat revolutionair en nieuw is, is dat het individu meteen ziet welke consequenties een aantal keuzes hebben: wil je vlugger stoppen met werken, zal je minder pensioen hebben, wil je langer werken, dan krijg je meer.

Op die manier verschuift de keuze voor de grootte van je pensioen voor een stuk naar de inspanning die je bereid bent te leveren. Daar kun je moelijk iets op tegen hebben.

Dat we daarvoor zeker langer moeten werken, is geweten. Toen het wettelijk pensioen werd ingevoerd op 65 jaar, was de gemiddelde levensverwachting lager dan dat. Eigenlijk moest je statistisch al dood zijn voor je er recht op had. Vandaag stappen we gemiddeld op 58 jaar uit de arbeidsmarkt, bij een levensverwachting die steeds stijgt en binnenkort de 88 jaar zal halen. Dertig jaar pensioen na een beroepsloopbaan die slechts een paar jaar langer heeft geduurd, je hoeft geen wiskundige te zijn om in te zien dat dit moelijk haalbaar is.

Het revolutionaire aan deze voorstellen is dat ze niet langer dwingende regels opleggen aan iedereen, maar eenieder de vrijheid en de mogelijkheid geven om naar eigen inzicht en inspanning zijn eigen rugzakje samen te stellen. Die omkering van de logica, waarbij de eenheidssystemen vervangen worden door respect voor individuele levenskeuzes en -situaties, is de grote verdienste van het rapport. De criteria wie waarvoor welke punten krijgt, is dan een politieke keuze die moet gemaakt worden.