Direct naar artikelinhoud

De bruine weduwe staat terecht

‹ Volgende woensdag start in München het grootste proces ooit over extreem rechts terrorisme in Duitsland. ‹ Hoofdbeschuldigde Beate Zschäpe (38) was lid van een ondergronds groepje dat achter tien moorden zat. ‹ De kebabmoorden werden ze genoemd, omdat de meeste slachtoffers Turken waren.
‹ Zschäpe zou een even berekenende killer zijn geweest als haar twee inmiddels overleden kompanen.

Het telefoontje dat Beate Zschäpe op 8 november 2011 pleegde, werd een ongewild komisch gesprek. Zschäpe wilde zich aangeven, en om precies 8.49 uur vormde ze vanuit een telefooncel in de Oost-Duitse stad Jena het noodnummer 101. "U spreekt met Beate Zschäpe", zei ze tegen de agent die opnam. Het hele land zocht op dat moment naar haar. Haar twee kompanen hadden vier dagen eerder zelfmoord gepleegd en zij was, na haar vlucht, in verband gebracht met de beruchte kebabmoorden. Geen mogelijkheid meer om te ontsnappen, tijd om het op te geven, oordeelde ze.

Op het politiebureau van Jena viel men echter uit de lucht. Toen ze probeerde uit te leggen wie ze was en waarom ze belde, werd de agent een beetje ongeduldig. "En van welke instantie bent u precies?" Zschäpe probeerde nogmaals: dat zij degene was die werd gezocht, dat voor haar wegversperringen werden geplaatst in de hele stad en politiesirenes overal loeiden. "En waarover gaat het precies", vroeg de agent. Waarop Zschäpe geërgerd inhaakte.

Het telefoongesprek is, in het licht van wat voorafging, maar een kleine misser in het dossier van de kebabmoorden. De hele affaire is een aaneenknoping van blunders. Sporen die niet werden nagetrokken, dossiers die werden vernietigd, explosievenvondsten die achteloos opzij werden geschoven. Meer dan zeven jaar lang konden Beate Zschäpe, Uwe Mundlos en Uwe Böhnhardt tien moorden, verschillende bankovervallen en enkele aanslagen plegen. Voor het bruine gevaar, zo zou later blijken, hadden politie- en inlichtingendiensten veel minder aandacht dan voor moslimterrorisme.

Enkele uren na het desastreuze telefoontje liep Zschäpe dan maar het politiebureau van Jena binnen. "Ik ben degene die jullie zoeken", zei ze. Meer dan die woorden heeft ze sindsdien niet gezegd tegen haar ondervragers.

Tot vandaag zwijgt Zschäpe. Niemand weet wat haar motieven waren, welke relatie er precies was tussen haar en haar twee kompanen met wie ze samenwoonde. Nazibruid werd ze al snel genoemd. Bruine weduwe, luidde haar andere bijnaam in de Duitse tabloids. De vraag is of ze tijdens haar proces, waarbij nog vier andere personen terechtstaan voor mindere feiten, zal spreken. Of we dan inzicht zullen krijgen in het meisje dat opgroeide in het troosteloze Oost-Duitsland van na de eenmaking en zich ontpopte tot een verbeten en gewelddadige neonazi.

Troosteloos

Beate Zschäpe werd in 1975 geboren in Jena, een stadje in het toenmalige communistische Oost-Duitsland. Ze was geen gewenst kind, groeide niet echt op in een warm nest. Haar moeder, Annerose Apel, studeerde tandheelkunde in Roemenië en was daar zwanger geraakt na een vluchtige relatie met een medestudent. Later zou ze verklaren dat ze niet eens wist dat ze een kind verwachtte; toen ze weeën kreeg, dacht ze dat het nierkolieken waren en ging ze naar het ziekenhuis.

De baby kwam op een erg ongunstig moment: Annerose Apel had net zicht op een stageplaats. En zo werd de kleine Beate twee weken na haar geboorte bij haar grootmoeder gedropt, terwijl mama ging voortstuderen. De vader van haar kind zou Beate nooit erkennen.

De eerste jaren van haar leven bracht Beate afwisselend door bij haar grootmoeder en in de kinderkribben die de DDR gratis ter beschikking stelde. Later belandde ze weer bij haar moeder die, hoewel ze een diploma tandheelkunde had, nooit tandarts zou worden. Beates moeder had nog enkele relaties, trouwde een keer, maar dat huwelijk duurde maar drie jaar. Om onduidelijke redenen nam Beate de naam van haar stiefvader aan.

Veertien was het meisje toen de Berlijnse Muur werd neergehaald en Oost- en West-Duitsland samensmolten. Maar de aanvankelijke vreugde sloeg al snel om in moedeloosheid in de wijk Winzerla in het zuiden van Jena. Daar woonden moeder en dochter in een grauwe nieuwbouwwijk. De economie stortte in en werkloosheid sloeg toe, tot 50 procent in sommige delen van Oost-Duitsland. Ook Annerose Apel verloor haar baan.

In die bittere sfeer probeerde de jonge Beate haar weg te zoeken. Veel had Jena niet te bieden voor de jeugd. Er waren twee jeugdcentra: de Junge Gemeinde, georganiseerd door de protestantse kerk, en de Winzerclub, waar vooral extreem rechtse jongeren rondhingen. Thomas Bund, een van de jeugdwerkers van de Winzerclub, probeerde de jongeren te doen inzien hoe fout hun opvattingen waren. "Misschien waren we veel te naïef", gaf hij toe in een reportage van zender ZDF die in de zomer van vorig jaar werd uitgezonden. De enkele alternatieve jongeren die de club rijk was, bleven na een tijd volledig weg, buiten gepest en bedreigd door jongeren zoals Beate Zschäpe.

Nochtans was Beate een vriendelijk, aantrekkelijk meisje, herinnerde Thomas Bund zich in dezelfde reportage. "Ze was beleefd en voorkomend", zei Bund. "En ook wel onzeker." Maar Beate had ook een andere kant: die van agressieve tiener die een knokpartij niet uit de weg ging. Op haar vijftiende al moest ze voor de jeugdrechter verschijnen, en een jaar later brak ze samen met Uwe Mundlos in in de Winzerclub om sigaretten en geld te stelen.

Uwe Mundlos was haar vriendje en was even rechts-extremistisch als zij. Hij was een populaire jongen met een eeuwige cynische grijns op zijn gezicht. Zijn ouders waren welgesteld, in tegenstelling tot die van de meeste andere jongeren, en Uwe liep rond met de duurste gadgets. Zijn schoolboeken versierde hij met hakenkruisen en op demonstraties van neonazi's in Jena liep hij in de voorste rangen.

Als ze geen heibel schopte of zich verveelde in de Winzerclub probeerde Beate toch nog haar opleiding af te maken. Ze wilde kinderverzorgster worden, maar kreeg daarvoor geen leercontract, en dus schreef ze zich maar in voor een cursus tuinieren. Ook daar kreeg ze nergens een leercontract los, waarna ze het helemaal opgaf. Ze had inmiddels een nieuw lief: Uwe Böhnhardt, de beste vriend van haar ex. Zorgde dat aanvankelijk voor scherpe spanningen, dan zouden de drie later een hecht trio vormen. Haar familie, zo noemde Beate de twee Uwes.

Buchenwald

Beate en de twee Uwes waren een opvallend trio in Winzerla. De twee jongens met skinheadlook, en een agressieve hond aan de leiband om het geheel af te maken. Beate met gewone kleren, maar niet minder vervaarlijk kijkend. Samen met andere neonazi's 'bevrijdden' ze delen van de stad. In die bevrijde zones waagden de weinige niet-Duitsers in Jena zich niet, en ook alternatieve, linkse jongeren meden de plekken.

De drie ramden graag willekeurig jongeren ineen, al gaven ze de voorkeur aan leden van de Junge Gemeinde, de kerkelijke jeugdclub van Winzerla. Eén keer, tijdens de kerstmarkt van 1995, sloeg Beate een vrouw van die club het ziekenhuis in. Hielden liefjes van jonge neonazi's zich doorgaans liever op de achtergrond, dan stond Beate tijdens betogingen niet achter maar naast de Uwes. Toen al was duidelijk dat ze nooit een tweederangsrol zou aanvaarden, zouden kennissen uit Winzerla later over haar verklaren.

In 1996 sloten de drie zich aan bij de 'groten': de Thüringer Heimatschutz, de pas opgerichte neonazibeweging, die nauwe banden had met de Nationale Partei Deutschlands (NPD). Vrouwen waren in die kringen even geëngageerd als mannen, al waren de meesten niet zulke vechtersbazen als Beate Zschäpe. "Vrouwen rukten op in de partijorganisatie", schrijft de Nederlandse terreurexperte Beatrice De Graaf in haar boek Gevaarlijke vrouwen (2012, Uitgeverij Boom), waarin ze een lang hoofdstuk wijdt aan Beate Zschäpe. "Rond 30 procent van de NPD-leden in Thüringen was vrouw. Maar veel belangrijker nog: ze maakten het rechts-extremistisch gedachtegoed ook daarbuiten 'salonfähig'. Via lokaal engagement in crèches, vrijwilligerswerk op scholen en andere onschuldig ogende activiteiten haalden de rechts-extreme vrouwen het nationalistische gedachtegoed de publieke sfeer binnen. Vooral in Oost-Duitsland was daarvoor veel ruimte."

Beate Zschäpe, Uwe Mundlos en Uwe Böhnhardt gingen volledig op in hun extreem rechtse wereldbeeld. In november 1996 brachten ze een bezoek aan het voormalige concentratiekamp Buchenwald. Niet om de gruwel van de Tweede Wereldoorlog te herdenken of, zoals de verantwoordelijken van het centrum hoopten, te leren van het verleden. De twee Uwes waren voor de gelegenheid gekleed als SS'ers, zagen geschokte bezoekers. Terug in Jena amuseerden ze zich met het ontwerpen van een nieuw spelletje, Pogromly, gebaseerd op Monopoly, maar dan met hakenkruisen en concentratiekampen. Ze boden Pogromly zelfs te koop aan en zouden, volgens documenten uit het onderzoek, ook een paar exemplaren verkopen. Klinkt dat al vrij choquerend, dan is het allemaal nog vrij onschuldig in vergelijking met wat het trio later zou uitspoken.

De drie kwamen, samen met andere bondgenoten, al snel in het vizier van de politie en de veiligheidsdiensten van Jena en deelstaat Thüringen. In 1998 was er een inval in een garage die werd gehuurd door Zschäpe. Daarin lagen vier staafbommen, anderhalve kilo TNT en een pak neonazipropaganda. Daarop dook het drietal onder. Niet dat ze ver wegvluchtten: ze trokken naar Zwickau, nog geen honderd kilometer oostwaarts. Ze richtten er de NSU op, de Nationalsozialistische Untergrund, die tussen 2001 en 2007 tien moorden zou plegen, verspreid over heel Duitsland. Acht van hun slachtoffers waren Turken. Daarnaast stierven ook een Griek en een Duitse politieagente. Tussendoor pleegden ze ook een aanslag met een spijkerbom in Keulen, waarbij 22 mensen gewond geraakten. Een jonge Iraanse geraakte zwaargewond bij een andere aanslag, eveneens in Keulen.

Strategisch

Om hun activiteiten te financieren, pleegden de twee mannen bankovervallen. Vermoedelijk waren zij het ook die de slachtoffers koelbloedig in het hoofd schoten. Vermoedelijk, want hoe de moorden precies werden uitgevoerd, is nog niet achterhaald.

Intussen zat Zschäpe niet met haar vingers te draaien. Zij was de organisator, de planner, zo wordt nu aangenomen. Ze kookte voor het trio en hing buiten de was op, maar anderzijds beheerde ze ook de kas. En die werd goed gespekt door de bankovervallen en de financiële steun die ze kregen van onder meer de Thüringer Heimatschutz. Zschäpe was ook degene die de auto's en caravans huurde waarmee de anderen banken overvielen. En zij was degene die de buitenwereld kon doen geloven dat ze een normaal leven leidden in het appartement dat ze huurden in Zwickau. Een koppel met de inwonende broer van de man, zo stelden ze zich voor aan de buren.

Terwijl de twee mannen zich op de achtergrond hielden, bracht Zschäpe de buren blitzbezoekjes en dronk ze een ouzo met de Griekse eigenaar van het restaurant op de gelijkvloerse verdieping. Ze ging taart eten als de buurjongen jarig was, trakteerde - zomaar - op pizza, of ging een pint drinken in het café om de hoek. Een vriendelijke dame, was de mening over haar. Een door en door strategisch denkende vrouw, zo vindt de federale aanklager nu. "Ze werkte actief mee aan de moorden en aanslagen", zei procureur Harald Range in november in het tijdschrift Der Spiegel. Dat zegt ook Holger G., die samen met haar terechtstaat voor betrokkenheid bij enkele aanslagen. "Beate had binnen de NSU gelijke rechten als de twee anderen", zei hij tijdens ondervragingen. Andere getuigen verklaarden 'dat zij de broek droeg'.

Kroongetuige

Maar nu, vlak voor het proces, blijven de vragen. Vlak voor ze zelfmoord pleegden in de caravan die ze net hadden gebruikt om een bank te overvallen, stak een van de Uwes de wagen in brand. Enkele kilometers verder deed Beate Zschäpe hetzelfde met de flat voor ze op de vlucht sloeg. Veel bewijsmateriaal is dus vernietigd. Gehoopt wordt dat tijdens het proces duidelijk wordt wat het drietal precies deed tussen 1998, het jaar waarin ze onderdoken, en november 2011.

Er zijn intussen vier parlementaire commissies in evenveel deelstaten die zich buigen over de vraag waarom het verband tussen de tien moorden nooit werd gevonden. Vier politiechefs namen al ontslag. De binnenlandse inlichtingendienst Bundesamt für Verfassungsschutz, die net als doel had extreem rechtse terreur op te sporen, beleefde zijn ergste crisis ooit. Grote baas Heinz Fromm stapte al op, net als Helmut Roewer, chef van de regionale tak van de dienst.

Beate Zschäpe hoopt op het statuut van kroongetuige in het proces, waardoor haar straf verzacht zou worden. Maar dat zit er wellicht niet meer in. In de gevangenis krijgt ze intussen huwelijksaanzoeken en post van fans. Ook van Anders Breivik, die in 2011 Noorwegen deed opschrikken met zijn moorden. In een brief die hij in mei vorig jaar stuurde, schreef hij: "Ik kan me voorstellen hoe moeilijk het voor jou was, zo alleen strijden, zuster. Wij zijn bij de eerste regendruppels die aantonen dat een enorme zuiverende storm Europa nadert." Ayfer Erkul