Twee juryleden getuigen: wat doet het met een mens als hij moet oordelen over een moordenaar?

Vanaf vanavond gaat op Eén de fictiereeks ‘De twaalf’ van start, waarin een volksjury tijdens een assisenproces wordt gevolgd. © VRT

Zondagavond start op Eén ‘De twaalf’, een langverwachte fictiereeks over de leden van een volksjury tijdens een assisenproces. Maar wat doet dat écht met een mens, als hij moet oordelen over schuld en onschuld, over levenslang of toch “maar” dertig jaar cel? Een blik in het hoofd van twee juryleden.

Thomas Jansen en Nancy Vandebroek

“Nee, ik heb geen zin om daar nog over te praten. Ook niet anoniem. Ik blik liever niet terug op die periode.” Dat een assisenzaak een zware impact kan hebben op een volksjury, bewijst het antwoord van twee mannen die moesten oordelen in de parachutemoord. In 2010 werd Els Clottemans schuldig bevonden aan de moord op haar liefdesrivale Els Van Doren, wier parachute gesaboteerd werd. Clottemans kreeg dertig jaar cel. Tot op vandaag blijft ze ontkennen.

Maar ook als de schuldvraag overbodig is, bijvoorbeeld omdat de dader bekend heeft, is zetelen in een assisenjury een opdracht die soms jarenlang blijft nazinderen. Die opdracht begint telkens met een brief, afgeleverd door een deurwaarder. Zo ook bij Kenny Maes (44) uit Ham, die moest oordelen over de straf voor Maura Van Lommel en haar zoon A.H., die hun stiefdochter/stiefzus Stefanie De Mulder (18) in 2004 wurgden en vervolgens het lijk in de Antwerpse havendokken gooiden. Omdat het meisje vlak voor haar dood haar papa nog de naam van de dader kon sms’en, werd de zaak de ‘sms-moord’ genoemd. Voor het Antwerpse hof van assisen kregen Maura en A. al levenslang, maar door een procedurefout moest de zaak in Tongeren worden overgedaan.

“Help, wat heb ik misdaan? Dat is het eerste wat je denkt als je een deurwaarder op bezoek krijgt”, zegt Kenny. “Maar daarna was ik aangenaam verrast en blij dat ik dat mocht doen. Al moet je dan nog afwachten of je ook effectief geloot wordt. Er staat een urne met tientallen namen in. Wie denkt dan dat ze jouw naam daaruit zullen trekken? Maar toen dat toch zo was, heb ik alles op mij laten afkomen. Ik heb ook amper iets opgezocht over de zaak. Ik wilde er zo neutraal mogelijk aan beginnen.”

Gifmengster

Zodra de twaalf namen bekend zijn, krijgen de juryleden een korte rondleiding en de kans om even kennis te maken. Samen zullen zij een oordeel moeten vellen, en dat schept een band. Dat zegt ook Veerle (schuilnaam), jurylid bij de zaak van Marie-Josée Vandenbosch, beter bekend als de gifmengster uit Borgloon. Zij stond in 2012 terecht voor dubbele moordpoging én de moord op haar man Rudi Kersten. Ze probeerde eerst pillen te mengen in het eten van haar partner. En toen dat niet lukte, verstikte ze hem met een plastic zak. “Je mag niet onderschatten wat zo’n proces doet met een groep mensen”, zegt Veerle. “Wij hebben daar niet voor gestudeerd en moeten op ons gevoel afgaan. En dat was in ons geval heel gemengd.”

De gevoelens van de jury worden voortdurend bespeeld. Door de advocaten, de procureur, de specialisten … “Je moet constant opletten, en dat wou ik zelf ook écht doen”, zegt Veerle. “Ook de zaken die complex waren of niet interessant leken, kunnen belangrijk zijn. Ik heb heel goed geluisterd naar alle meningen, zowel voor als tegen haar. En ja, dan heb je soms even medelijden. Maar dan denk je aan haar dochter, die voorgoed haar papa kwijt is. Ik weet niet hoe het bij de anderen zat, maar ik was daar ’s avonds toch nog veel mee bezig. Het is niet de bedoeling dat je er met anderen over praat, want je mag je niet laten beïnvloeden. Maar dat is niet gemakkelijk. Alles is nieuw, hé.”

“Ik wilde absoluut niks verkeerd interpreteren en luisterde continu aandachtig”, zegt Kenny. “De gevolgen van onze beslissing zijn groot. Je gaat iemand voor jaren vastzetten of vrijspreken. Daarom noteerde ik elke dag enkele conclusies op basis van wat ik gehoord had. Op het einde legde ik al die blaadjes samen, en zo kwam ik tot een eindbesluit.”

Lijk uit het water

Ook de getoonde beelden kunnen er tijdens een assisenproces fors inhakken. “Van sommige dingen vind ik dat je ze gezien moet hebben”, zegt Kenny. “Bij de reconstructie zagen we bijvoorbeeld de kamer waar het slachtoffer zich bevond. Dan zie je pas dat dat kind echt niet kon vluchten. Maar we zagen ook hoe het lichaam uit het water getild werd. Dat is gruwelijk. Als jurylid kan je wegkijken, maar als je écht een eerlijk oordeel wil vellen, vind ik dat je ook dan moet kijken.”

Kenny Maes voelt de impact van het proces nog steeds, maar ze zou direct weer zetelen in een jury als ze gevraagd wordt. © Karel Hemerijckx

“De foto van het slachtoffer, de echtgenoot van Marie-Josée, zie ik vandaag nog steeds voor mij”, zegt Veerle. “Het zag er zo’n goede man uit, een mager gezicht, een klein snorretje … Als je dat ziet, dan denk ik: doe met haar maar hetzelfde. Je kan dat niet begrijpen. Maar als jurylid moet je dan toch naar alles luisteren.”

Na een week volgde in beide processen de beraadslaging. De twaalf juryleden oordelen altijd eerst in groep over de schuldvraag. Ieder stemt met een papiertje. Zowel bij de gifmengster als bij de sms-moord was daar echter weinig twijfel over. Maar de strafmaat, die in samenspraak met drie rechters bepaald wordt, is iets anders. Marie-Josée Vandenbosch kreeg uiteindelijk dertig jaar cel, en niet levenslang, zoals gevorderd werd. “Eigenlijk heeft ze nog een kans gekregen van ons”, zegt Veerle. “Maar stel dat ze vrijkomt, en ze steekt weer iets uit… dan hebben we de verkeerde keuze gemaakt. Daar denk ik soms wel aan. Maar volgens alles wat ik gezien en gehoord heb, hebben we juist beslist.”

Jongste moet beginnen

Maura Van Lommel en haar zoon A.H. kregen wel allebei levenslang. Dat oordeelde de jury na twee uur beraadslagen. “Bij het begin van elk overleg moeten alle juryleden zeggen welke straf hen gepast lijkt”, zegt Kenny. “Het jongste jurylid moet beginnen, en dat was ik. De straf die ik voorstelde, was niet levenslang. Maar uiteindelijk beslis je in groep. Je ziet dan ook wel dat de slotpleidooien een grote invloed kunnen hebben. Soms zeggen juryleden op het moment van de beraadslaging iets heel anders dan ze voorheen altijd gezegd hebben.”

Het proces van de sms-moord ligt ondertussen al twaalf jaar achter ons. En toch zindert het tot op vandaag na. Kenny: “Als ik in kleine kamers kom waar iemand mij de uitgang verspert, geeft me dat een erg ongemakkelijk gevoel. Dat heeft veel te maken met dat proces, omdat Stefanie zich ook in die situatie bevond. Ik weet ook waar die daders nu zitten. A., de zoon, is nog eens opgedoken in een aflevering van het VTM-programma Alloo in de gevangenis. Daar zie je dan een keurige, nette jongen. Maar ik weet heel goed dat hij zo niet is. Of ik schrik heb voor het moment dat zij vrijkomen? Nee, daar heb ik nog geen seconde bij stilgestaan.”

Te gevoelig

Maar hoe vermoeiend die procesweek ook was, en hoe groot de impact op iemands leven ook is, toch zouden Veerle en Kenny meteen opnieuw willen zetelen in een assisenjury. “Tenminste, als de schuldvraag duidelijk is”, zegt Veerle. “Als daar twijfel over bestaat… daar ben ik te gevoelig voor, denk ik. Maar ik ben blij dat ik deze ervaring heb gehad.”

“Eigenlijk zou iedereen eens in een assisenjury moeten zetelen”, vindt Kenny. “Alleen al omdat je dan een wereld te zien krijgt waarvan je misschien niet eens wist dat hij bestond. Mij heeft het in ieder geval een heel andere kijk op het leven gegeven. Een positievere. Ik kan veel beter nuanceren, en ik maak me minder druk om kleine dingen.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen